Operation Manual
TI-Nspire™ Referentiehandleiding 59
log()
/
s
-toetsen
log(Waarde1[,Waarde2]) waarde
log(Lijst1[,Waarde2]) lijst
Geeft de logaritme met grondtal-Waarde2- van het eerste argument.
Opmerking: zie ook Log-template, pag. 2.
Geeft bij een lijst de logaritme met grondtal-Waarde2- van de
elementen.
Als het tweede argument wordt weggelaten, dan wordt 10 als
grondtal gebruikt.
Als de complexe opmaak-modus Reëel is:
Als de complexe opmaak-modus Rechthoekig is:
log(vierkanteMatrix1[,Waarde]) vierkanteMatrix
Geeft de logaritme met grondtal-Waarde- van vierkanteMatrix1. Dit
is niet hetzelfde als het berekenen van de logaritme met grondtal-
Waarde- van elk element. Zie voor informatie over de
berekeningsmethode
cos().
vierkanteMatrix1 moet diagonaliseerbaar zijn. Het resultaat bevat
altijd getallen met een drijvende komma.
Als het grondtal-argument wordt weggelaten, dan wordt 10 als
grondtal gebruikt.
In de hoekmodus Radialen en rechthoekige complexe opmaak:
Om het hele resultaat te zien drukt u op
£ en gebruikt u
vervolgens
¡ en ¢ om de cursor te verplaatsen.
Logistic
Catalogus
>
Logistic X, Y[, [Freq] [, Categorie, Opnemen]]
Berekent de logistische regressie y = (c/(1+a·e
-bx
)) op de lijsten X
en Y met frequentie Freq. Een samenvatting van de resultaten wordt
opgeslagen in de variabele stat.resultaten. (Zie pag. 101).
Alle lijsten moeten gelijke afmetingen hebben, behalve Opnemen.
X en Y zijn lijsten met onafhankelijke en afhankelijke variabelen.
Freq is een optionele lijst met frequentiewaarden. Elk element in
Freq specificeert de frequentie waarmee elk overeenkomstig X- en Y-
gegeven voorkomt. De standaardwaarde is 1. Alle elementen moeten
gehele getallen | 0 zijn.
Categorie is een lijst met numerieke of tekst-categoriecodes voor de
overeenkomstige X- en Y-gegevens.
Opnemen is een lijst met één of meer van de categoriecodes. Alleen
de gegevens waarvan de categoriecode is opgenomen in deze lijst
worden opgenomen in de berekening.
Zie voor informatie over het effect van lege elementen in een lijst
“Lege elementen” op pag. 138.