Operation Manual
Style Creator (digitaal opnemen)
Referentie
116
TYROS / L-7S / TRS-MS01 Handleiding
Basisinstellingen en realtime opnemen voor elke part (kanaal)
De uitleggingen hier zijn van toepassing als u de BASIC pagina oproept in stap 4 van de Basisprocedure hierboven. Zie de illustraties hier-
boven voor informatie over de basisstijlcreatieparameters. Zie voor daadwerkelijke instructiestappen voor opnemen de gedeelten hierna.
■
Nootevents opnemen naar een ritmepart (kanaal)
....................................................
1
Selecteer één van de ritmeparts als opnamepart in de BASIC display (hierboven).
Basisprocedure (Style Creator)
1
2
3
4
DIGITAL
RECORDING
SONG
STYLE
MULTI PAD
EXIT
• Elke voice kan worden geselecteerd voor het RHY1
kanaal, met uitzondering van Organ Flutes.
• Alleen Drum Kit/SFX Kit kan worden geselecteerd voor
het RHY 2 kanaal.
• Voor de niet-ritme kanalen (BASS - PHR 2), kunnen alle
voices met uitzondering van de Organ Flutes voice/Drum
Kit/SFX Kit worden geselecteerd.
OPMERKING
• U kunt ook de gewenste sectie voor opname selecteren
door op de betreffende paneelknop te drukken. Drukken
op één van de sectieknoppen (inclusief de [AUTO FILL
IN] knop) roept het SECTION pop-up venster op, via
welke u secties kunt wijzigen.
• Om de wijziging daadwerkelijk in te voeren, drukt u op de
[OK] LCD knop.
OPMERKING
Selecteer eerst de gewenste stijl en één van
zijn secties.
Druk op de [DIGITAL RECORDING] knop.
Selecteer een sectie en part (kanaal) die gecreëerd of opge-
nomen moeten worden en stel de basisparameters in voor
het creëren van de stijl.
Druk op de [STYLE CREATOR] LCD knop.
Als u klaar bent met het creëren/bewerken
van een stijl, zorg er dan voor dat u de
opslaghandeling uitvoert. De opgenomen
stijl zal verloren gaan als u van stijl veran-
dert of als u het instrument uitzet zonder
de opslaghandeling uit te voeren (blz. 69).
Voer de Realtime opname uit.
Voer het assembleren uit (blz. 118).
Bewerk de reeds opgenomen parts (kanalen).
Voer stapsgewijze opname uit voor
noten via het Eventoverzicht.
Stel de gewenste part (kanaal) in op “REC” door op de corresponderende onderste
LCD knop te drukken, terwijl u de [REC CH] knop ingedrukt houdt. Er kan slechts één
part (kanaal) per keer worden opgenomen.
Druk op de LCD op knop om het Open/Save display op te roepen voor voices om de
voice van de geselecteerde part te wijzigen. Druk op de [EXIT] knop om terug te
keren naar deze display.
U kunt ook van elke part het afspelen tijdens het opnemen aan-/uitzetten door op de
onderste LCD knop te drukken.
Druk hierop als u een stijl van de grond af wilt
creëren door alle data van de geselecteerde stijl
te wissen.
Als u deze knop inge-
drukt houdt, verschijnt
er "DELETE" voor die
parts die data bevat-
ten. Stel de gewenst
part in op “DELETE”
(wissen) door op de
corresponderende
bovenste LCD knop te
drukken, terwijl u deze
knop ingedrukt houdt
om alle data in de
corresponderende
part te wissen. Het
wissen wordt daad-
werkelijk uitgevoerd
als u de knop loslaat.
Deze handeling, die overeenkomt met
stap 4, wordt behandeld op de volgende
bladzijde.
Selecteer het gewenste aantal maten voor de geselecteerde
sectie (geldt niet voor FILL IN secties, omdat die zijn vastgelegd
op 1 maat). Druk op de [EXECUTE] LCD knop om de nieuwe
instellingen daadwerkelijk in te voeren en controleer dit door op
de [START/STOP] knop te drukken in het STYLE CONTROL
gedeelte om de stijl te horen afspelen.
Selecteer de te
creëren sectie.
• U kunt geen nieuw materiaal overdubben (blz. 115) naar de parts (kanalen) die
presetdata bevatten, met uitzondering van de ritmeparts (kanalen). Zorg
ervoor dat de presetdata van niet-ritmeparts wordt gewist, voordat u opneemt,
met de [DELETE] LCD knop hierboven.
OPMERKING
PAS OP