Operation Manual

61 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Geen geluid. In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
15-19
De luidsprekers zijn niet goed
aangesloten.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan. 11
De HDMI componenten die zijn
aangesloten op dit toestel bieden geen
ondersteuning voor de HDCP
kopieerbeveiligingsnormen.
Sluit HDMI componenten aan die wel ondersteuning
bieden voor de HDCP kopieerbeveiligingsnormen.
72
De HDMI audiuitgangparameter in het
SETUP menu (Function Setup
1HDMI Audio Output) is ingesteld op
“TV”.
Zet de parameter op een andere item dan “TV”. 50
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met de
RINPUT-schakelaar (of eIngang
keuzetoetsen).
24
Het volume staat zacht of is gedempt. Zet het volume hoger.
Er worden signalen van een
broncomponent ontvangen die dit toestel
niet kan weergeven, zoals van een CD-
ROM.
Gebruik een signaalbron waarvan de signalen kunnen
worden weergegeven op dit toestel.
Er is geen goede audiodecoder
geselecteerd.
Geef het OPTION menu weer en stel “Decoder
Mode” in op “Auto”.
40
Geen beeld. Dit toestel produceert videosignalen die
niet ondersteund worden door het
beeldscherm dat is aangesloten op het
toestel via de HDMI OUT aansluiting.
Geeft het ADVANCED SETUP menu weer en
selecteer “VIDEO” in “INIT” om de videoparameters
te resetten.
58
Geeft het ADVANCED SETUP menu weer en stel
“MON.CHK” in op “YES”.
58
De VIDEO-aansluiting wordt gebruikt om
een componentvideosignaal weer te
geven, of de COMPONENT VIDEO
aansluitingen worden gebruikt om een
composiet videosignaal weer te geven.
Indien uw videomonitor geen HDMI-aansluiting
ondersteunt, controleer dan de COMPONENT
VIDEO-aansluitingen en de VIDEO-aansluiting en
selecteer de juiste video-ingang op de monitor.
15
Er komen videosignalen binnen die niet
standaard zijn.
Sluit de monitor aan op dit toestel via de
COMPONENT VIDEO-aansluitingen of de VIDEO-
aansluiting.
15
Er is geen juist videosignaal geselecteerd
op de videomonitor.
Selecteer een juist videosignaal op de videomonitor.
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde