User Manual

Gebruikershandleiding
20
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
Het Pitchbendwiel gebruiken
Met het pitchbendwiel kunt u zachte variaties van de toonhoogte toevoegen aan de noten
die u op het keyboard speelt.
De toonhoogte in stappen van een halve toon instellen
(transponeren)
De algemene toonhoogte van het instrument kan in halve tonen worden verhoogd of
verlaagd door op de TRANSPOSE-knoppen [+]/[-] te drukken. De waarde wordt in de
display weergegeven, en geeft de mate van transponering boven of onder de normale
waarde aan tussen -12 en +12 (een maximum van één octaaf). U kunt de instelling
terugzetten op de beginwaarde '00'. Daartoe drukt u gelijktijdig op de knoppen [+] en [-].
De toonhoogte wijzigen in octaven
Druk op de UPPER OCTAVE-knoppen [-]/[+] om de afspeeltoonhoogte van de hoofd- en
dualvoices te wijzigen in intervallen van een octaaf. De zojuist gewijzigde waarde wordt
nu in de display weergegeven als een waarde tussen -1 en +1. U kunt de instelling
terugzetten op de beginwaarde '0'. Daartoe drukt u gelijktijdig op de knoppen [+] en [-].
De toonhoogte van het instrument wijzigen
Het maximale
pitchbendbereik kan
worden gewijzigd door de
parameter PB Range in de
functiedisplay in te stellen.
Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
OPMERKING
Deze instelling heeft
geen invloed op de
drumkitvoices.
OPMERKING
Als een drumkit is
geselecteerd, worden
percussievoices die aan het
keyboard zijn toegewezen
wel in locatie verplaatst,
maar niet in toonhoogte.
OPMERKING