Operation Manual

123
Common General
Hier kunt u de Parameter Naam, het MIDI-kanaal
en andere algemene parameters in de Common Edit
schermen instellen. De volgende drie schermen
bevatten algemene instellingen.
GEN Name (General Name)
GEN MIDI (General MIDI)
Gen M.Kbd (General Master Keyboard)
GEN Name (Algemeen Naam)
U kunt een Performance Naam, bestaande uit
maximaal 10 karakters (letters of nummers) en/of
symbolen invoeren. U kunt tevens de Categorie
Naam links van de Performance Naam selecteren.
Het invoeren van de Performance Naam gebeurt op
dezelfde manier als het invoeren van de Voice Naam.
Details zijn te vinden op pag. 80.
GEN MIDI (MIDI Algemeen)
Hier kunt u de MIDI IN/OUT-kanaalparameters van
de Performance instellen.
Gen M.kbd (Master Keyboard Algemeen)
Hier kunt u toetsenbordsplits en layers instellen als
u gebruik maakt van een Performance in de Master
Keyboard Mode.
Mode
Stelt de mode van het toetsenbord in. Als de LED
van de [MASTER KEYBOARD]-knop op het regel-
paneel uitstaat, zijn deze Modes niet beschikbaar en
staan er haakjes in de display. De onderstaande drie
Modes zijn beschikbaar:
Instellingen: split, 4zone, layer
split:
Verdeelt het toetsenbord in een linkerhand-gedeelte (lower)
en een rechterhand-gedeelte (upper), waarbij per gedeelte een
MIDI-kanaal en Part toegewezen kunnen worden.
4zone:
Verdeelt het toetsenbord in vier zones (tevens het maximum),
waarbij per gedeelte een MIDI-kanaal en Part toegewezen
kunnen worden. Parameters kunnen voor iedere zone apart
worden ingesteld (pag. 137) als u op de [ENTER]-knop drukt.
layer:
Stapelt maximaal twee zones (Parts) op het toetsenbord.
Hiermee kunt u rijke en brede geluiden creëren.
GENíName) Ctgry a-Z 0-? Cursor
C 1234 [Pf:Init Voice]
Categorie-naam Performance-naam
GENíMIDI) ArpOut ArpCh LayerCh
Common on 1 BasicCh
GENíM.Kbd) Mode Lower Upper Point
Common (split) ch01 ch02 C 3
N.B.
ArpOut (Arpeggio Versturing)
Zet het via MIDI versturen van de Arpeggiator
frase aan of uit.
Instellingen: on, off
ArpCh (Arpeggio Kanaal)
Stelt het MIDI-kanaal van de Arpeggiator in. De
arpeggio maakt gebruik van Parts en Voices die
op dit MIDI-kanaal zijn ingesteld. Als u Kbdch
(Keyboard Channel = Toetsenbordkanaal) selec-
teert, dan gebruikt de Arpeggiator het MIDI-
Verstuurkanaal dat is ingesteld in de Utility Mode
(pag. 166).
Instellingen: 1 ~ 16, KbdCh (Keyboard Channel)
LayerCh (Layer Kanaal)
Stelt het MIDI-kanaal van de Layer Part in. Alle
Layer Parts (maximaal vier) gebruiken hetzelfde,
hier ingestelde, MIDI-kanaal. Als u BasisCh
(Basic Receive Channel = Basisontvangstkanaal)
selecteert, dan gebruiken alle Layers het Basis-
ontvangstkanaal dat is ingesteld in de Utility
Mode (pag. 166).
Instellingen: 1 ~ 16, BasicCh (Basic Receive Channel)
Lower
Als de toetsenbordmode (zie hierboven) is
ingesteld op “split”, dan wordt hier het MIDI-
kanaal toegewezen aan toetsen op en onder het
splitpunt. Het Part of de Voice die op dit MIDI-
kanaal is ingesteld speelt af als u toetsen op en
onder het splitpunt aanslaat. Als de Mode is
ingesteld op “layer”, wordt het MIDI-kanaal van
de eerste gestapelde zone (Part) hier ingesteld.
Instellingen: ch01 ~ ch16
Upper
Als de toetsenbordmode (zie boven) is ingesteld
op “split”, dan wordt hier het MIDI-kanaal
toegewezen aan toetsen boven het splitpunt. Het
Part of de Voice die op dit MIDI-kanaal is inge-
steld is hoorbaar als u toetsen boven het splitpunt
aanslaat. Als de Mode is ingesteld op “layer”,
wordt het MIDI-kanaal van de tweede gestapelde
zone (Part) hier ingesteld.
Instellingen: ch01 ~ ch16
U kunt de Upper/Lower MIDI-kanalen snel instellen met
de PART-knoppen [1] - [16]. Houd één PART-knop
ingedrukt en druk hierna een andere in. Het nummer
van de eerste knop wordt het Upper MIDI-kanaal en het
nummer van de tweede knop wordt het Lower MIDI-
kanaal.
N.B.