Setup guide

21
Contrastregeling (Contrast adjust)
Als de contrastbalk is geselecteerd, dient u op te drukken om het contrast
te verminderen en op om het contrast te vermeerderen.
Video-ingang voor camera's (Camera video input)
Deze optie verschijnt enkel wanneer een camera defect of uitgeschakeld is.
Kies 'Disconnect' (afkoppelen) terwijl de camera ingeschakeld is om te
vermijden dat de foutmelding en het alarm worden geactiveerd.
Tip: dit menu kan rechtstreeks worden geopend door een cameratoets
ingedrukt te houden.
NEDERLANDS
Instelling van bewegingscamera's
Activiteitendetectie wordt gebruikt om meer beelden op een schijf op te slaan
van camera's waar activiteit is. De gevoeligheid van de activiteit kan worden
ingesteld, zones kunnen worden bestreken volgens het soort decor.
Detectie (Detection)
Kies of de activiteitendetectie aan of uit staat voor de geselecteerde camera.
Gevoeligheid (Sensitivity)
Er zijn 5 gevoeligheidsniveaus voor activiteitsdetectie zodat u zeker weet dat
elke activiteit op de juiste wijze wordt gedetecteerd.
Opmerking: Bij het instellen van de gevoeligheid raden we u aan de optie
Activity test (Test activiteit) te gebruiken om er zeker van te zijn dat de juiste
gevoeligheid is geselecteerd.
Kies het gevoeligheidsniveau dat geschikt is voor het gebied dat de camera
bestrijkt:
Bij buitencamera's die veel omgevingsbeweging waarnemen, zoals bomen
en regen, moet de buitengevoeligheid (Outdoor) worden ingesteld op high
(hoog), low (laag) of very low (zeer laag).
Bij binnencamera's die weinig omgevingsbeweging waarnemen, moet de
binnengevoeligheid (Indoor) worden ingesteld op high (hoog) of low (laag).
De gevoeligheidsniveaus:
Indoor High (Hoge gevoeligheid binnen gevoeligste instelling)
Indoor Low (Lage gevoeligheid binnen)
Outdoor High (Hoge gevoeligheid buiten)
Outdoor Low (Lage gevoeligheid buiten)
Very Low (Zeer lage gevoeligheid, laagste gevoeligheidsniveau)