Operation Manual

70
Hoofdstuk 6—Analoge & digitale in-/uitgangen
01V96—Handleiding
GAIN-regelaars
INPUTs 1 t/m 16 beschikken over GAIN-draairegelaars die de in-
gangsgevoeligheid aanpassen. De ingangsgevoeligheid van de IN-
PUT-aansluitingen 1–12 is van –16 dB tot –60 dB als de pad uit is, en
van +4 dB tot –40 dB als de pad aan staat. De ingangsgevoeligheid
van de INPUT-aansluitingen 13–16 is van +4 dB tot –26 dB.
PEAK- & SIGNAL-indicators
De SIGNAL-indicator licht op als het ingangssignaalniveau van IN-
PUTs 1–16 de –34 dB overschrijdt. De PEAK-indicator licht op als
het ingangssignaalniveau 3 dB onder clippen bereikt.
2TR IN-aansluitingen
Deze ongebalanceerde tulpplugaansluitingen accepteren lijnniveau-
signalen van masterrecorders.
Als de AD 15/16-bronkeuzeschakelaar is aangezet (ingedrukt) wor-
den signalen die binnenkomen via deze ingang naar de AD-ingangen
15 en 16 geroutet. Als de monitorbronkeuzeschakelaar is aangezet
(ingedrukt) kunt u deze signalen via de MONITOR OUT-aansluitin-
gen afluisteren.
Uitgangssectie
De bedienings- en achterpanelen van de 01V96 beschikken over uitgangsaansluitingen die
het u mogelijk maken een afluisteringssysteem, een masterrecorder, effectprocessors en an-
dere lijnniveau-apparaten aan te sluiten.
MONITOR OUT-aansluitingen L/R
Deze gebalanceerde TRS-steekplugaansluitingen voeren afluiste-
ringssignalen of hiernaar toe geroute ingangssignalen van de 2TR
IN-aansluitingen uit. Het nominale uitgangsniveau is +4 dB.
Gebruik de monitorbronkeuzeschakelaar in de AD-ingangssectie om
het signaal te selecteren dat via deze aansluitingen wordt uitgevoerd.
OMNI OUT-aansluitingen 1–4
Deze gebalanceerde TRS-steekplugaansluitingen voeren
BUS OUT of rechtstreekse uitgangen van de ingangskana-
len uit. Het nominale uitgangsniveau is +4 dB.
STEREO OUT-aansluitingen L/R
Deze gebalanceerde XLR-3-32-aansluitingen voeren de STEREO
OUT-signalen uit. Het nominale uitgangsniveau is +4 dB.
2TR OUT-aansluitingen
Deze ongebalanceerde tulpplugaansluitingen voeren lijnniveausig-
nalen uit naar een aangesloten masterrecorder of andere externe
apparaten. Deze aansluitingen voeren altijd de STEREO OUT-sig-
nalen uit.
Tip:
Elk signaalpad kan naar de OMNI OUT-aansluitingen worden geroutet. (Zie blz. 124
voor meer informatie over signalen naar de OMNI OUT-aansluitingen routen.)
PEAK
SIGNAL
GAIN
-16
-60
PEAK
SIGNAL
GAIN
L
R
IN OUT
2TR
-10dBV (UNBAL)
L
R
IN OUT
2TR
-10dBV (UNBAL)