Operation Manual

214
Hoofdstuk 18—MIDI
01V96—Handleiding
MIDI-boodschappen voor verzending en ontvangst selecteren
U kunt MIDI-boodschappen selecteren die via een aangegeven poort moeten worden ver-
zonden of ontvangen. Druk, om dit te doen, op de DISPLAY ACCESS [MIDI]-knop, en ver-
volgens op de [F1]- knop om de MIDI | SETUP-pagina op te roepen.
Selecteer MIDI-kanalen voor verzending en ontvangst in de CHANNEL-regel, en zet de
verzending en ontvangst van elke van de MIDI-boodschappen aan of uit met de knoppen
in de parameterrij van PROGRAM CHANGE tot OTHER COMMANDS.
A
CHANNEL
Deze parameterrij maakt het u mogelijk om MIDI-kanalen voor MIDI-boodschapverzending
en -ontvangst aan te geven. De volgende parameters zijn beschikbaar in deze regel:
Tx
................................... Dit parameterveld geeft een MIDI-verzendkanaal aan.
Rx
................................... Dit parameterveld geeft een MIDI-ontvangstkanaal aan.
B
PROGRAM CHANGE
Deze parameterrij maakt de verzending en ontvangst van programmawijzigingen
mogelijk of onmogelijk.
Tx ON/OFF
................... Voor het aan- of uitzetten van de verzending van programma-
wijzigingsboodschappen
Rx ON/OFF
................... Voor het aan- of uitzetten van de ontvangst van programma-
wijzigingsboodschappen.
OMNI ON/OFF
............ Als deze knop is aangezet worden programmawijzigingen op
alle MIDI-kanalen ontvangen, ongeacht de instelling van de
CHANNEL-regel.
ECHO ON/OFF
............Deze knop bepaalt of programmawijzigingsboodschappen die
worden ontvangen via de MIDI IN-poort worden doorgestuurd
naar de MIDI OUT-poort.
C
CONTROL CHANGE
Deze parameterrij maakt de verzending en ontvangst van besturingswijzigingen moge-
lijk of onmogelijk.
Tx ON/OFF
................... Voor het aan- of uitzetten van de verzending van besturings-
wijzigingsboodschappen.
Rx ON/OFF
................... Voor het aan- of uitzetten van de ontvangst van besturings-
wijzigingsboodschappen.
ECHO ON/OFF
........... Deze knop bepaalt of besturingswijzigingsboodschappen die
worden ontvangen via de MIDI IN-poort worden doorge-
stuurd naar de MIDI OUT-poort.
D
PARAMETER CHANGE
Deze parameterrij maakt de verzending en ontvangst van parameterwijzigingen moge-
lijk of onmogelijk.
1
2
3
4
5
6
7