installatiehandleiding Rookmelder
INSTALLATIEHANDLEIDING ROOKMELDER Gefeliciteerd met de aankoop van de WoonVeilig rookmelder. Website WoonVeilig Klantenservice www.woonveilig.nl Meer informatie over de installatie en het gebruik van WoonVeilig kan je vinden op www.woonveilig.nl. Antwoorden op de meest gestelde gebruikersvragen staan op www.woonveilig.nl/gebruikersvragen. Dit pakket is zorgvuldig samengesteld.
INSTALLEREN VAN DE ROOKMELDER Het installatieproces van de WoonVeilig rookmelder bestaat uit vier eenvoudige stappen. STAP 1. CONTROLE INHOUD CONTROLEER DE INHOUD VAN DE DOOS STAP 2. AANMELDEN OP ALARMSYSTEEM KOPPEL DE ROOKMELDER AAN HET WOONVEILIG ALARMSYSTEEM STAP 3. MONTAGE ROOKMELDER BEPAAL DE LOCATIE EN MONTEER DE ROOKMELDER STAP 4. CONTROLE EN TEST CONTROLEER EN TEST DE ROOKMELDER STAP 1: CONTROLE INHOUD Controleer de inhoud van de verpakking op de volgende onderdelen: 1.
STAP 3: MONTAGE ROOKMELDER Plaats de rookmelder in de ruimte waar de kans op brand groot is. Test eerst met de afstandsbediening of de gewenste plek binnen het bereik van de huiscentrale valt. Belangrijke richtlijnen De beste plek voor de rookmelder is in het midden van een ruimte aan het plafond. Plaats de rookmelder op minimaal 60cm afstand van de muren. Rook trekt omhoog. Plaats daarom per verdieping minimaal 1 rookmelder in de hal of het trapgat.
ONDERHOUD Batterijen De rookmelder wordt gevoed door vier 1,5V AA alkalinebatterijen. Afhankelijk van het gebruik hebben de batterijen een gemiddelde levensduur van 2-4 jaar. De rookmelder geeft zelf aan wanneer de batterijen bijna leeg zijn. Als de batterijen nog ongeveer een maand voeding hebben krijg je de volgende meldingen: 1. Het statuslampje op de rookmelder begint rood te knipperen en de rookmelder geeft iedere 30 seconden een zachte pieptoon. 2.
BIJLAGE 1: BOORMAL ROOKMELDER 5