Instruction for Use

67
Afvoeren van restwater
Verzorging en onderhoud
Wanneer moet het restwater
worden afgevoerd
(afvoerprobleem)?
Voordat u de wasmachine
vervoert (verplaatst).
Als de wasmachine in een
ruimte is geïnstalleerd
waarin de temperatuur tot
onder het vriespunt kan
dalen. In dat geval is het het
beste om het restwater na
elke was af te voeren.
1.
Zet de wasmachine uit en
trek de stekker uit het
stopcontact.
2.
Draai de kraan dicht, koppel
de watertoevoerslang los
van de machine en laat het
water in een bak lopen.
3.
Open het filter voor
vreemde voorwerpen, laat
het water in een kleine
ondiepe bak lopen en sluit
het filter weer.
4.
Haal de afvoerslang los en
open vervolgens de
bevestigingsklem aan de
achterkant van de machine
(zie pijl A).
5.
Laat het restwater in een
ondiepe bak lopen.
6.
Wacht tot al het water eruit
gestroomd is.
7.
Bevestig de afvoerslang
opnieuw met de klem en
plaats hem terug met de U-
bocht.
8.
Sluit de watertoevoerslang
weer aan en steek de
stekker in het stopcontact.
Belangrijk:
schroef de
watertoevoerslang na het
afpompen van restwater
met de hand vast op de
kraan. Controleer of de
aansluitingen van de
wasmachine waterdicht zijn
door de kraan volledig open
te draaien.
Doseerbak voor
wasmiddel
1.
Druk de knoppen aan beide
zijden van de doseerbak in.
2.
Trek de doseerbak naar u
toe en haal hem eruit.
Er kan een klein beetje
water in de doseerbak
achterblijven. Het is
raadzaam de doseerbak
rechtop te houden.
3.
Was de doseerbak onder
stromend water.
U kunt ook de sifondopjes
in de doseerbak
verwijderen om te reinigen.
4.
Breng de sifondopjes weer
aan (als u ze verwijderd
had).
Zorg ervoor dat ze goed op
hun plaats zitten.
5.
Plaats de doseerbak terug
door de onderste lipjes in de
gaatjes van de klep te
plaatsen en schuif ze tot de
beide bovenste knoppen
vergrendeld zijn.
Opmerking: zorg ervoor
dat de doseerbak op de
juiste manier teruggezet
is.
A