Instruction for Use

NL 11
Behuizing en bedieningspaneel
Reinig deze met een zachte vochtige doek.
Indien nodig, gebruik wat water en zeep of een
mild neutraal schoonmaakmiddel (gebruik geen
schoonmaakmiddelen die oplosmiddelen bevatten,
agressieve schoonmaakmiddelen, glas- of allesrei-
nigers. Deze kunnen het oppervlak beschadigen).
Binnenste van het apparaat
Laat het deksel telkens na het wassen enige tijd
open, zodat het binnenste van het apparaat kan
drogen.
Als u zelden of nooit op 95°C wast, adviseren wij
om zo nu en dan een 95°C programma te laten
draaien zonder wasgoed, met een klein beetje
wasmiddel, om het apparaat van binnen schoon te
houden.
Voorwerpen terughalen die tussen de trommel en de
kuip gevallen zijn
Als er per ongeluk een voorwerp tussen de trommel en de kuip
valt, kunt u dit eruithalen dankzij de verwijderbare trommelbladen:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Haal het wasgoed uit de trommel.
3. Sluit de trommelkleppen en draai de trommel een halve slag.
4. Druk op het plastic uiteinde met behulp van een
schroevendraaier, terwijl u het blad van links naar rechts
schuift.
5. Het blad valt in de trommel.
6. Open de trommel: u kunt het voorwerp door de opening in de
trommel eruithalen.
7. Plaats het blad terug in de trommel: plaats het plastic uiteinde
boven de opening aan de rechterkant van de trommel.
8. Schuif vervolgens het plastic blad van rechts naar links tot het
klemt.
9. Sluit de trommelkleppen opnieuw, draai de trommel een halve
slag en controleer de plaatsing van het blad bij alle
ankerpunten.
10. Steek de stekker weer in het stopcontact.
Klepafdichting
Controleer de conditie van de klepafdichting
regelmatig en reinig deze van tijd tot tijd met een
vochtige doek.
Watertoevoerslang(en)
Controleer de watertoevoerslang regelmatig op
barsten of scheuren. Vervang deze zondig.
Filter
Controleer en reinig het filter regelmatig, minimaal
drie- of viermaal per jaar (zie “Reinigen van het
filter/ Afvoeren van restwater”).
Gebruik geen brandbare vloeistoffen voor
het reinigen van het apparaat.
3
4
7
4