Operation Manual

Maak de buitenkant van de koelkast schoon met een spons en
lauw water.
Met een zachte doek afdrogen.
Maak af en toe de condensor
(Fig. 12)
met een stofzuiger
schoon.
~~A~~~V~~~G~~
Bl4
~~~~~~~~~~~
Bent u lang afwezig,
neem dan de stekker uit het stopcon-
tact,
haal de koelkast leeg, maak de binnenkant schoon en
laat de deur open (om de vorming van vieze luchtjes tegen
te
gaan).
Bij
een korte afwezigheid
kunt u het apparaat aan laten staan.
Om het apparaat tijdelijk uit te schakelen
zet
u
de thermo-
staatknop op stand
O.
~~A~~~~~~~~E~
VOOS
~~~~~~~~~~~~A~~~~
U
kunt uw apparaat met minder energie laten werken.
-
Controleer de afdichting van de deur;
Stel
het apparaat waterpas op, zodat de deur perfect sluit.
-
Is
de koelkast voorzien van een
m
compartiment, verwij-
der dan regelmatig de rijplaag op de binnenkant hiervan; ont-
dooi wanneer de rijplaag een dikte van
ca
3
mm heeft bereikt.
-
Maak de condensor regelmatig schoon.
-
Open de deur niet onnodig; sluit deze meteen na het uitne-
men van de levensmiddelen.
-
Doe de koelkast vol maar niet overvol; zorg, dat de lucht bin-
nenin goed kan circuleren.
-
Wanneer
u
het apparaat op een lagere temperatuur instelt
dan nodig is, verspilt u energie.
-
Plaats
het apparaat niet naast een warmtebron zoals een for-
nuis, verwarming, boiler, of in de volle zon.
~~~~~~~~~~~~~~
(Fig.
15)
Een onregelmatige werking wordt niet altijd veroorzaakt door
een defect aan het apparaat, maar is vaak het gevolg van een
foutieve installatie of een onjuist gebruik.
Om onnodige tussenkomsten met bijbehorende kosten van onze
service
te
voorkomen, raden wij aan als volgt
te
werk
te
gaan:
1) De binnentemperatuur
is
niet laag genoeg.
Controleer of:
-
de deur perfect sluit;
-
de thermostaat op de juiste stand staat (zie het hoofdstuk
"Regeling van de temperatuur");
-
het apparaat niet naast een warmtebron staat;
-
de lucht vrij door de ventilatie-openingen kan circuleren;
-
er geen excessieve rijplaag in het
lage-temperatuurcomparti-
ment
zit;
-
de condensor (radiator), bevestigd op de achterkant, schoon
is
(Fig. 12).
2) De binnentemperatuur
is
te laag.
Controleer of:
-
de thermostaat op de juiste stand staat.
3)
Het apparaat maakt erg veel lawaai.
Controleer of:
-
het apparaat goed horizontaal staat.
4) Het apparaat werkt niet.
Controleer of:
-
de thermostaatknop niet op stand
O
staat;
-
er stroom is;
-
de stekker goed in het stopcontact zit;
-
de hoofdschakelaar niet is uitgeschakeld of de zekeringen
niet zijn doorgebrand;
-
de voedingskabel niet kapot is (zie ook de Noot).
5)
De binnenverlichting brandt niet:
Zie punt
4.
Neem anders de stekker uit het stopcontact,
schroef het kapje (indien aanwezig) met een schroevedraaier
los
(Fig. 13)
en controleer of de lamp
los
zit; indien nodig de-
ze
vastdraaien.
-
Is
het lampje kapot, schroef het dan
los
en vervang het door
een nieuwe (niet sterker dan 15 W)
(Fig.14).
6)
Water op de bodem van de koelkast.
Controleer of:
-
de thermostaat op de juiste stand staat;
-
de waterafvoer niet belemmerd wordt en de afvoeropening
niet verstopt is (zie het hoofdstuk "Onderhoud")
(Fig.11).
Noot
Indien u de voedingskabel moet vervangen, neem dan de
stekker uit het stopcontact, monteer de nieuwe kabel en ver-
zeker u ervan dat deze de juiste doorsnede heeft en correct
is
vastgezet en aangesloten.
Wanneer het apparaat na de bovengenoemde controles nog
steeds niet normaal wil functioneren, waarschuw dan de
Service Dienst, waarvan
u
de adressen vindt zowel op het ga-
rantiebewijs als in de telefoongids; specificeer de aard van het
defect, het model en het serienummer van het apparaat; deze
gegevens staan vermeld op het typeplaatje
(Fig.
6).
OMKEREN
VAM
DE
DEUR
1) Demonteer het onderste scharnier
2)
Verwijder de deur
3)
Verwijder de schroeven
4)
Draai de pen om
5) Draai het voetje om
AL
6)
Demonteer de handgreep
7)
Draai de scharnierbus om
8)
Monteer de handgreep
9)
Zet
de sluitdopjes in
1
O)
Draai de handgreep om
1
1)
Zet de sluitdopjes in
.c
12) Monteer de deur
13)
Monteer het onderste scharnier
~~~~~~~ VAN
DE
KLEP
VAN
HET
LAGE-TEMPERATUURCON~~~TB~ENB
(Fig.
A)
1)
Open de deur en demonteer de onderste scharnier.
2)
Verwijder de deur.
3)
Verwijder de sluitpal en monteer hem aan de rechter kant.
Verwijder de terugtrekveer en monteer hem aan de linker kant.
4)
Verwijder de bovenste bus en plaats hem in de linker
behuizing.
5) Monteer de deur (met
180"
gedraaid).
6)
Hermonteer de onderste scharnier.
7)
Sluit het ongebruikte gat af met de clip (uit het zakje).
QMKEREN
VAN
DE
KLEP
VAN
HET
LAGE-TEMPEIRATUURCQRnBAR-BIMFhrT
(Fig.
B)
1)
Demonteer het linker sluitblokje
(2
schroeven)
2)
Demonteer de scharnieren op de rechterkant
(4
schroeven)
en verwijder de klep.
3)
Monteer de scharnieren opnieuw op de linkerkant en mon-
teer de klep.
4)
Monteer het sluitblokje opnieuw op de rechterkant.
5) Sluit de niet gebruikte openingen af met
2
clips (uit het
zakje).