Operation Manual
6
GAARHEID (ALLEEN BIJ AUTOMATISCHE FUNCTIES)
G
AARHEID IS BESCHIKBAAR bij de meeste automati-
sche functies. U heeft de mogelijkheid om het
eindresultaat persoonlijk aan te passen via de
functie Gaarheid instellen. Met deze functie
kunt u een hogere of lagere eindtemperatuur
instellen in vergelijking met de standaardin-
stelling.
W
ANNEER U een van deze functies gebruikt,
kiest de oven de standaardinstelling. Deze in-
stelling geeft gewoonlijk het beste resultaat.
Als het door u opgewarmde voedsel echter
te heet was om meteen te eten, kunt u dit ge-
makkelijk aanpassen voordat u de functie de
volgende keer gebruikt.
OPMERKING:
DE GAARHEID kan alleen worden ingesteld of ge-
wijzigd gedurende de eerste 20 seconden na-
dat de oven gestart is.
B
IJ SOMMIGE AUTOMATISCHE FUNCTIES kan de oven
stoppen (afhankelijk van het gekozen pro-
gramma en de voedselcategorie) en kunnen
de verzoeken “STIR FOOD” (voedsel omroe-
ren) of “TURN FOOD” (voedsel omdraaien) ver-
schijnen.
ROEREN OF VOEDSEL OMDRAAIEN (ALLEEN BIJ AUTOMATISCHE FUNCTIES)
U
DOET DIT DOOR EEN GAARHEIDSNIVEAU te kiezen
met de instelknop, meteen nadat u op de
starttoets hebt gedrukt.
O
PMERKING: IN DE AUTO DEFROST-MODUS (AUTOMA-
TISCH ONTDOOIEN) GAAT DE OVEN NA 2 MINUTEN AUTOM-
ATISCH VERDER als het voedsel niet is omgedraaid
/ doorgeroerd. In dit geval zal het ontdooien
langer duren.
V
ERDERGAAN MET DE BEREIDING:
Open de deur.
Roer of draai het voedsel om.
Sluit de deur en start opnieuw door de
starttoets in te drukken.
GAARHEID
N
IVEAU EFFECT
HOOG +2 GEEFT DE HOOGSTE EINDTEMPERATUUR
HOOG +1 GEEFT EEN HOGERE EINDTEMPERATUUR
MIDDEN 0GEEFT DE STANDAARDINSTELLING
LAAG -1 GEEFT EEN LAGERE EINDTEMPERATUUR
LAAG -2 GEEFT DE LAAGSTE EINDTEMPERATUUR