Operation Manual

4-38 Gebruikershandleiding
Satellite U500/U500D, Satellite Pro U500/U500D
Draadloze communicatie
De functie voor draadloze communicatie van de computer ondersteunt
zowel draadloos LAN- als Bluetooth-apparaten.
Alleen sommige modellen zijn voorzien van functies voor draadloos LAN
en Bluetooth.
Draadloos LAN
De functie voor draadloos LAN is niet op alle modellen beschikbaar. Als
deze functie aanwezig is, ondersteunt deze de A-, B-, G- en N (concept)-
standaard, maar is deze ook compatibel met andere LAN-systemen die zijn
gebaseerd op de Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal
Frequency Division Multiplexing-radiotechnologie die voldoet aan de IEEE
802.11-standaard voor draadloze LAN’s.
Automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik
54, 48, 36, 24, 18, 12, 9 en 6 Mbit/s (IEEE 802.11a/g).
Automatische selectie van de verzendsnelheid in het verzendbereik
11, 5,5, 2 en 1 Mbit/s (IEEE 802.11b)
Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
Kaartenergiebeheer
WEP-gegevenscodering (WEP = Wired Equivalent Privacy), gebaseerd
op het 128-bits coderingsalgoritme;
AES-gegevenscodering (AES = Advanced Encryption Standard),
gebaseerd op het 128-bits coderingsalgoritme
Gebruik de functies voor LAN (Wi-Fi) en Bluetooth niet in de buurt van
een magnetron of in gebieden met radiostoring of magnetische velden.
Storing van een magnetron of andere bron kan tot onderbreking van de
Wi-Fi- of Bluetooth-functie leiden.
Schakel Wi-Fi- en Bluetooth-functies uit in de buurt van mensen bij wie
mogelijk een pacemaker of een ander medisch elektrisch apparaat is
geïmplanteerd. Radiogolven kunnen de werking van de pacemaker of
het medische apparaat beïnvloeden met mogelijk ernstig letsel tot
gevolg. Volg de instructies bij uw medische apparaat als u
gebruikmaakt van een Wi-Fi- of Bluetooth-functie.
Schakel altijd de Wi-Fi- of Bluetooth-functie uit als de computer in de
buurt komt van automatische besturingsapparatuur of -toestellen, zoals
automatische deuren of brandmelders. Radiogolven kunnen storingen
veroorzaken in dergelijke apparatuur met mogelijk ernstig letsel tot
gevolg.
Er kan mogelijk geen netwerkverbinding tot stand worden gebracht met
een opgegeven netwerknaam via de functie voor ad hoc-netwerk. Als
dit het geval is, moet het nieuwe netwerk(*) worden geconfigureerd
voor alle computers die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk om zo
de netwerkverbindingen opnieuw tot stand te brengen.
* Controleer of u de nieuwe netwerknaam gebruikt.