Operator's Manual

15
De maaimessen controleren
1. Verwijder het maaidek, zie Maaidek verwijderen,
blz. 18.
2. Controleer de snijranden (Fig. 18). Als de randen niet
scherp zijn of bramen vertonen, maaimessen
verwijderen en slijpen. Zie De maaimessen slijpen,
blz. 15.
3. Controleer de messen, met name het gebogen deel
(Fig. 18). Als u beschadiging, slijtage of groefvorming
in dit deel constateert (Fig. 18), moet u het mes direct
vervangen.
m–151
1
2
3
Figuur 18
1. Snijrand
2. Gebogen deel
3. Slijtage/groefvorming
De maaimessen verwijderen
Belangrijk Er zijn twee verschillende mesmaten. Het
kortste mes gaat in de middelste as. De twee langste messen
gaan op de buitenste assen (Fig. 22).
1. Verwijder het maaidek, zie Maaidek verwijderen,
blz. 18.
2. Kantel het maaidek voorzichtig.
3. Verwijder de moer, de platte ring, het mes en de ring
(Fig. 19). Plaats indien nodig een houten blok tussen het
maaimes en het maaidek om het mes vast te zetten,
zodat u de bout kunt losdraaien.
4. Controleer alle onderdelen. Bij gebreken of
beschadiging delen vervangen.
1
2
3
4
5
m-5711
Figuur 19
1. Moer
2. Platte ring
3. Buitenste mes getoond
4. Ring
5. As
De maaimessen slijpen
1. Gebruik een vijl om de snijranden aan beide uiteinden
van het mes te slijpen (Fig. 20). Houd daarbij de
oorspronkelijke hoek in stand. Het mes blijft in balans
als u van beide snijranden dezelfde hoeveelheid
materiaal verwijdert.
1
Figuur 20
1. Onder oorspronkelijke hoek slijpen
2. Controleer de balans van het mes met een mesbalans
(Fig. 21). Als het mes horizontaal blijft, is het in balans
en geschikt voor gebruik. Als het mes niet in balans is,
wat materiaal van de achterkant van het mes afvijlen.
Herhaal dit indien nodig totdat het mes in balans is.
1
2
Figuur 21
1. Mes 2. Mesbalans