Operator's Manual
Figuur18
1.Maaihoogtehendel2.Pen
2.Omdemaaihoogteintestellen,verwijdertudepen
uitdemaaihoogtebeugel(Figuur18).
3.Kiesdeopeningindemaaihoogtebeugeldie
overeenkomtmetdegewenstemaaihoogtestand,en
steekdaarindepen(Figuur18).
4.Zetdemaaihoogtehendelindegewenstestand.
Antiscalpeerrollenafstellen
Alsudemaaihoogtewijzigt,verdienthetdeaanbeveling
dehoogtevandeantiscalpeerrollenintestellen.
1.Schakeldeaftakasuit,zetderijhendelsinde
vergrendeldeneutraalstandensteldeparkeerrem
inwerking.
2.Zetdemotoraf,verwijderhetcontactsleuteltjeen
wachttotdatallebewegendeonderdelentotstilstand
zijngekomenvoordatudebestuurderspositie
verlaat.
3.Nadatudemaaihoogtehebtingesteld,moetude
ensmoer,delagerbus,hetafstandsstukendebout
verwijderenomderollenintestellen(Figuur19,
Figuur20enFiguur21).
Opmerking:Detweemiddelsterollenhebben
geenafstandsstuk(Figuur20).
4.Kieseenopeningenleterhierbijopdatde
antiscalpeerrolisgeplaatstbijdedichtstbijzijnde,
doorugewenstecorresponderendemaaihoogte.
5.Monteerdeensmoer,delagerbus,hetafstandsstuk
endebout.Vastdraaienmeteentorsievan
54–61Nm(Figuur19,Figuur20enFiguur21).
6.Stelvervolgensookdeandereantiscalpeerrollenin.
Figuur19
1.Antiscalpeerrol4.Flensmoer
2.Afstandsstuk
5.Bout
3.Lagerbus
Figuur20
1.Antiscalpeerrol3.Flensmoer
2.Lagerbus4.Bout
Figuur21
1.Antiscalpeerrol4.Flensmoer
2.Afstandsstuk
5.Bout
3.Lagerbus
Afvoerplaatinstellen
Deafvoervandemaaimachinekanwordenaangepast
aanverschillendemaaiomstandigheden.Zorgervoor
25