Operator's Manual

17
Bougie controleren
1. Bekijk de binnenkant van beide bougies (Fig. 23). Als
de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar
behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt meestal
op een vuil luchtfilter.
Belangrijk Bougie nooit schoonmaken. Bougie altijd
vervangen bij zwarte laag op de bougie, versleten
elektroden, vettige laag op de bougie of scheuren.
2. Controleer de afstand tussen de centrale elektrode en
de massa-elektrode (Fig. 23).
3. Verbuig de massa-elektrode (Fig. 23) om de juiste
afstand in te stellen indien dit nodig is.
0,76 mm
2
3
1
m–3215
Figuur 23
1. Centrale elektrode met
isolator
2. Massa-elektrode
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)
Bougie monteren
1. Draai de bougie in het bougiegat.
2. Draai de bougie vast met een torsie van 20 Nm.
3. Druk de kabel op de bougie (Fig. 18).
Onderhoud van de
tractie-aandrijving
De tractie-aandrijving aftstellen
Aangezien de frictiewielen en banden gewoonlijk slijten,
zal het mechanisme van de tractie-aandrijving af en toe
moeten worden afgesteld.
1. Zet de motor af.
2. Draai de onderste moer op de onderkant van de beugel
los (Fig. 24).
1829
1
2
4
3
Figuur 24
1. Onderste moer
2. Bovenste moer
3. Beugel
4. Bovenste gat
3. Draai de bovenste moer aan om het kabelhuisje naar
boven te bewegen (Fig. 24), waardoor het frictiewiel
dichter tegen de band aan komt (hierdoor wordt de
kabel ingekort ter compensatie van de slijtage).
Opmerking: Als u de kabel niet verder kunt verstellen,
beweegt u de beugel naar het bovenste gat in de
handgreep en begint u opnieuw met afstellen (Fig. 24).
4. Als de tractie-aandrijving correct is afgesteld, draait u
de onderste moer vast tegen de beugel om de afstelling
te borgen (Fig. 24).
Als u de tractie-aandrijving hebt afgesteld, maar de wielen
draaien niet als u de hendel beweegt, moet u de drijfriem
afstellen.