Operator's Manual

13.Herhaalstappen4totenmet12nogminstens2
keeromerzekervantezijndathetspuitsysteem
volkomenisgereinigd.
Belangrijk:Umoetdezeprocedurealtijd
minstensdriekeeruitvoerenomerzeker
vantezijndathetspuitsysteemhelemaal
schoonis,omschadeaanhetsysteemte
voorkomen.
14.Reinigdezuigkorf;zieZuigkorfreinigen(bladz.
62).
Belangrijk:Alsubevochtigbaarpoeder
gebruikt,moetudezuigkorfnaelketank
reinigen.
15.Spuitmeteentuinslangdebuitenkantvande
spuitmachineschoon.Gebruikhierbijschoon
water.
16.Verwijderdespuitdoppenenreinigzemet
dehand.Vervangversletenofbeschadigde
spuitdoppen.
Deomloopkleppenvande
spuitbomenkalibreren
Belangrijk:AlsuhetProControl™spuitsysteem
heeftgeïnstalleerd,moetendeomloopkleppen
vandespuitbomenwordengesloten.Gebruik
devolgendeafstellinguitsluitendalsuhetPro
Controlspuitsysteemnietgebruikt.
Alsudespuitmachinevoordeeerstekeeringebruik
neemtofalsdespuitdoppenzijnvervangen,moetu
deomloopkleppenvandespuitbomeninstellenzodat
dedrukendegebruiksdosisvoorallespuitbomen
hetzelfdeblijftalsueenofmeerspuitbomenhebt
uitgeschakeld.
Opmerking:Deomloopkleppenmoetenworden
gekalibreerdtelkensalsdespuitdoppenworden
vervangen.
Belangrijk:Alsdemachineuitgerustismet
eenProControl™spuitsysteem,dientugeen
achtteslaanopdevolgendestappenonder
dezebelangrijkeopmerkingoverhetkalibreren
vandeomloopkleppenvandespuitbomenen
ditberichttelezen:AlsueenProControl™
systeemgebruikt,wordendeomloopkleppenniet
gebruikt.Sluitdeomloopkleppendoorderode
omloopknoppennaarrechtstedraaien.Deklep
isgeslotenzodatueenlichteweerstandvoelt
alsuaandeknopdraait.Alsudeomloopknop
tevastdraait,kuntudeklepbeschadigen.Om
deklepvolledigtesluiten,zouhetkunnendat
udeomloopknop3tot4keervolledigmoet
draaien(360°=1draaiing).Denummersop
deklepzijnenkelterreferentie.Deknopop0
zettenisdusgeengarantiedatdeklepgesloten
is.AlsuhetProControl™systeemgebruikt,
moetudeomloopkleppennietaanpassenzodra
zegeslotenzijn.Alsudemachinegebruiktom
handmatigtespuiten(zonderhetProControl™
systeem),dientuvoordatudemachinegebruikt
destappenteraadplegenvoorhetkaliberenvan
deomloopkleppenvoordespuitbomen.
1.Kieseenopenenvlakterreinomdezeprocedure
uittevoeren.
2.Vuldespuittankvandespuitmachinemet
schoonwater.
3.Laatdeuitgeklaptespuitbomenneer,alsdeze
zijngemonteerd.
4.Steldeparkeerreminwerkingenstartdemotor.
5.Zetdeschakelaarvanelkespuitboomende
hoofdschakelaarvandespuitbomenopAan.
6.Steldedrukinopdewaardediewordt
aangegevenopdedrukmetertotdatdedrukzich
bevindtinhetbereikvoordespuitdoppendieu
hebtgeïnstalleerdopdespuitbomen(normaal
276kPaof40psi).Ditdoetumetbehulpvande
schakelaarvoordegebruiksdosis.
7.Noteerdewaardeopdedrukmeter.
8.Schakeleenvandespuitbomenuitmetbehulp
vandecorresponderendeschakelaar.
9.Steldeomloopklep(Figuur24)aande
achterzijdevanderegelklepvandespuitboom
dieuhebtuitgeschakeld,zodanigindatde
drukwaardeopdemeterdezelfdeisalsinstap7.
g012935
Figuur24
1.Omloopkleppenvanspuitbomen
10.Schakeldespuitboominenuitomtecontroleren
ofdedrukongewijzigdblijft.
11.Herhaalstappen9totenmet11voordeandere
spuitbomen.
30