Operator's Manual

17
4. Als het oliepeil beneden de VOL-markering staat,
verwijdert u de vuldop (Fig. 5) en vult u bij met olie
totdat het oliepeil de VOL-markering bereikt. Niet te
vol vullen.
1
Figuur 5
1. Olievuldop
5. De motor gebruikt hoogwaardige reinigingsolie,
waaraan het American Petroleum Institute—API—
“onderhoudsclassificatie ” CD, CE, CF, CF-4, of CG-4
heeft verleend. Raadpleeg onderstaande tabel om vast te
stellen wat de juiste viscositeitsklasse bij de verwachte
temperatuur is.
boven 25°C
SAE 30
10W-30
of
10W-40
0° tot 25°C
SAE 20
10W-30
of
10W-40
beneden 0°C
SAE 10
10W-30
of
10W-40
Opmerking: Als u andere olie gaat gebruiken, moet u eerst
alle oude olie aftappen uit het carter voordat u dit vult met
nieuwe olie.
6. Plaats de vuldop en de peilstok terug.
7. Sluit de motorkap en zet deze vast met de
vergrendelingen.
Het koelsysteem controleren
Controleer het koelvloeistofpeil bij het begin van elke dag.
De inhoud van het systeem is 10,4 liter.
1. Verwijder voorzichtig de doppen van de radiator en de
expansietank (Fig. 6).
Als de motor heeft gelopen, kan de hete
koelvloeistof, die onder druk staat, ontsnappen
indien de radiatordop wordt verwijderd. Dit kan
brandwonden veroorzaken.
Verwijder de radiatordop nooit als de motor
loopt.
Gebruik een lap als u de radiatordop verwijdert
en draai de dop langzaam open om de stoom te
laten ontsnappen.
Voorzichtig
2. Controleer het koelvloeistofpeil in de radiator. De
radiator moet worden gevuld tot de bovenkant van de
vulbuis en de expansietank tot de VOL-markering.
1
Figuur 6
1. Expansietank
3. Als het koelvloeistofpeil te laag is, moet u bijvullen met
een oplossing die half uit water, half uit
ethyleenglycol-antivries bestaat. Gebruik geen
koelvloeistoffen op basis van alcohol/methanol of
alleen water.
4. Plaats de doppen van de radiator en de expansietank
terug.