Operator's Manual
petrodiesel).Hetdeelpetrodieselmoeteenlaagof
ultralaagzwavelgehaltehebben.Neemdevolgende
voorzorgsmaatregeleninacht:
•Hetdeelbiodieselvandebrandstofmoetvoldoen
aandespecicatieASTMD6751ofEN14214.
•HetdieselmengselmoetvoldoenaanASTMD975
ofEN590.
•Gelakteoppervlakkenkunnenwordenbeschadigd
doorbiodiesel.
•GebruikbijkoudweerB5(biodieselinhoud5%)of
mengselsmeteenlagerpercentage.
•Controleerafdichtingen,slangenenpakkingen,die
incontactmetbrandstofkomen,omdatzijinde
loopdertijdhierdoorkunnenwordenaangetast.
•Dekansbestaatdateenbrandstoflternaverloop
vantijdverstoptraakt,nadatubentovergestaptop
eenbiodieselmengsel.
•Neemcontactopmetuwleverancieralsu
informatieoverbiodieselwenst.
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenisbrandstofuiterst
ontvlambaarenzeerexplosief.Brandofexplosie
vanbrandstofkanbrandwondenbijuofanderen
enmateriëleschadeveroorzaken.
•Vuldebrandstoftankindeopenluchtwanneer
demotorkoudis.Eventueelgemorste
brandstofopnemen.
•Vuldebrandstoftanknooitalsdemachineop
eenaanhangerineenafgeslotenruimtestaat.
•Rooknooitwanneerumetbrandstofbezigbent
enhouddebrandstofwegvanopenvlammen
ofvonken.
•Brandstofineengoedgekeurdvatofbliken
buitenbereikvankinderenbewaren.Koop
nooitmeerbenzinedanuin30dagenkunt
opmaken.
•Gebruikdemachineuitsluitendalshet
completeuitlaatsysteemisgemonteerdennaar
behorenwerkt.
GEVAAR
Inbepaaldeomstandighedenkantijdenshet
tankenstatischeelektriciteitwordenontladen
waardoorvonkenontstaandiebrandstofdampen
totontbrandingkunnenbrengen.Brandof
explosievanbrandstofkanbrandwondenbijuof
anderenenmateriëleschadeveroorzaken.
•Zetbrandstofvatenaltijdopdegrondenuitde
buurtvandemachinevoordatudetankbijvult.
•Brandstofvatennietineenvoertuigof
vrachtwagenofopaanhangervullen,omdat
bekledingofkunststofbeplatinghetvatkunnen
isolerenendeafvoervanstatischelading
kunnenbemoeilijken.
•Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhetbest
eenmachineeerstvandevrachtwagenof
aanhangerhalenenbijtankenalsdemachine
metdewielenopdegrondstaat.
•Alsditnietmogelijkis,verdienthetdevoorkeur
dergelijkemachinesopeentruckofaanhanger
bijtevullenuiteendraagbaarvat,nietmet
behulpvaneenvulpistoolvaneenpomp.
•Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dientude
vulpijpvoortdurendincontactmetderandvan
debrandstoftankofdeopeningvanhetvatte
houden,totdatuklaarbentmetbijvullen.
Brandstoftankvullen
1.Parkeerdemachineopeenhorizontaaloppervlak.
2.Zetdemotorafensteldeparkeerreminwerking.
3.Reinigdeomgevingvandetankdopenverwijderde
tankdop(Figuur9).
Figuur9
1.Brandstofmeter
2.Dopvanbrandstoftank
21