Operator's Manual

Motor afzetten
Zet de bedieningsstang vrij. Zo w el de motor als
het mes moet n u stoppen. Doen ze dat niet, neem
dan contact op met een erk ende Ser vice Dealer .
Zelfaandrijving gebruiken
1. Zet de rijsnelheidsreg elaar in de g ew enste
stand.
2. Dr uk de bedieningsstang teg en de handg ree p
om te rijden ( Figuur 13 ).
Figuur 13
1. De rijsnelheid wordt hoger als u de bedieningsstang tegen
de handgreep duwt.
U kunt de rijsnelheid v ariëren door de afstand
tussen bedieningsstang en handg ree p te v erg roten
of te v erkleinen ( Figuur 13 ). Hierbij g aat u als
v olgt te w erk:
Zet de bedieningsstang omlaag om de
maaimac hine langzamer te laten rijden. Als u
de bedieningsstang te v eel omlaag zet, stopt de
zelfaandrijving v an de maaimac hine .
Duw de bedieningstang naar de handg ree p toe
om de snelheid te v erhog en.
Zet de rijsnelheidsreg elaar in de stand (Neutral)
(vrij) als u g aat maaien.
Opmerking: De aandrijfwielen w orden
g elev erd met vrijloopk oppeling en w aardoor u
de maaimac hine g emakk elijk er ac hter uit kunt
trekk en als u de wielaandrijving uitsc hak elt.
Om de k oppeling en uit te sc hak elen, duwt u de
maaimac hine minstens 2,5 cm v oor uit, nadat u de
wielaandrijving hebt uitg esc hak eld.
Maaihoogte instellen
Bij het afstellen v an de maaihoo gtehendels
kunnen uw handen in aanraking k omen
met een bew egend mes. Dit kan er nstig
lichamelijk letsel v er oorzak en.
Zet de motor af en w acht tot alle
bew egende delen stilstaan v oordat u de
maaihoo gte instelt.
Geen vinger s onder de maaikast stek en
bij het instellen v an de maaihoo gte.
1. Zet de motor af en w ac ht totdat alle bew eg ende
delen tot stilstand g ek omen zijn.
2. Maak de bougiekabel los v an de bougie
( Figuur 12 ).
Opmerking: Om de instelling te
v erg emakk elijk en, kunt de maaikast optillen,
zodat het wiel vrij v an de g rond k omt. Plaats
uw ving ers niet onder de maaikast om de
mac hine op te tillen.
3. Dr uk de instelhendel teg en het wiel ( Figuur 14 )
en zet deze in de g ew enste instelling .
Figuur 14
1. Maaihoogtehendel
4. Plaats de pen op de instelhendel v oor de
maaihoogte in de g ew enste ink e ping .
5. Zorg er v oor dat alle wielen dezelfde instelling
hebben.
13