Form No. 3357-435 Rev A 53 cm Heavy-Duty Rear Bagger gazonmaaier Modelnr.: 22179TE—Serienr.: 270000001 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen. Belangrijk attendeert u op bijzondere technische informatie en Opmerking duidt algemene informatie aan die bijzondere aandacht verdient. Inleiding Lees deze handleiding zorgvuldig, zodat u weet hoe u het product op de juiste wijze kunt gebruiken en onderhouden en letsel en schade aan het product kunt voorkomen. U bent verantwoordelijk voor het juiste en veilige gebruik van het product.
Veiligheid Het maaimes onderhouden................................. 23 Reiniging ................................................................ 25 Onderkant van de maaikast reinigen.................... 25 Scherm van de mesremkoppeling reinigen .......................................................... 25 Stalling ....................................................................... 26 Het brandstofsysteem gebruiksklaar maken ............................................................
• Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het bijvullen niet roken. • Vul brandstof bij voordat u de motor start. Verwijder nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit benzine bij wanneer de motor loopt of heet is. • Als er brandstof gemorst mag u de motor niet aanzetten, maar dient u eerst de maaimachine verplaatsen. Zorg ervoor dat er geen ontstekingsbronnen in de buurt van de gemorste brandstof komen totdat alle benzinedampen verdwenen zijn.
Geluidsdruk – als de maaimachine abnormaal begint te trillen (direct controleren). Deze machine oefent een A-gewogen equivalente continue geluidsdruk uit op het gehoor van de gebruiker van 88 dBA, gebaseerd op metingen bij identieke machines volgens EN 11094 en EN 836 procedures. • Neem gas terug terwijl de motor uitloopt en sluit de brandstofklep als u klaar bent met maaien. • Let op het verkeer als u in de buurt van een weg werkt of deze oversteekt.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de gebruiker en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 98-4387 1. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 93-6654 1. Machine kan voorwerpen uitwerpen – Zorg ervoor dat de grasgeleider op zijn plaats zit. 2. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd, maaimes—Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. 110-4977 1.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure 1 2 3 Hoeveelheid Omschrijving Handgreep Bout met ovalen kop Bout (5/16 x 7/8 inch) Bout (5/16 x 1-1/2 inches) Ring Borgmoer (5/16 inch) Kabelklemband Parkerschroef Brandstoftank 1 4 2 2 4 8 3 2 1 Geen onderdelen vereist – Gebruik De handgreep bevestigen. Monteer de brandstoftank en de brandstofleiding. Het carter met olie bijvullen.
Opmerking: Steek de bouten door het bovenste en onderste deel van de handgreep zodat de borgmoeren zich aan de buitenkant van de handgreep bevinden. Figuur 5 1. Brandstoftank 2. Elleboogfitting Figuur 4 1. 2. 3. 4. Bovenste deel van de handgreep Onderste deel van de handgreep Bout met ovale kop (4) Borgmoer 3. Brandstofslang 4. Klem voor brandstofleiding 2. Zet de brandstofslang vast met de klem voor de brandstofslang (Figuur 5). 3.
Algemeen overzicht van de machine 3 Het carter vullen met olie Geen onderdelen vereist Procedure De motor wordt geleverd zonder olie in het carter. Voordat u de motor start, moet u het carter vullen met ongeveer 0,88 liter olie. Zie Motoroliepeil controleren in Gebruiksaanwijzing , bladz. 10 voor oliespecificaties en instructies. Figuur 7 1. Handgreep 2. Hendel van de tractie-assist 3. Bedieningsstang voor maaimes 4. Vergrendeling van bedieningsstang 5. Brandstoftank 6. Handgreep startkoord 7.
Gebruiksaanwijzing 1 3 Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 2 Telkens voordat u gaat maaien, moet u controleren of de zelfaandrijving en de bedieningsstang nog goed werken. Als u de bedieningsstang loslaat moeten de motor en de zelfaandrijving stoppen. Doen ze dat niet, dan moet u contact opnemen met een erkende Service Dealer. 4 G002816 Figuur 8 1. Hendel van de tractie-assist 2.
Belangrijk: Meng nooit olie door de benzine. Belangrijk: Nooit methanol, benzine die methanol bevat, gasohol met meer dan 10% ethanol, superbenzine of wasbenzine gebruiken, omdat deze het brandstofsysteem van de motor kunnen beschadigen. Belangrijk: Gebruik geen benzine die nog is overbleven van een vorig maaiseizoen of die zelfs nog ouder is. Figuur 11 1. Peilstok 2. Vol 3. Bijvullen In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst ontvlambaar en zeer explosief.
Tijdens het bijvullen van benzine kan in bepaalde omstandigheden een statische lading ontstaan die de benzine tot ontbranding kan brengen. Brand of explosie van benzine kan letsel van u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Benzinevaten altijd op de grond en uit de buurt van de machine zetten alvorens de brandstoftank bij te vullen.
Figuur 14 1. Brandstofklep Figuur 15 3. Zet de gashendel op Choke (Figuur 9). 2. Druk de bedieningsstang van het maaimes tegen de handgreep en houd deze in die positie (Figuur 16). 4. Trek de starthandgreep langzaam uit totdat u weerstand voelt, daarna krachtig uittrekken. 5. Geef indien gewenst gas als de motor start. Opmerking: Wil de motor na drie pogingen niet starten, herhaal dan de stappen 3 tot en met 5. Motor afzetten 1. Zet de gashendel op Stoppen. 2.
Opmerking: U kunt de machine laten rijden met het maaimes ingeschakeld of uitgeschakeld. Als de mesremkoppeling niet werkt, blijft het mes draaien als u de bedieningsstang loslaat. Contact met het mes kan ernstig letsel veroorzaken. 2. • Controleer de mesremkoppeling vóór elk gebruik. • Gebruik nooit een maaimachine met een mesremkoppeling waarvan het veiligheidssysteem niet functioneert.
Figuur 18 1. Maaihoogtehendel van wiel Figuur 20 1. Bevestigingsbeugels voor de grasvanger 2. Laat de maaihoogtehendel los en zorg ervoor dat deze goed in de uitsparing valt. 4. Zet de achterklep omlaag. 3. Alle wielen moeten op dezelfde maaihoogte worden ingesteld. De graszak verwijderen De grasvanger gebruiken Om de zak te verwijderen, voert u bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit. Montage van de grasvanger 1. Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
Tips voor bediening en gebruik het gras het beste maaien bij een maaihoogte van 57 mm, 70 mm of 83 mm. U moet telkens niet meer dan ongeveer eenderde van de grassprieten afmaaien. Maai niet met een stand lager dan 57 mm, tenzij de grasmat dun is, of als het laat in het najaar is wanneer het gras langzamer begint te groeien. Algemene tips • Zorg ervoor dat u gedurende het hele seizoen steeds met een scherp maaimes maait. Vijl regelmatig kerven en inkepingen in het mes weg.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 8 bedrijfsuren • Motorolie verversen. Bij elk gebruik of dagelijks • Controleer het motoroliepeil. • Controleer het maaimes op slijtage of beschadigingen. • De onderkant van de maaikast reinigen. Om de 25 bedrijfsuren • Reinig het schuimelement (dit moet vaker gebeuren in stoffige omstandigheden).
Tandwielkast smeren Onderhoud motor Om de 100 bedrijfsuren moet u de tandwielkast smeren. Onderhoud van het luchtfilter 1. Verwijder de grasvanger Reinig het schuimelement om de 25 bedrijfsuren. Reinig het papierelement om de 100 bedrijfsuren. Vervang het papierelement om 300 bedrijfsuren of eenmaal per seizoen; dit moet vaker gebeuren in stoffige omstandigheden. 2. Plaats de smeerspuit op de smeernippel via de opening van de drijfriemkap (Figuur 22).
Oliefilter vervangen 6. Verwijder het schuimelement en was dit met een mild reinigingsmiddel en water. Dep dit daarna droog. 7. Drenk het schuimelement in olie en knijp dit vervolgens uit (niet wringen) om de overtollige olie te verwijderen. 8. Monteer het schuimelement. 9. Monteer het nieuwe papierelement. 10. Monteer het luchtfilterdeksel en zet dit vast met de schroef. Vervang het oliefilter (Figuur 25) om de 100 bedrijfsuren of jaarlijks, waarbij de kortste periode moet worden aangehouden.
Figuur 27 1. Centrale elektrode met isolator 2. Massa-elektrode 3. Elektrodenafstand (niet op schaal weergegeven) Figuur 26 1. Pakking 8. Monteer het nieuwe filter en draai dit met 2/3 slag vast. 6. Plaats de bougie en de pakkingafdichting. 9. Vul het carter met nieuwe olie tot aan de Vol-streep op de peilstok; zie Carter vullen met olie. 8. Sluit de bougiekabel aan op de bougie. 7. Draai de bougie vast met een torsie van 23 Nm. 10. Sluit de bougiekabel aan op de bougie. 11.
Onderhoud brandstofsysteem Onderhoud aandrijfsysteem Benzine aftappen uit de brandstoftank en brandstoffilter reinigen Onderhoud van de wielen De wielen verwijderen 1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand gekomen zijn. 2. Verwijder de bougiekabel van de bougie (Figuur 13). 3. Verwijder de bout, het afstandstuk van het wiel en de borgmoer waarmee het wiel is gemonteerd op de draaiarm (Figuur 28).
Onderhoud bedieningsysteem de schroeven of bouten in de tegenoverliggende gaten (Figuur 28). 5. Controleer of alle onderdelen in één lijn staan en draai de schroeven vast. Draai de schroeven afwisselend aan een zijde vast ten behoeve van een gelijkmatige montage totdat de wielhelften tegen elkaar zitten (Figuur 28). Kabel van de mesrem afstellen Telkens wanneer er een nieuw mesremkabelset wordt gemonteerd of de riem wordt vervangen, moet de mesremkabel worden afgesteld. 6.
Onderhoud van het maaimes De mesremkabel mag niet te strak worden afgesteld. Hierdoor kan de mesrem afbreken van de remtrommel. Als de rem geen contact maakt met de trommel, zal het mes blijven draaien als u de bedieningsstang loslaat. Een draaiend mes kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken. Het maaimes onderhouden Maai altijd met een scherp mes. Een scherp mes snijdt het gras goed af zonder het te scheuren of te kwetsen. 1.
Balanceren van het mes 1. Controleer de balans van het mes door het gat in het midden van het mes boven een spijker of de steel van een schroevendraaier te houden, die horizontaal in een bankschroef is geklemd (Figuur 33). Figuur 31 1. Wiek 2. Platte deel van het mes 3. Slijtage 4. Groefvorming Figuur 33 Opmerking: De beste resultaten krijgt u door een nieuw mes te monteren voordat het maaiseizoen begint.
Reiniging Als de maaimachine kantelt, kan er benzine uit de carburateur of benzinetank lekken. Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief en kan in bepaalde omstandigheden lichamelijk letsel of materiële schade veroorzaken. Onderkant van de maaikast reinigen Om de beste maairesultaten te verkrijgen, moet u de onderkant van de maaikast schoon houden. Voorkom dat er benzine wordt gemorst door de motor droog te laten lopen of de benzine te verwijderen met een handpomp. Wassen 1.
Stalling Om de maaimachine klaar te maken voor de stalling buiten het maaiseizoen, moeten de aanbevolen onderhoudsprocedures worden uitgevoerd. Zie Onderhoud. Stal de maaimachine op een koele, schone en droge plaats. Dek de maaier af om deze schoon te houden en te beschermen. Het brandstofsysteem gebruiksklaar maken Figuur 35 1. Schroeven (4) 2. Scherm van mesremkoppeling Benzine kan bij langdurige opslag verdampen en de benzinedampen kunnen ontploffen als zij in contact komen met een open vuur. 7.
Algemene informatie 1. Reinig de maaikast. Zie Onderkant van de maaikast reinigen. 2. Haal eventueel vuil en maaisel van de cilinder, de koelribben van de cilinderkop en het ventilatorhuis. 3. Verwijder maaisel, vuil en roet van de buitenste motoronderdelen, de uitlaatring en de bovenkant van de maaikast. 4. Controleer de conditie van het maaimes. Zie Onderhoud van het maaimes. 5. Reinig het scherm van de mesremkoppeling; zie Scherm van de mesremkoppeling reinigen. 6.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Motor start niet Motor start moeilijk of verliest vermogen Mogelijke oorzaak Remedie 1. Brandstoftank leeg of oude benzine in het brandstofsysteem. 1. Brandstoftank aftappen en vullen met verse benzine. Neem contact op met een erkende Service Dealer, als het probleem blijft voortduren. 2. De gashendel staat niet op Choke. 3. De bougiekabel is niet aangesloten op de bougie. 4. De bougie is aangetast, vuil, of de elektrodenafstand is niet correct afgesteld. 2.
Opmerkingen: 29
Opmerkingen: 30
Toro garanti Fel och produkter som omfattas Anvisningar för garantiservice The Toro® Company och dess dotterbolag, Toro Warranty Company, lovar Följ denna procedur om du tror att det är något fel på din Toro-produkt rörande tillsammans, enligt ett gemensamt avtal, den ursprungliga köparen* att reparera material eller utförande: en Toro-produkt som använts för normalt arbete i hemmet* om ett material1. Kontakta din försäljningsrepresentant för att ordna produktservice. Om du eller utförandefel uppstått.
International Distributor List—Consumer Products Distributor: Atlantis Su ve Sulama Sisstemleri Lt Balama Prima Engineering Equip B-Ray Corporation Casco Sales Company Ceres S.A CSSC Turf Equipment (pvt) Ltd Cyril Johnston & Co Equiver Femco S.A. G.Y.K. Company ltd. Geomechaniki of Athens Guandong Golden Star Hako Gorund and Garden Hydroturf Int. Co Hydroturf Egypt LLC Ibea S.p.A. Irriamc Jean Heybroek b.v. Lely (U.K. ) Limited Maquiver S.A. Maruyama Mfg. Co. Inc. Metra Kft Mounteld a.s. Munditol S.A.