Operator's Manual
spanningzijn,zullendezevroegtijdigslijtenen
kandevierwielaandrijvingvastlopen.
Figuur48toonteenvoorbeeldvanslijtageaaneen
bandveroorzaaktdooreentelagebandenspanning.
g010294
Figuur48
1.Telagebandenspanning
Figuur49toonteenvoorbeeldvanslijtageaaneen
bandveroorzaaktdooreentehogebandenspanning.
g010293
Figuur49
1.Tehogebandenspanning
Uitlijningvandevoorwielen
controleren
Onderhoudsinterval:Omde400bedrijfsuren/Jaar-
lijks(houdhierbijdekortsteperiode
aan)
1.Zorgervoordatdebandenrechtnaarvoren
wijzen.
2.Meetdeafstandhart-op-hartvanhettoespoor
(terhoogtevandeassen)aandevoorzijdeen
deachterzijdevandestuurwielen(Figuur50).
Opmerking:Deafstandmoetaandevoorzijde
vanhetwieltussen0±3mmgroterzijndanaan
deachterzijdevandeband.Draaihetwiel90°
envoerdemetingopnieuwuit.
Belangrijk:Controleerdeafstandop
consistentelocatiesophetwiel.Demachine
moetzichopeenhorizontaleondergrond
bevindenendewielenmoetenrechtnaar
vorenwijzen.
g009169
Figuur50
1.Voorkantvanmachine
3.Afstandhart-tot-hart
2.0±3mmvanvoorzijdetot
achterzijdevandeband
3.Upastdehart-tot-hartafstandalsvolgtaan:
A.Draaidecontramoerinhetmiddenvande
trekstanglos(Figuur51).
g010329
Figuur51
1.Trekstangen
2.Contramoeren
B.Draaidetrekstangrondomdevoorkant
vanhetwielnaarbinnenofnaarbuitente
bewegenvoordehart-tot-hartafstanden
vanvorennaarachteren.
C.Draaidecontramoervandetrekstangweer
vastalsdeafstellingcorrectis.
D.Controleerdeafstandomerzekervante
zijndatdewieleningelijkematenaarrechts
ennaarlinksdraaien.
Opmerking:Alsditniethetgevalis,
raadpleegdandeOnderhoudshandleiding
voordeafstellingsprocedure.
49