Operator's Manual

44
Onderhoud van het luchtfilter
1. Trek de vergrendeling naar buiten en draai het
luchtfilterdeksel linksom. Haal het deksel los van het
luchtfilterhuis. Reinig de binnenkant van het
luchtfilterdeksel.
1
2
ÎÎ
ÎÎ
Figuur 43
1. Luchtfilterdeksel 2. Filter
2. Alvorens het filter weg te halen, moet u met schone en
droge perslucht onder lage druk (276 kPA [40 psi])
grote hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen dat
tussen de buitenkant van het voorfilter en de filterbus
zit.
Belangrijk Gebruik geen perslucht onder hoge druk,
omdat hierdoor vuil via the filter in het inlaatkanaal kan
worden geblazen. Deze reiniging voorkomt dat er rommel
in de inlaat terechtkomt als het voorfilter wordt verwijderd.
3. Verwijder en vervang het voorfilter.
Opmerking: Het wordt afgeraden het gebruikte element te
reinigen omdat dit kan leiden tot beschadiging van de
filtermedia.
4. Inspecteer het nieuwe filter op transportschade en
controleer het uiteinde van het filter, dat goed moet
aansluiten, en het filterhuis.
Belangrijk Een beschadigd element mag niet worden
gebruikt.
5. Plaats het nieuwe filter door de buitenring van het
element aan te drukken om dit vast te zetten in de
filterbus.
Belangrijk Druk niet op het flexibele midden van het
filter.
6. Reinig de opening van de vuiluitlaat in het afneembare
deksel. Verwijder de rubberen uitlaatklep van het
deksel, maak de holte schoon en plaats de klep terug.
7. Monteer het deksel met de rubberen uitlaatklep naar
beneden gericht – in een positie tussen ongeveer 5:00
tot 7:00 uur, gezien vanaf het uiteinde.
8. Maak de sluitingen van het luchtfilterdeksel vast. Stel
de indicator opnieuw in als deze rood is.
Motorolie verversen en filter
vervangen
Ververs de olie en vervang het filter na de eerste
50 bedrijfsuren; daarna moet u om de 200 bedrijfsuren de
olie verversen en het oliefilter vervangen.
1. Haal de laadbak op (indien aanwezig) en plaats de
laadbakbeveiliging op de uitgetrokken hefcilinder om
de bak omhoog te houden.
2. Verwijder de aftapplug en laat de olie in een opvangbak
lopen. Als er geen olie meer naar buiten stroomt, plaatst
u de aftapplug terug.
1
Figuur 44
1. Aftapplug motorolie
3. Verwijder het oliefilter. Smeer een dun laagje schone
olie op de nieuwe filterpakking voordat u deze
vastschroeft. Schroef het filter erop totdat de pakking
contact maakt met de bevestigingsplaat; draai het filter
vervolgens nog eens 1/2 tot 2/3 slag. NIET TE VAST
AANDRAAIEN.
1
Figuur 45
1. Motoroliefilter
4. Carter bijvullen met motorolie; zie Motorolie controleren.