Operator's Manual

23
Laadbak neerlaten
1. Til de bak met een hand een stukje op terwijl u de steun
naar beneden drukt.
2. Laad de bak neer totdat de grendel deze vastgrijpt.
3. Om de bak stevig aan het frame te bevestigen, beweegt
u de grendel naar het onderste deel van de uitsnijding
(Fig. 18).
Grendels van de achterlaadklep
1. Om de achterlaadklep te openen, drukt u de hendels van
de grendels naar boven (Fig. 20). De grendels klappen
naar het midden van de achterlaadklep. Laat de
achterlaadklep langzaam neer.
Opmerking: U moet wellicht het uiteinde van de achter-
laadklep naar binnen duwen (in het bijzonder als de lading
tegen de achterlaadklep zit), voordat de grendels naar het
midden van de achterlaadklep klappen en loskomen.
1
m–5334
Figuur 20
1. Grendel van de achterlaadklep
2. Om de achterlaadklep te sluiten, tilt u de hendels
omhoog en schuift u ze naar de buitenkant van het
voertuig.
3. Druk de hendels van de grendel naar beneden om de
grendel en de achterlaadklep vast te zetten.
Nieuw voertuig inrijden
Om ervoor te zorgen dat het voertuig goede prestaties levert
en een lange levensduur heeft, moet u de eerste 100 bedrijfs-
uren de volgende richtlijnen in acht nemen.
Controleer regelmatig het peil van de vloeistoffen en de
motorolie en let op tekenen die erop wijzen dat een
onderdeel van het voertuig oververhit raakt.
Na een koude start moet u de motor ongeveer
15 seconden warm laten worden, voordat u optrekt.
Tijdens de eerste uren van de inrijperiode voor een
nieuw voertuig moet u krachtig remmen vermijden.
Nieuwe remvoeringen leveren pas na enkele bedrijfs-
uren optimale prestaties doordat de remmen dan als
gevolg van het gebruik zijn gepolijst (ingereden).
Varieer de snelheid van het voertuig tijdens het gebruik.
Vermijd snel starten en stoppen.
De motor heeft geen inrij-olie nodig. De originele
motorolie is hetzelfde type olie dat is voorgeschreven
voor regelmatige olieverversingen.
Zie hoofdstuk Onderhoud voor bijzondere controles op
rustige momenten.
Controleer de positie van de voorwielophanging en stel
deze in, als dit nodig is. Zie Voorwielophanging
instellen, blz. 32.
De laadbak laden
De inhoud van de laadbak is 0,37 m
3
. De hoeveelheid (het
volume) van het materiaal dat in de bak kan worden
geladen zonder dat het draagvermogen van het voertuig
wordt overschreden, kan sterk variëren, afhankelijk van de
volumieke massa van het materiaal. Bijvoorbeeld, een tot
de rand gevulde bak met vochtig zand weegt 680 kg. Dit is
113 kg boven het draagvermogen. Maar een tot de rand
gevulde bak met hout weegt 295 kg. Dit is minder dan het
draagvermogen.
Raadpleeg onderstaande tabel voor het maximale
ruimtegewicht van verschillende materialen.
Materiaal
Volumiek
e massa
(lb./ft.
3
)
Maximaal laad-
vermogen (op
een horizontaal
oppervlak)
Grind
Droog
Vochtig
95
120
3/4 vol (ongeveer)
1/2 vol (ongeveer)
Zand
Droog
Vochtig
90
120
3/4 vol
1/2 vol
Hout 45 Vol
Schors <45 Vol
Aarde,
samengedrukt
100 3/4 vol (ongeveer)