Operator's Manual

18
Brandstoftank
Aanbevolen benzine
Gebruik loodvrije, normale schone benzine voor
automobielen (octaangetal minimaal 87). Gelode benzine kan
worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar is.
Belangrijk Gebruik nooit benzine die methanol,
gasohol die meer dan 10 % ethanol bevat, superbenzine of
wasbenzine omdat dit kan leiden tot schade aan het
brandstofsysteem van de motor.
Gevaar
In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst
ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Eventueel gemorste benzine
opnemen.
Vul de brandstoftank niet helemaal vol. Vul de
benzinetank tot 2,5 cm vanaf de onderkant van
de vulbuis. Deze ruimte in de tank is nodig voor
het uitzetten van de brandstof.
Rook nooit wanneer u met benzine bezig bent en
houd de brandstof weg van open vlammen of
vonken.
Benzine in een goedgekeurd vat of blik en buiten
bereik van kinderen bewaren. Koop nooit meer
benzine dan u in 30 dagen kunt opmaken.
Benzinevaten altijd op de grond en uit de buurt
van de tractor zetten alvorens de tank bij te vullen.
Benzinevaten niet in een vrachtwagen of
aanhanger vullen, omdat bekleding of kunststof
beplating het vat kunnen isoleren wat de afvoer
van statische lading kan bemoeilijken.
Als het praktisch mogelijk is, kunt u het best een
machine met een benzinemotor eerst van de
vrachtwagen of aanhanger halen en bijtanken
als de machine met de wielen op de grond staat.
Als dit niet mogelijk is, verdient het de voorkeur
dergelijke voertuigen op een truck of aanhanger
bij te vullen uit een draagbaar vat, niet met
behulp van een vulpistool van een pomp.
Als u een vulpistool moet gebruiken, dient u de
vulpijp voortdurend in contact met de rand van
de brandstoftank of de opening van het vat te
houden, totdat u klaar bent met bijvullen.
Brandstoftank met brandstof vullen
De inhoud van de brandstoftank is ongeveer 26,5 liter.
1. Motor afzetten en parkeerrem in werking stellen.
2. Maak de omgeving van de dop van de brandstoftank
schoon (Fig. 12).
1
Figuur 12
1. Dop van brandstoftank
3. Verwijder de dop van de brandstoftank.
4. Vul de benzinetank tot ongeveer 2,5 cm vanaf de
bovenkant van de tank (de onderkant van de vulbuis).
Deze ruimte is nodig voor het uitzetten van de benzine.
Niet te vol vullen.
5. Draai de tankdop stevig vast. Gemorste brandstof
opnemen.
Peil van transmissie-olie
controleren
Het peil van de transaxle-vloeistof moet tot aan de
onderkant van de opening van de niveau-aanwijzer staan
(Fig. 13). Als dit niet het geval is, moet u het reservoir met
voldoende vloeistof vullen; zie Transaxle-vloeistof
verversen, blz. 36, stappen 3 en 4.
m–4849
1
Figuur 13
1. Opening van niveau-aanwijzer