Operation Manual
87
S10557-00006_Rev-A_NL
15. Storingen verhelpen
15.3 Tijdvolgorde van de aandrijvingsverlichting in normaal bedrijf en bij storingen
De knipperreeksen van de leds informeren de installateur, de eindklant en de telefonische support over de storingen.
In normaal bedrijf
Knipperreeksen Mogelijke oorzaak Oplossing
Normaal bedrijf
Aandrijvingsverlichting knippert als
waarschuwingslicht
• Programmeermodus geactiveerd
• Voorwaarschuwingstijd geactiveerd
• Omkeerbeweging, softomkering
en stilstand na een soft- of
omkeerbeweging
• Ter informatie
Bij storingen
Knipperreeksen Mogelijke oorzaak Oplossing
Vraag
Aandrijving wacht op commando
• Wacht op een bevestiging bij de
positieprogrammeerbeweging van
de positie deur DICHT
• Bevestiging van de
positieprogrammeerbeweging
Alarm
Een gebeurtenis heeft een storing
geactiveerd
• Fotocel / veiligheidssysteem vóór de
beweging niet in orde
• Fotocel controleren,
indien nodig opnieuw afstellen
• Indien nodig onderdelen door een
opgeleide specialist laten vervangen
• Onderbreking van een
veiligheidssysteem tijdens de
beweging
• Obstakel verwijderen
• Dodemansbeweging,
veiligheidssysteem niet in orde
• Door een opgeleide specialist laten
controleren
• Motor wordt van buiten verschoven
(bijvoorbeeld inbraakpoging)
• Ter informatie
Service
Een gebeurtenis heeft een storing
geactiveerd
• Service (servicedagen, servicecycli
zijn bereikt)
• De service door een opgeleide specialist
laten uitvoeren
• Motortemperatuur te hoog
(oververhitting)
• Motor laten afkoelen
• Programmeren van moeilijke
posities bij omkering zonder
zichtbare oorzaak. Daarbij wordt
het hele traject van eindpositie tot
eindpositie doorlopen (dodeman op
afstand, alleen in direct zichtbereik).
• ter informatie
Fout
Aandrijving of onderdelen van aandrijving
defect
• Zelftest van elektronica
• Blokkeringsdetectie (overbrenging
gebroken, Hall-sensor defect)
• Indien nodig door een opgeleide specialist
laten controleren en onderdelen indien
nodig laten vervangen door een specialist
• Eindschakelaar werkt niet
(bijvoorbeeld kabelbreuk,
eindschakelaar defect)
• Kabelverbindingen door een opgeleide
specialist laten controleren en onderdelen
indien nodig laten vervangen
• Telimpulsen vinden in de verkeerde
richting plaats (motorkabel is
verkeerd aangesloten)
• Bedrading controleren,
indien nodig corrigeren
• Looptijdoverschrijding • Loopweg te lang, loopweg is tot max.
7500 mm beperkt
• Fout bij plausibiliteitscontrole door
Memo
• Indien nodig door een opgeleide specialist
laten controleren en onderdelen indien
nodig laten vervangen