HANDLEIDING MULTIMETER MET AUTOMATISCHE BEREIKKEUZE MODEL TT 201
INHOUDSTAFEL Pagina Veiligheidstips Veiligheidssymbolen Functietoetsen en aansluitklemmen Symbolen en aanduidingen Specificaties Batterij-installatie Werkprocedure DC Voltmeting AC Voltmeting DC Stroommeting Weerstandsmeting Continuïteitscontrole Diodetest Temperatuurmeting Vervangen van de batterij Vervangen van de zekering 3 4 5 5 6 8 9 10 11 12 13 13 14 14 15 15 2
VEILIGHEIDSTIPS Deze multimeter werd ontworpen met het oog op een veilig gebruik. Niettemin moet men de grootste voorzichtigheid in acht nemen. Onderstaande richtlijnen moeten gerespecteerd worden om de veiligheid te waarborgen. 1.
VEILIGHEIDSSYMBOLEN Als dit symbool vergezeld is van een ander symbool, aansluitklem of systeem, dient de gebruiker de handleiding te raadplegen om lichamelijk letsel of schade aan het toestel te voorkomen. WARNING Deze WAARSCHUWING wijst op mogelijk levensgevaar of ernstige lichamelijke letsels. CAUTION Dit symbool betekent dat u moet OPLETTEN voor eventuele risico’s; dit om schade aan het toestel te vermijden.
FUNCTIETOETSEN EN AANSLUITKLEMMEN 1. LCD Display 2. Functieschakelaar 3. COM aansluitklem 4. 10A aansluitklem 5. Positieve aansluitklem 6. Data Hold toets 7. Verlichtingstoets Achteraan: staandertje + batterij-/zekeringcompartiment SYMBOLEN EN AANDUIDINGEN •))) Continuïteit Diodetest µ micro (amp.) m milli ( volt, amp.) k kilo (ohm) Ω ohm VDC volt gelijkstroom VAC volt wisselstroom ADC amp.
SPECIFICATIES Functie DC Volt (V DC) AC Volt (V AC) DC Stroom (A DC) Weerstand Temp oF Temp oC Bereik 200mV 2000mV 20V 200V 600V 200V 600V 2000µA 20mA 200mA 10A 200Ω 2000Ω 20kΩ 200kΩ 2000kΩ -4 tot 1400 oF -20 tot 760 oC Resolutie 0.1mV 1mV 0.01V 0.1V 1V 0.1V 1V 1µA 10µA 100µA 10mA 0.1Ω 1Ω 0.01kΩ 0.1kΩ 1kΩ 1oF 1oC Nauwkeurigheid ±(0.5% uitlez. + 2 digits) ±(0.8% uitlez. + 2 digits) ±(1.0% uitlez. + 2 digits) ±(1.2% uitlez. + 10 digits (50/60Hz) ±(1.0% uitlez. + 2 digits) ±(1.2% uitlez. + 2 digits) ±(3.
SPECIFICATIES Diodetest Continuïteitscontrole Batterijteststroom Ingangsimpedantie ACV Bandbreedte DCA spanningsval Display Overschrijding bereik Polariteit Meetfrequentie Zwakke batterijspanning Batterij Zekeringen Bedrijfstemperatuur Opbergtemperatuur Relatieve vochtigheid Hoogte Gewicht Afmetingen Veiligheid Teststroom van 1mA maximum, onbelaste spanning 2.8V DC Geluidssignaal als de weerstand minder dan ongeveer 30Ω bedraagt 9V (6mA); 1.
BATTERIJ-INSTALLATIE WAARSCHUWING: om een elektrische schok te voorkomen, de meetsnoeren uit elke spanningsbron verwijderen alvorens het batterijcompartiment te openen. 1. Verwijder de meetsnoeren uit het toestel. 2. Haal desgevallend de rubberen holster weg. 3. Open het batterijcompartiment met een Phillips schroevendraaier. 4. Installeer de batterij in de batterijhouder en let op de polariteit. 5. Sluit het batterijcompartiment en schroef het weer vast.
WERKPROCEDURE DATA HOLD TOETS Met de Data Hold functie kan men een meting “bevriezen" voor latere referentie. 1. Druk de DATA HOLD toets in om de uitlezing te “bevriezen”. Het bericht “HOLD” wordt op het display weergegeven. 2. Druk nogmaals op de DATA HOLD toets om de normale meting te hernemen. VERLICHTINGSTOETS De verlichtingstoets wordt enkel gebruikt om het display te verlichten. Om de batterij te sparen, gaat de verlichting automatisch uit na ongeveer 3 seconden.
DC VOLTMETING OPGELET: Meet geen gelijkspanning als er een motor in de stroomkring aan- of uitgeschakeld wordt. Zo kunnen hoge spanningspieken ontstaan die de multimeter kunnen beschadigen. 1. Zet de functieschakelaar op de hoogste V DC positie. 2. Verbind de banaanstekker van het zwarte meetsnoer met de negatieve aansluitklem (COM). Verbind de banaanstekker van het rode meetsnoer met de positieve aansluitklem (V). 3. Raak met de zwarte meetpunt de negatieve zijde van de stroomkring aan.
AC VOLTMETING WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrische schok. Het kan gebeuren dat de meetpunten niet lang genoeg zijn om met de onderdelen onder spanning in verbinding te komen binnen in sommige 240V stekkers omdat deze verzonken contacten hebben. Als gevolg geeft het display 0 volt weer terwijl er in werkelijkheid spanning op zit. Controleer of de meetpunten de metalen contacten in het stopcontact raken alvorens ervan uit te gaan dat er geen spanning aanwezig is.
DC STROOMMETING OPGELET: Meet geen stroom op de 10A schaal gedurende meer dan 30 seconden. Dit kan schade veroorzaken aan de multimeter en/of de meetsnoeren. 1. Verbind de banaanstekker van het zwarte meetsnoer met de negatieve (COM) aansluitklem. 2. Voor stroommeting tot 200mA DC, de functieschakelaar op een hogere DC mA positie instellen en de banaanstekker van het rode meetsnoer verbinden met de (mA) aansluitklem. 3.
WEERSTANDSMETING WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te voorkomen, het te testen toestel uitschakelen en alle condensators ontladen alvorens een weerstandsmeting uit te voeren. Verwijder de batterij en koppel het lijnsnoer los. 1. Zet de functieschakelaar op de hoogste Ω positie. 2. Verbind de banaanstekker van het zwarte meetsnoer met de negatieve (COM) aansluitklem Verbind de banaanstekker van het rode meetsnoer met de positieve Ω aansluitklem. 3.
DIODETEST 1. Verbind de banaanstekker van het zwarte meetsnoer met de negatieve COM aansluitklem en de banaanstekker van het rode meetsnoer met de positieve diodeklem. 2. Zet de draaischakelaar op / •))). 3. Raak met de testprobes de te testen diode aan. De spanning in doorlaatrichting bedraagt 400 tot 700mV. Bij omgekeerde spanning wordt “I” weergegeven. Bij kortsluiting verschijnt een waarde van circa 0mV en bij open kring verschijnt “I” in de twee polariteiten. Temperatuurmeting 1.
VERVANGEN VAN DE BATTERIJ WAARSCHUWING: Om een elektrische schok te voorkomen, de meetsnoeren loskoppelen van elke spanningsbron alvorens het batterijcompartiment te openen. 1. Als de batterij uitgeput is of indien de spanning lager is dan de werkspanning, verschijnt de waarschuwing “BAT” rechts op het scherm. De batterij moet vervangen worden. 2. Volg de richtlijnen onder de rubriek “Batterij-installatie”. 3. Laat de oude batterijen recycleren.