Operation Manual

<P=005>
lnstelling 13-4: DOORVERBINDEN
Hiermee kiest u de manier waarmee een gesprek kan worden doorverbonden in
een PBX. Raadpleeg uw PBX handleiding of uw leverancier voor de juiste
instelling. U kunt een keuze maken door een getal van ,,1“ tot ,,3“ als volgt in
te voeren:
,,1“: Aard toets
,,2“: Flash
,,3“: Buiten werking
Fabrieksinstelling: ,,2
Instelling 14: FAX DETECTIE
Uw fax is zo ingesteld dat deze automatisch begint met de ontvangst wanneer u
een hoog faxsignaal hoort, nadat u een gespreksverbinding beantwoordt
Wanneer u op dezelfde aansluiting een computer fax modem gebruikt, moet u
deze instelling uitzetten om te verhinderen dat uw faxtoestel foutief probeert
om documenten te ontvangen die door het computer fax modem worden
gezonden. Toets "1" om de detectie aan of, "2" om de detectie uit te zetten.
Fabrieksinstelling: ,,1
Instelling 15: CONTROLE VAN ANTI JUNK NUMMERS
Druk op "1" om te voorkomen dat er faxnummers worden ontvangen die op de
lijst met anti-junknummers staan vermeld. Druk op "2" om de ontvangst van
alle faxnummers toe te staan.
Fabrieksinstelling: ,,2
Instelling 16: POLLEN
Toets "1" wanneer u snelkiestoets 15 als polling toets wilt gebruiken of, "2"
wanneer u deze als een normale snelkiestoets wilt gebruiken.
Fabrieksinstelling: ,,2
Instelling 17: AUTOMATICH VOORBLAD
Toets "1" (JA) om het faxtoestel automatisch een voorblad te laten maken en
dit als laatste pagina van elke transmissie te zenden. Toets "2" (NEE) om de
functie uit te schakelen.
Fabrieksinstelling: ,,2
Instelling18: AUTOMATISCHE JOURNAAL LIJST
Druk "1" om uw faxtoestel automatisch een journaal met verzonden/ontvangen
documenten te laten printen na elke 30 bewerkingen. (De lijst kan desgewenst
evengoed manueel worden geprint.) Toets "2" om de functie uit te schakelen.
Fabrieksinstelling: ,,2
Hoofdstuk9Optioneleinstellinge
73