Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken Digitale Camera Model Nr. DMC-SZ3 Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen.
Inhoud Voor Gebruik Zorgdragen voor de fotocamera ................................................................................ 5 Standaard accessoires ............................................................................................... 6 Namen van de onderdelen.......................................................................................... 7 Voorbereiding Opladen van de Batterij ..............................................................................................
Opnemen Over de LCD-monitor ................................................................................................ 44 Gebruik van de Zoom................................................................................................ 46 • Optische zoom.................................................................................................... 46 • Extra optische zoom (EZ) ................................................................................... 47 • Intelligente Zoom ............
• [i. Exposure]........................................................................................................ 73 • [I.resolutie] .......................................................................................................... 73 • [Dig. zoom].......................................................................................................... 73 • [Burstfunctie]....................................................................................................... 74 • [Kleurfunctie].
Voor Gebruik Zorgdragen voor de fotocamera Niet blootstellen aan sterke trillingen, schokken of druk. • De lens, de LCD-monitor of de ombouw kunnen beschadigd worden bij gebruik onder de volgende omstandigheden. Hierdoor kunnen ook storingen ontstaan of kan het zijn dat het beeld niet wordt opgenomen, indien u: – Het toestel laten vallen of er tegen stoten. – Gaan zitten met het toestel in uw broekzak of het toestel in een volle of smalle tas forceren, enz.
Voor Gebruik Standaard accessoires Controleer of alle accessoires aanwezig zijn voordat u het toestel gebruikt. • De accessoires en de vorm ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of het gebied waar u de camera hebt gekocht. Raadpleeg voor details over de accessoires “Beknopte gebruiksaanwijzing”. • Batterijpak wordt aangegeven als batterijpak of batterij in de tekst. • De SD-geheugenkaart, de SDHC-geheugenkaart en de SDXC-geheugenkaart worden aangegeven als kaart in de tekst.
Voor Gebruik Namen van de onderdelen 1 2 3 Flits (P48) Lens (P5, 112) Zelfontspannerlampje (P52) AF-lamp (P76) 4 5 6 7 8 9 10 LCD-monitor (P44, 109, 112) [MENU/SET] knop (P37) [(] (Weergave) knop (P32) [ ] (Wis/Annuleer) knop (P36) [MODE] knop (P23, 80) Opladen lamp (P11) Luidspreker (P40) • Pas op de luidspreker niet te bedekken met uw 1 2 4 8 9 3 10 11 12 vinger. Dat zou het geluid moeilijk hoorbaar kunnen maken.
Voor Gebruik 13 Lusje voor draagriem (P22) • Zorg ervoor de riem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt, zodat het niet kan vallen. 13 14 14 Objectiefcilinder 15 [AV OUT/DIGITAL]-aansluiting (P11, 98, 102, 104) • Deze aansluiting wordt ook voor het laden van 15 de batterij gebruikt. 16 Zoomhendeltje (P46) 17 Microfoon • Pas op dat u de microfoon niet afdekt met uw 16 vingers.
Voorbereiding Opladen van de Batterij Gebruik de gewijde netadapter (bijgeleverd), USB-aansluitkabel (bijgeleverd) en batterij. • De batterij wordt niet opgeladen voor de verzending. Laad dus de batterij eerst op. • Laad de batterij alleen op wanneer deze in de camera zit.
Voorbereiding De Batterij erin doen Doe de batterij in de camera om deze op te laden. 1 Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl en open de batterij/ kaartklep. • Altijd originele Panasonic batterijen gebruiken. • Als u andere batterijen gebruikt, garanderen wij de kwaliteit van dit product niet. 2 3 Pas op in welke richting u de batterij erin doet, zorg ervoor dat deze er geheel inzit en controleer vervolgens dat deze vergrendeld is door het hendeltje A.
Voorbereiding Opladen • Het wordt aanbevolen de batterij op te laden in ruimtes met een omgevingstemperatuur tussen 10 oC en 30 oC (dezelfde als de batterijtemperatuur). Controleer dat dit toestel uitstaat. Naar stopcontact Netadapter (bijgeleverd) PC (Ingeschakeld) USB-aansluitkabel (bijgeleverd) • Controleer de richtingen van de connectors, en doe ze er recht in of haal ze er recht uit. (Anders zouden de connectors verbogen kunnen worden en dit zal problemen opleveren.
Voorbereiding (Opladen vanaf een computer) Verbind de computer en deze camera met de USB-aansluitkabel (bijgeleverd). • Het opladen zou niet mogelijk kunnen zijn, afhankelijk van de computerspecificaties. • Als de computer in stand-by gaat tijdens het opladen van de batterij, zal het opladen stoppen. • Het verbinden van deze camera aan een notebook die niet aangesloten is op een stopcontact zal ervoor zorgen dat de batterij van de notebook sneller leeg raakt.
Voorbereiding • Laat geen metalen voorwerpen (zoals clips) in de buurt van de contactzones van de stroomplug. Anders zou er een brand- en/of elektrische shock veroorzaakt kunnen worden door kortsluiting of de eruit voortkomende hitte. • Gebruik geen andere USB-aansluitkabels dan de bijgeleverde kabel of een originele USB-aansluitkabel van Panasonic (DMW-USBC1: optioneel). • Geen andere netadapters gebruiken dan de bijgeleverde adapter. • Gebruik geen USB-extensiekabel.
Voorbereiding Uitvoertijd en aantal te maken beelden bij benadering ∫ Stilstaande beelden opnemen Aantal beelden Ongeveer 250 opnamen Opnametijd Ongeveer 125 min Volgens CIPA-standaard in normale beeldfunctie Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard • CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association]. • Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50%RH wanneer de LCD-monitor aan staat. • Met een Panasonic SD-geheugenkaart (32 MB). • De geleverde batterij gebruiken.
Voorbereiding ∫ Terugspelen Terugspeeltijd Ongeveer 240 min • De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de omgeving en de gebruiksaanwijzing. In de volgende gevallen worden de gebruikstijden bijvoorbeeld korter en wordt het aantal te maken beelden verminderd. – In omgevingen met lage temperatuur, zoals skihellingen. – Wanneer operaties zoals flits en zoom herhaaldelijk gebruikt worden.
Voorbereiding Invoering en verwijdering van de Kaart (optioneel) • Controleer of het toestel uit staat. • We raden een kaart van Panasonic aan. 1 2 Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl en open de batterij/ kaartklep. Duw er net zolang tegen tot u een “klik” hoort en let op de richting waarin u de kaart plaatst. Om de kaart uit te nemen, op de kaart duwen tot deze erin klikt en de kaart vervolgens rechtop uitnemen. A: De verbindingsuiteinden van de kaart niet aanraken.
Voorbereiding Over het ingebouwde geheugen/de kaart De volgende operaties kunnen uitgevoerd worden m.b.v. dit apparaat. Wanneer er geen kaart ingedaan is Er kunnen beelden gemaakt op het ingebouwde geheugen en deze kunnen afgespeeld worden. Wanneer er een kaart ingedaan is Er kunnen beelden gemaakt op de kaart en deze kunnen afgespeeld worden.
Voorbereiding • Tijdens toegang (beeld schrijven, lezen en wissen, formatteren enz.) dit toestel niet uitzetten, niet de batterij of de kaart verwijderen en niet de netadapter (bijgeleverd) loskoppelen. Verder het toestel niet blootstellen aan vibratie, stoten of statische elektriciteit. De kaart of de gegevens op de kaart zouden beschadigd kunnen worden en dit apparaat zou niet langer normaal kunnen werken.
Voorbereiding Approximatief aantal opneembare beelden en beschikbare opnametijd ∫ Over de weergave van het aantal opneembare beelden en de beschikbare opnametijd • Schakel de display (aantal te maken beelden, beschikbare opnametijd enz.) door op 4 te drukken. (P44) A Aantal opnamen B Beschikbare opnametijd MJPEG QVGA MJPEG QVGA 5 R1m10s A B • Het aantal mogelijke opnamen en de opnametijd zijn correct bij benadering. (Ze wijzigen afhankelijk van de opnamecondities en het kaarttype.
Voorbereiding De datum en de tijd instellen (Klokinstelling) • De klok is niet ingesteld wanneer het toestel vervoerd wordt. 1 Druk op de [ON/OFF] knop van de camera. • Als het taalselectiescherm niet wordt afgebeeld, overgaan op stap 4. 2 Op [MENU/SET] drukken. 3 Druk op 3/4 om de taal te kiezen en dan op [MENU/SET]. 4 Op [MENU/SET] drukken.
Voorbereiding De klokinstelling veranderen Selecteer [Klokinst.] in het [Opname] of [Set-up] menu, en druk op [MENU/SET]. (P37) • De klok kan opnieuw ingesteld worden zoals afgebeeld wordt in de stappen 5 en 6. • De klokinstelling wordt behouden gedurende 3 maanden m.b.v. de ingebouwde klokbatterij zelfs zonder de batterij. (De opgeladen batterij in het apparaat laten gedurende 24 uur om de ingebouwde batterij op te laden.
Voorbereiding Tips om mooie opnamen te maken Doe de polsriem om en houdt het toestel voorzichtig vast Het toestel voorzichtig vasthouden met beide handen, armen stil houden en uw benen een beetje spreiden. • Om vallen te voorkomen, moet u de bijgeleverde polsriem aan uw pols bevestigen. (P8) • Zwaai het toestel niet hard en trek niet hard aan het toestel als de riem eraan vast zit. De riem zou kunnen breken. • Houd de camera stil als u de ontspanknop indrukt.
Basiskennis Selecteren van de opnamemodus 1 2 3 Druk op [MODE]. Druk op 3/4/2/1 om de gewenste Opnamefunctie te kiezen. Op [MENU/SET] drukken. ∫ Lijst van Opnamefuncties ¦ Intelligent Auto Modus (P24) De onderwerpen worden opgenomen met behulp van instellingen die automatisch gebruikt worden door het toestel. ! Normale beeldfunctie (P27) De onderwerpen worden opgenomen m.b.v. uw eigen instellingen. Creative Control modus (P54) Opnemen terwijl het beeldeffect gecontroleerd wordt.
Basiskennis Beelden maken m.b.v. de automatische functie (Intelligent Auto Modus) Opnamefunctie: Alle instellingen van de camera worden aangepast aan het onderwerp en de opnamecondities. Wij raden deze manier van opnemen dus aan voor beginners of als u de instellingen wenst over te laten aan de camera om gemakkelijker opnamen te maken. • De volgende functies worden automatisch geactiveerd.
Basiskennis Scènedetectie Wanneer het toestel de optimale scène identificeert, wordt de icoon van de scène in kwestie in het blauw gedurende 2 seconden afgebeeld, waarna die terugkeert naar zijn gewoonlijke rode kleur. Fotograferen ¦ > [i-Portret] [i-Landschap] [i-Macro] [i-Nachtportret]¢ [i-Nachtl.schap] [i-Zonsonderg.] ¢ Alleen wanneer [ ] geselecteerd is. • [¦] is ingesteld als geen van de scènes van toepassing zijn en de standaardinstellingen ingesteld zijn.
Basiskennis Veranderen van de instellingen De volgende menu’s kunnen ingesteld worden. Menu Onderdeel ¢ [Opname] [Fotoresolutie] /[Burstfunctie]¢/[Kleurfunctie]¢ [Bewegend beeld] [Opn. kwaliteit] [Set-up] [Klokinst.]/[Wereldtijd]/[Toon]¢/[Taal]/[O.I.S.-demo] • Andere menu-items dan die hiervoor opgesomd zijn, worden niet weergegeven maar u kunt ze in andere opnamemodussen instellen. • Raadpleeg voor de instellingsmethode van het menu P37.
Basiskennis Het maken van beelden met uw favoriete instellingen (Normale beeldfunctie) Opnamefunctie: Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van het object. U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [Opname] menu te veranderen. 1 Druk op [MODE]. A Sluiterknop 2 3 4 Op 3/4/2/1 drukken om [Normale foto] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. Richt de AF-zone op het punt waar u op wilt scherpstellen.
Basiskennis Het focussen A Richt de AF-zone op het onderwerp en druk de sluiterknop tot halverwege in. B ISO F3.1 1/60 Wanneer er scherpgesteld is op het object Wanneer er niet scherpgesteld is op het object Focusaanduiding A Aan Knippert AF-zone B Wit>Groen Wit>Rood Geluid Biept 2 keer Biept 4 keer Focus • De AF-zone zou niet groter afgebeeld kunnen worden voor bepaalde zoomvergrotingen en op donkere plekken.
Basiskennis ∫ Als het onderwerp niet scherp gesteld is (zoals wanneer het bijvoorbeeld niet in het midden van het beeld staat dat u wilt opnemen) 1 De AF-zone op het onderwerp richten en vervolgens de ontspanknop tot de helft indrukken om de focus em belichting vast te zetten. 2 De ontspanknop half ingedrukt houden als u het toestel beweegt om het beeld samen te stellen. • U kunt herhaaldelijk de acties in stap 1 opnieuw proberen voordat u de ontspanknop volledig indrukt.
Basiskennis Opname Bewegend Beeld Toepasbare modi: Dit apparaat kan video's maken in QuickTime Motion JPEG-formaat. 1 Start het opnemen door op de bewegend beeldknop te drukken. A Beschikbare opnametijd B Verstreken opnametijd • U kunt video’s maken die bij elke Opnamefunctie passen. • Laat de videoknop onmiddellijk na het indrukken los. • De indicator van de opnamestaat (rood) C zal flitsen tijdens het opnemen van bewegende beelden. • Voor het instellen van [Opn. kwaliteit], P79 raadplegen.
Basiskennis • Wanneer u opneemt naar het interne geheugen, is [Opn. kwaliteit] vastgesteld op [QVGA]. • De beschikbare opnametijd die afgebeeld wordt op het scherm zou niet op regelmatige wijze af kunnen lopen. • Afhankelijk van het type kaart, kan de kaartaanduiding even verschijnen na het maken van bewegende beelden. Dit is geen storing.
Basiskennis Afspelen 1 Druk op [(]. 2 Druk op 2/1 om de beelden te selecteren. A Bestandsnummer B Beeldnummer • Als u 2/1 ingedrukt houdt, kunt u de beelden achter elkaar afspelen. • De snelheid van vooruit/achteruit spoelen van de beelden is afhankelijk van de afspeelstatus.
Basiskennis ∫ Films afspelen Druk op 2/1 om een beeld te selecteren met een bewegend beeldpictogram (zoals [ ]), en druk vervolgens op 3 om het af te spelen. A B 3s A Video-icoon B Bewegende-beeldenopname • Als u voor het afspelen beelden gefilterd heeft met gebruik van [Diashow] (P81) of [Afspelen filteren] (P83), zal het selectiescherm verschijnen. Druk op 3/4 om [Video weergeven] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Basiskennis • Als de camera uitgeschakeld is, druk dan op [(] en houd deze ingedrukt. Als u de camera op deze manier inschakelt, zal het afspeelscherm automatisch weergegeven worden. • Dit toestel voldoet aan de DCF-norm “Design rule for Camera File system” die vastgesteld is door JEITA “Japan Electronics and Information Technology Industries Association” en met Exif “Exchangeable Image File Format”. De bestanden die niet aan de DCF-norm voldoen, kunnen niet worden afgespeeld.
Basiskennis Meervoudige schermen afbeelden (Meervoudig terugspelen) Het zoomhendeltje op [L] (W) zetten. 1/26 1 scherm>12 schermen>30 schermen>Schermdisplay A Het aantal gekozen beelden en het totaal opgenomen beelden • Zet het zoomhendeltje naar [Z] (T) om terug te keren naar het vorige scherm. • Beelden die afgebeeld worden m.b.v. [ ] kunnen niet afgespeeld worden. ∫ Om terug te keren naar normaal terugspelen Druk op 3/4/2/1 om een opname te kiezen en druk dan op [MENU/SET].
Basiskennis Beelden wissen Is het beeld eenmaal gewist dan kan hij niet meer teruggehaald worden. • Beelden op het ingebouwde geheugen of de kaart, die afgespeeld worden zullen gewist worden. • Beelden die geen deel uitmaken van de DCF-standaard of die beschermd zijn, kunnen niet gewist worden. Om een enkele opname uit te wissen Selecteer het te wissen beeld en druk vervolgens op [ ]. • Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven. Het beeld wordt gewist door [Ja] te selecteren.
Basiskennis Menu instellen Het toestel wordt geleverd met menu’s die u de mogelijkheid bieden instellingen te maken voor het maken van beelden en deze terug te spelen precies zoals u wilt en menu’s die u de mogelijkheid bieden meer plezier te hebben met het toestel en deze met groter gemak te gebruiken. In het bijzonder, bevat het [Set-up] menu belangrijke instellingen met betrekking tot de klok en de stroom van het toestel.
Basiskennis 3 Druk op 3/4 om het menuitem te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. A A Beeldschermpagina menu • Er zal naar de volgende pagina geschakeld worden wanneer u het einde van de pagina bereikt. (Dit zal ook gebeuren als u aan de zoomhendel draait) 4 Op 3/4 drukken om de instelling te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken. • Afhankelijk van het menuitem kan het zijn dat de instelling ervan niet verschijnt, of dat deze op een andere manier wordt weergegeven.
Basiskennis Over het set-up Menu Voor details over hoe de [Set-up] menu-instellingen geselecteerd moeten worden, P37 raadplegen. • [Klokinst.], [Autom. uit] en [Auto review] zijn belangrijke onderdelen. Controleer de instellingen ervan alvorens ze te gebruiken. • In de Intelligent Auto modus kan alleen [Klokinst.], [Wereldtijd], [Toon]¢, [Taal], [O.I.S.-demo] ingesteld worden. ¢ De beschikbare instellingen kunnen anders zijn voor andere opnamemodussen. U [Klokinst.] De datum en de tijd instellen.
Basiskennis Hiermee stelt u de pieptoon en sluitertoon in. r [Toonniveau]: [t] r [Toon] [ [u] ([Hoog]) [ ] ([Hoog]) [s] [ ] ([UIT]) [ u [Luidsprekervolume] [Shutter vol.]: ([Laag]) ([UIT]) [Pieptoon]: 1 ]/[ 2 ]/[ 3 ] [ ] ([Laag]) [Shutter toon]: 1 ]/[ 2 ]/[ 3 ] Stel het volume af van de luidspreker op één van de 7 niveaus. • Wanneer u de camera aansluit op een TV, verandert het volume van de TV-luidsprekers niet.
Basiskennis Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld als het toestel niet gebruikt wordt gedurende een op de instelling geselecteerde tijdsperiode. p [Autom. uit] [2MIN.] [5MIN.] [10MIN.] [OFF] • [Autom. uit] wordt op [5MIN.] gezet in de Intelligent Auto-modus. • De [Autom. uit] werkt niet in de volgende gevallen.
Basiskennis Instellen voor aanpassing aan het kleurentelevisiesysteem van ieder land of aan het type TV. | [Output] [|] ([Video uit]): [NTSC]: Video-output wordt op NTSC systeem ingesteld. [PAL]: Video-output wordt op PAL systeem ingesteld. [ ] ([TV-aspect]): [W]: Aansluiten op een TV met een 16:9 scherm. [X]: Aansluiten op een TV met een 4:3 scherm. • Dit zal werken als de AV-kabel (optioneel) aangesloten is.
Basiskennis [Formatteren] Het ingebouwde geheugen of de kaart wordt geformatteerd. Het formatteren wist alle gegevens onherroepelijk, dus controleer de gegevens zorgvuldig voordat u formatteert. • Het toestel niet uitzetten tijdens het formatteren. • Als er een kaar inzit, wordt alleen de kaart geformatteerd. Om het ingebouwde geheugen te formatteren, de kaart verwijderen. • Als de kaart is geformatteerd op een PC of andere apparatuur, formatteert u dan de kaart opnieuw op het toestel.
Opnemen Over de LCD-monitor Druk op 4 om te wijzigen. 1 LCD-monitor • Tijdens het afspelen van films, panoramabeelden of een diavoorstelling, kunt u alleen “Normale weergave E” of “Geen weergave G” selecteren.
Opnemen ∫ Opnamerichtlijn Wordt gebruikt als referentie voor de beeldcompositie, zoals uitbalancering, wanneer een foto genomen wordt.
Opnemen Gebruik van de Zoom Toepasbare modi: U kunt inzoomen om personen en voorwerpen dichter bij te doen lijken of uitzoomen om landschappen in brede hoek op te nemen. Gebruik (Wide) om objecten verder weg te doen lijken Het zoomhendeltje op Wide zetten. Gebruik (Tele) om het object dichterbij te laten lijken Het zoomhendeltje op Tele zetten. ∫ Schermdisplay Voorbeeld van weergave als de Extra optische zoom (EZ), de Intelligente zoom en de Digitale zoom samen gebruikt worden.
Opnemen Extra optische zoom (EZ) Deze functie werkt wanneer één van de beeldformaten (P67) geselecteerd is die aangeduid wordt met . U kunt verder inzoomen dan met de Optische zoom, zonder dat de beeldkwaliteit aangetast wordt. Maximum vergroting: 22,5k (Dit bevat de optische zoomvergroting. Het vergrotingsniveau verschilt afhankelijk van [Fotoresolutie] instelling.) • “EZ” is een afkorting van “Extra Optical Zoom” (Extra optische zoom).
Opnemen Beelden maken met de ingebouwde flits Toepasbare modi: A Flits Deze niet met uw vinger of andere voorwerpen bedekken. Naar de geschikte flitsinstelling schakelen De flits instellen voor opnamen. 1 Druk op 1 [‰].
Opnemen 2 [‡] [ ] [ [‰] [ [Œ] Op 3/4 drukken om het onderdeel te kiezen en vervolgens op [MENU/ SET] drukken. Onderdeel ([Auto]) ([Intelligent auto])¢1 ] ([Auto/rode-og])¢2 ([Flitser altijd aan]) ] ([Lngz. sync./rode-og])¢2 ([Gedwongen uit]) Beschrijving van instellingen De flits wordt automatisch geactiveerd wanneer dit nodig is voor de opnamecondities. De flits wordt automatisch geactiveerd wanneer dit nodig is voor de opnamecondities.
Opnemen ∫ Beschikbare flitsinstellingen voor de opnamefuncties De beschikbare flitsinstellingen zijn afhankelijk van de opnamefuncties. (±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ¥: Scènefunctie begininstelling) ‡ ‰ Œ ±¢ — — — ± ± ± ± — ± ± ¥ ± — ± — — — — ¥ *+:; ,/ï5 . ¥ — ± — ± — — — ¥ ± 1í9 ± — ± — ¥ ¥ ± ± — ± ¢ [ ] wordt afgebeeld. • De flitsinstellingen kunnen veranderen als de opnamefunctie verander wordt. Stel de flitsinstelling opnieuw in indien nodig.
Opnemen ∫ Beschikbaar flitsbereik • Het beschikbare flitsbereik is een benadering. Breed Tele In [ ] in 60 cm tot 4,1 m [Gevoeligheid] 1,5 m tot 2,1 m ∫ Sluitertijd voor elke flitsfunctie Flitsinstelling Sluitertijd (Sec.) Flitsinstelling ‡ Sluitertijd (Sec.) 1 of 1/8 tot 1/1600¢1 1 of 1/4 tot 1/1600¢2 1/60 tot 1/1600 ‰ Œ ¢1 De sluitertijd verandert afhankelijk van de [Stabilisatie] instelling. ¢2 Wanneer [ ] op [Gevoeligheid] staat.
Opnemen Opnamen maken met de zelfontspanner Toepasbare modi: 1 2 Druk op 2 [ë]. Op 3/4 drukken om het onderdeel te kiezen en vervolgens op [MENU/ SET] drukken. Onderdeel [ ] ([10 sec.]) [ ] ([2 sec.]) Beschrijving van instellingen Beeld wordt 10 seconden nadat de ontspanknop ingedrukt wordt gemaakt. Beeld wordt 2 seconden nadat de ontspanknop ingedrukt wordt gemaakt. • Wanneer u een statief of dergelijke enz.
Opnemen Belichtingscompensatie Toepasbare modi: Gebruik deze functie wanneer u de geschikte belichting niet kunt verkrijgen wegens het verschil in helderheid tussen het object en de achtergrond. Onderbelichting Juiste belichting De belichting positief compenseren. 1 2 Overbelichting De belichting negatief compenseren. Druk op 3 [È] om [Belichting] af te drukken. Druk op 2/1 om de belichting te compenseren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Opnemen Foto’s maken met verschillende beeldeffecten (Creative Control modus) Opnamemodus: In deze modus maakt u opnames met extra beeldeffecten. U kunt de effecten die u wilt toevoegen instellen door de voorbeeldbeelden te selecteren en deze op het scherm na te kijken. 1 2 3 Druk op [MODE]. Druk op 3/4/2/1 om [Creatieve opties] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. Druk op 3/4 om beeldeffecten te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Opnemen ¢ Deze beelden zijn voorbeelden van dit effect. [Expressief] Versterkt kleuren en geeft opnamen een popart-effect. [Retro] Vervaagt de foto voor een ouderwetse indruk. [Overbelichting] Dit effect geeft het beeld een heldere, luchtige en zachte uitstraling. • Als u dit effect met Panorama Shot-modus selecteert, kan het zijn dat het effect op plaatsen met onvoldoende helderheid niet opvalt. [Donker] Dit effect geeft het beeld een donkere, ontspannen uitstraling en verbetert heldere delen.
Opnemen [Sepia] Dit effect creëert een beeld in sepia. [Dynamisch zwart/wit] Dit effect verhoogt het contrast voor indrukwekkende zwart-witopnamen. [Expressieve indruk] Geeft foto’s een expressieve toon met sterkere contrasten. • Als u dit effect met Panorama Shot-modus selecteert, kan het zijn dat u de naden tussen de beelden ziet. [Hoge dynamiek] Dit effect levert optimale helderheid voor zowel donkere als heldere delen.
Opnemen [Kruisproces] Geeft foto’s een bezielend kleureffect. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Groene toon/Blauwe toon/Gele toon/Rode toon • Druk op 2/1 om de te versterken kleur te selecteren en druk op [MENU/SET]. [Speelgoedcam.effect] Dit effect vermindert de helderheid van omranding om de indruk te geven van een speelgoedcamera. Items die ingesteld kunnen worden Kleur Oranje benadrukt Blauw benadrukt • Druk op 2/1 om de tonaliteit te selecteren en druk op [MENU/SET].
Opnemen [Kleuraccent] Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en andere te vervagen. ∫ Stel de kleur in die u overlaat 1 Stel de kleur af die u in het kader in het midden van het scherm wenst te laten en druk vervolgens op [MENU/SET]. • Als u op 4 ([DISP.]) drukt, keert u terug naar 2 Controleer de kleur die u ingesteld heeft en druk vervolgens op [MENU/SET]. • De ingestelde kleur wordt opgeslagen zelfs stap 1. als de camera uitstaat.
Opnemen Panoramafoto’s maken (Panoramamodus) Opnamemodus: Er worden continu beelden gemaakt terwijl u het toestel horizontaal of verticaal beweegt en deze worden gecombineerd om een enkel panoramabeeld te maken. 1 2 3 4 Druk op [MODE]. Druk op 3/4/2/1 om [Panorama-opname] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. Druk op 3/4 om de opnamerichting te kiezen en druk dan op [MENU/SET]. Druk op 3/4 om beeldeffecten te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Opnemen 7 Druk de ontspanknop helemaal in en maak een beeld terwijl u de camera in een kleine cirkel beweegt in de richting die u geselecteerd heeft in Stap 3. Opnemen van links naar rechts E Maak een halve cirkel met de camera, die ongeveer 4 seconden duurt. • Beweeg de camera op een contante snelheid. Beelden zouden niet goed gemaakt kunnen worden als de camera te snel of te langzaam bewogen wordt.
Opnemen • De zoompositie is vastgezet op Wide. • De focus, witbalans en belichting zijn op de optimale waarden vastgesteld voor het eerste beeld. Als een resultaat zou, als de focus of de helderheid aanzienlijk veranderd wordt tijdens opname, het gehele panoramabeeld niet op de geschikte focus of helderheid gemaakt kunnen worden. • De witbalans staat vast op [AWB] terwijl een beeldeffect toegepast wordt.
Opnemen Beelden maken die met de scène die opgenomen wordt overeenkomen (Scènemodus) Opnamefunctie: Als u een scènefunctie kiest om een opname te maken van een beeld in een bepaalde situatie zal de camera automatisch de optimale belichting instellen en aanpassen voor de gewenste opname. 1 2 3 Druk op [MODE]. Op 3/4/2/1 drukken om [Scènemode] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. Druk op 3/4/2/1 om de scènefunctie te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET].
Opnemen [Portret] Wanneer u overdag beelden maakt van personen buiten, biedt deze functie de mogelijkheid deze personen er beter uit te laten zien en hun huid een gezonder uiterlijk te geven. ∫ Technieken voor portretten Deze functie doeltreffender maken: 1 Het zoomhendeltje zo ver mogelijk op Tele zetten. 2 Ga dicht bij het object staan om deze functie beter te laten werken.
Opnemen [Sport] Daar instellen wanneer u beelden wilt maken van sportscènes of andere snelbewegende evenementen. • De sluitersnelheid kan langer worden, tot 1 seconde. • Deze functie is geschikt voor het maken van beelden van onderwerpen op een afstand van 5 m of meer. [Nachtportret] Hiermee kunt u opnamen maken van een persoon met een achtergrond die even helder is als in het echt. ∫ Technieken voor nachtportretten • De flits gebruiken. (U kunt instellen op [ ].
Opnemen [Baby1]/[Baby2] Met deze functie kunt u opnamen maken van een baby met een mooi huidkleurtje. Als u de flits gebruikt, is het licht van de flits zwakker dan anders. Het is mogelijk om verschillende verjaardagen in te stellen, voor [Baby1] en [Baby2]. U kunt deze tijdens het afspelen weergeven. ∫ Geboortedatum instellen 1 Druk op 3/4 om [Leeftijd] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. 2 Op 3/4 drukken om [SET] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. 3 Voer de verjaardag in.
Opnemen [Sterrenhemel] Met deze functie kunt u levendige opnamen maken van een sterrenhemel of een donker voorwerp. ∫ De sluitertijd instellen Kies een sluitertijd van [15 sec.], [30 sec.] of [60 sec.]. • Druk de sluiterknop volledig in om het aftelbeeldscherm weer te geven. Beweeg het toestel niet wanneer dit beeldscherm weergegeven wordt. Wanneer het aftellen eindigt, verschijnt [Aub wachten...] net zolang als de ingestelde sluitertijd duurt, om de signalen te verwerken.
Opnemen Gebruik van het [Opname] Menu Voor details over [Opname] menu-instellingen, P37 raadplegen. [Fotoresolutie] Toepasbare modi: Stel het aantal pixels in. Hoe hoger het aantal pixels, hoe fijner het detail van de beelden zal blijken zelfs wanneer ze afgedrukt worden op grote vellen.
Opnemen [Gevoeligheid] Toepasbare modi: Dit laat het aan de gevoeligheid voor licht (ISO-gevoeligheid) toe ingesteld te worden. Het instellen op een hoger figuur, staat u in staat ook op donkere plekken beelden te maken zonder dat de beelden donker worden. Instellingen [ ] ([i.ISO]) Beschrijving van instellingen De ISO-gevoeligheid wordt aangepast op basis van de beweging van het onderwerp en de helderheid.
Opnemen [Witbalans] Toepasbare modi: In zonlicht, onder gloeilampen of in andere soortgelijke toestanden waar de kleur van wit naar roodachtig of blauwachtig gaat, past dit item zich aan de kleur van wit aan die het dichtst in de buurt zit van wat gezien wordt door het oog in overeenkomst met de lichtbron.
Opnemen ∫ Automatische witbalans Afhankelijk van de dominante omstandigheden waarin beelden gemaakt worden, kunnen de beelden een roodachtige of blauwachtige tint aannemen. Bovendien wanneer er meerdere lichtbronnen gebruikt worden of er niets is met een kleur die in de buurt van wit zit, kan de automatische witbalans niet goed kunnen werken. In zo een geval, de witbalans instellen op een andere functie dan [AWB].
Opnemen [AF mode] Toepasbare modi: Op deze manier kunt u de focusmethode gebruiken die bij de posities en het aantal te selecteren onderwerpen past. Instellingen [š] [ Beschrijving van instellingen De camera detecteert automatisch iemands gezicht. (max. 15 zones) De scherpstelling en de belichting kunnen vervolgens ingesteld ([Gezichtsdetectie]) worden voor dat gezicht, ongeacht in welk deel van het beeld het zich bevindt. ] [Ø] ([23-zone])¢ Er kan op max. 23 punten per AF-zone worden scherpgesteld.
Opnemen ∫ Over [š] ([Gezichtsdetectie]) De volgende AF-zoneframes worden afgebeeld wanneer het toestel de gezichten vindt. Geel: Wanneer de ontspanknop tot de helft ingedrukt wordt, wordt de frame groen wanneer het toestel scherpgesteld heeft. Wit: Afgebeeld wanneer er meer dan één gezicht gevonden wordt. Er wordt ook op de andere gezichten die zich op dezelfde afstand bevinden als gezichten binnen de gele AF-zones scherpgesteld.
Opnemen [i. Exposure] Toepasbare modi: Contrast en belichting zullen automatisch aangepast worden wanneer er een groot verschil is in helderheid tussen de achtergrond en het onderwerp, om het beeld dichtbij te brengen naar hoe u ziet. Instellingen: [ON]/[OFF] ] wordt geen in het scherm wanneer [i. Exposure] effectief is. •[ • Zelfs wanneer de [Gevoeligheid] ingesteld is op [100], kan [Gevoeligheid] hoger ingesteld worden dan [100] als het beeld gemaakt wordt met [i. Exposure] ingesteld op geldig.
Opnemen [Burstfunctie] Toepasbare modi: Beelden worden continu gemaakt terwijl de ontspanknop ingedrukt wordt. Instellingen Beschrijving van instellingen Burstsnelheid ongeveer 1,4 beelden/seconde • U kunt opnamen maken totdat het ingebouwde vermogen of de kaart vol is. • De burstsnelheid wordt halverwege langzamer. De exacte timing hiervan is afhankelijk van het type kaart en de Beeldresolutie. [˜] ([Burst aan]) • De focus wordt vast ingesteld tijdens de eerste opname.
Opnemen • Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden zou het even kunnen duren om de volgende foto te maken als u het fotograferen herhaalt. • Het kan enige tijd vergen om de foto's die met de Burst-modus gemaakt zijn op de kaart te bewaren. Als u tijdens het opslaan continu foto's maakt, neemt het maximaal aantal te maken beelden af. Voor het continu fotograferen wordt het gebruik aangeraden van een high speed geheugenkaart. • De burstfunctie wordt niet geannuleerd wanneer het toestel uitgezet wordt.
Opnemen [Kleurfunctie] Toepasbare modi: Stelt verschillende kleureffecten in, inclusief het scherper maken van het beeld of het toepassen van een sepia-tint. Instellingen Beschrijving van instellingen [STANDARD] Dit is de standaard instelling. [Happy]¢1 Beeld met verbeterde helderheid en levendigheid. [VIVID] ¢2 De opname wordt scherper. [B&W] Het beeld wordt zwart-wit. [SEPIA] Het beeld wordt sepia. ¢1 Deze kan alleen ingesteld worden wanneer de Intelligent Automatische Functie ingesteld is.
Opnemen [Rode-ogencorr] Toepasbare modi: Wanneer de rode-ogenreductie ([ ], [ ]) geselecteerd is, wordt de digitale rode-ogencorrectie telkens uitgevoerd wanneer de flitser gebruikt wordt. Het toestel spoort automatisch rode ogen op en corrigeert het beeld. Instellingen: [ON]/[OFF] • Alleen beschikbaar wanneer [AF mode] ingesteld is op [š] en de gezichtsdetectie actief is. • Onder bepaalde omstandigheden, kan de rode ogenreductie niet gecorrigeerd worden.
Opnemen [Datum afdr.] Toepasbare modi: U kunt foto’s maken met de opnamedatum en -tijd. Instellingen Beschrijving van instellingen [ZON. TIJD] Druk het jaar, de maand en de dag af. [MET TIJD] Druk het jaar, de maand, de dag, het uur en de minuten af. [OFF] — • De datuminformatie van foto’s die met ingestelde [Datum afdr.] gemaakt zijn, kan niet worden gewist. • Tijdens het afdrukken, in een winkel of met een printer, van foto’s met [Datum afdr.
Opnemen Gebruik van het [Bewegend beeld] Menu Voor details over [Bewegend beeld] menu-instellingen, P37 raadplegen. [Opn. kwaliteit] Toepasbare modi: Dit stelt de beeldkwaliteit van bewegende beelden op. Beeldgrootte fps Aspectratio [HD] Instellingen 1280k720 pixels 24 16:9 [VGA] 640k480 pixels [QVGA] 320k240 pixels 30 4:3 [Continu AF] Toepasbare modi: Deze zal continu blijven scherp stellen op het onderwerp waarop de focus een maal ingesteld is.
Afspelen/Bewerken Diverse afspeelmethoden U kunt de gemaakte foto’s op diverse manieren afspelen. 1 2 3 Druk op [(]. Druk op [MODE]. Druk op 3/4/2/1 om een item te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. • De volgende items kunnen geselecteerd worden.
Afspelen/Bewerken [Diashow] U kunt de beelden afspelen die u gemaakt heeft in synchronisatie met muziek en u kunt dit doen in opeenvolging terwijl u een vastgestelde pauze laat tussen elk van de beelden. U kunt ook in een diavoorstelling beelden afspelen die op categorie gesorteerd zijn of beelden die als favoriet ingesteld zijn enz. Deze afspeelmethode wordt aangeraden wanneer u het toestel aangesloten heeft op een TV die ingesteld is voor het bekijken van de beelden die u gemaakt heeft.
Afspelen/Bewerken ∫ Filteren van beelden om in een diavoorstelling af te spelen U kunt beelden filteren en deze in een diavoorstelling afspelen door [Filteren] te selecteren op het menuscherm van de diavoorstelling. • Als u [Alle] selecteert, kunt u alle beelden afspelen in een diavoorstelling. U kunt tevens beelden filtreren m.b.v. dezelfde instellingen als [Afspelen filteren]. Raadpleeg P83–84 voor de instelling.
Afspelen/Bewerken [Afspelen filteren] De foto’s die gesorteerd zijn in de categorie, of de foto’s die als favoriet ingesteld zijn, worden afgespeeld. Instellingen Beschrijving van instellingen [Alleen foto’s] Er worden alleen foto’s afgespeeld. [Alleen bew. beeld] Er worden alleen video’s afgespeeld. Deze modus stelt u in staat om foto’s te zoeken op grond van de scènefunctie of andere categorieën (zoals [Portret], [Landschap] of [Nachtl.
Afspelen/Bewerken U kunt de beelden afspelen die op iedere afzonderlijke datum opgenomen zijn 1 Druk op 3/4 om [Datum selecteren] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/ SET]. 2 Druk op 3/4/2/1 om de af te spelen datum te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. • Als er geen beelden tijdens een bepaalde maand zijn gemaakt, verschijnt deze maand niet.
Afspelen/Bewerken [Kalender] U kunt op opnamedatum naar beelden zoeken. 1 Druk op 3/4/2/1 om de datum te selecteren op grond waarvan u wilt zoeken. SUN MON TUE WED THU FRI 3 4 5 SAT 1 2 8 9 10 11 12 13 14 6 7 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 • Als er geen beelden tijdens een bepaalde maand zijn gemaakt, 12 2013 verschijnt deze maand niet. 2 Druk op [MENU/SET] om een lijst met beelden weer te geven.
Afspelen/Bewerken Plezier met gemaakte beelden (retoucheren) U kunt de kleurtoon van de genomen beelden veranderen of uw favoriete effecten toevoegen. • De bewerkte beelden worden opnieuw gegenereerd. Wees er dus zeker van dat u genoeg ruimte heeft op het intern geheugen of de kaart. Houd u er ook rekening mee dat bewerken niet mogelijk zal zijn als de schakelaar van de schrijfbeveiliging van de kaart op de [LOCK]-stand staat. • Effecten kunnen moeilijk te zien zijn afhankelijk van het beeld.
Afspelen/Bewerken [Schoonheidseffect] Effecten toepassen die lijken op esthetische effecten of make-up om elk gezicht op te helderen. 1 Op 2/1 drukken om een beeld te kiezen en vervolgens op 3 drukken. • Als u voor het afspelen beelden gefilterd heeft met gebruik van [Diashow] (P81) of [Afspelen filteren] (P83), zal het selectiescherm verschijnen. U kunt verder gaan met stap 2 door [Retouche] te selecteren met 3/4 en door vervolgens op [MENU/SET] te drukken.
Afspelen/Bewerken 6 Als de beeldbewerking klaar is, druk op [MENU/SET]. • Bevestigingscherm wordt afgebeeld. Door [Ja] te selecteren worden beelden afgebeeld voor en na toepassing. 7 Op [MENU/SET] drukken. • Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven. Het wordt uitgevoerd als [Ja] geselecteerd wordt. • Het is niet mogelijk twee of meer personen in één keer te bewerken. Bewaar eerst het beeld en selecteer vervolgens de volgende persoon.
Afspelen/Bewerken [Creatieve retouche] U kunt de gewenste effecten aan uw foto's toevoegen. 1 Op 2/1 drukken om een beeld te kiezen en vervolgens op 3 drukken. • Als u voor het afspelen beelden gefilterd heeft met gebruik van [Diashow] (P81) of [Afspelen filteren] (P83), zal het selectiescherm verschijnen. U kunt verder gaan met stap 2 door [Retouche] te selecteren met 3/4 en door vervolgens op [MENU/SET] te drukken.
Afspelen/Bewerken Gebruik van het [Afspelen] Menu U kunt acties uitvoeren zoals het afsnijden van beelden, of het instellen van de bescherming van de opgenomen beelden, enz. • Met [Retouche], [Nw. rs.] of [Bijsnijden] wordt er een nieuw bewerkt beeld gecreëerd. Een nieuw beeld kan niet gecreëerd worden als er geen vrije ruimte is op het ingebouwde geheugen of de kaart, daarom raden we aan te controleren dat er vrije ruimte is en dan het beeld te bewerken.
Afspelen/Bewerken • U kunt tot 50 beelden tegelijkertijd instellen met [MULTI]. • De beeldkwaliteit van het van nieuwe grootte voorziene beeld zal slechter worden. • Het kan zijn dat u geen nieuw formaat kunt toekennen aan opnamen die met andere apparatuur gemaakt zijn. • De volgende beelden kunnen geen nieuw formaat krijgen.
Afspelen/Bewerken [Bijsnijden] U kunt eerst uitvergroten en dan een belangrijk deel van de opname kiezen. 1 2 3 Selecteer [Bijsnijden] op het [Afspelen] menu. Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en vervolgens op [MENU/ SET] drukken. Gebruik het zoomhendeltje en druk op 3/4/2/1 om de te bewerken delen te selecteren. Zoomhendel (T): Vergroting Zoomhendel (W): Verkleining 3/4/2/1: 4 Verplaats Op [MENU/SET] drukken. • Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven.
Afspelen/Bewerken [Favorieten] U kunt het volgende doen als er een markering toegevoegd is aan opnamen en deze ingesteld zijn als favorieten. • Alleen afspelen van beelden die als favoriet ingesteld zijn. ([Favorieten] in [Afspelen filteren]) • De opnamen die ingesteld zijn als favorieten alleen als diavoorstelling afspelen. • Alle foto's wissen die niet ingesteld zijn als favorieten. ([Alles wissen behalve Favoriet]) 1 2 3 Selecteer [Favorieten] op het [Afspelen] menu.
Afspelen/Bewerken [Print inst.] DPOF “Digital Print Order Format” is een systeem waarmee de gebruiker kan kiezen welke opnamen hij afdrukt, hoeveel exemplaren van elk beeld hij afdrukt en of de opnamedatum wel of niet afgedrukt moet worden met een DPOF-compatibele fotoprinter of fotograaf. Voor details raadpleegt u uw fotograaf.
Afspelen/Bewerken ∫ De datum afdrukken Na het instellen van het aantal afdrukken, kunt u het afdrukken met opnamedatum instellen/ wissen door op 1 te drukken. • Afhankelijk van de fotograaf of de printer, zou de datum niet afgedrukt kunnen worden zelfs als u instelt op het afdrukken van de datum. Voor verdere informatie raadpleegt u uw fotograaf of de gebruiksaanwijzing van uw printer. • De datum kan niet afgedrukt worden op beelden waarop een datum gestempeld is.
Afspelen/Bewerken [Beveiligen] U kunt een beveiliging instellen voor opnamen waarvan u niet wilt dat ze per ongeluk gewist kunnen worden. 1 2 3 Selecteer [Beveiligen] op het [Afspelen] menu. Op 3/4 drukken om [ENKEL] of [MULTI] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. [ENKEL] Selecteer het beeld en druk vervolgens op [MENU/SET]. • De instellingen worden geannuleerd wanneer er opnieuw op [MENU/SET] gedrukt wordt. • Verlaat het menu nadat het ingesteld is. Op 2/1 drukken om het beeld te kiezen.
Afspelen/Bewerken [Kopie] U kunt de gegevens van de beelden de u gemaakt hebt kopiëren van het ingebouwde geheugen naar een kaart of van een kaart naar het ingebouwde geheugen. 1 2 Selecteer [Kopie] op het [Afspelen] menu. Op 3/4 drukken om het menu-onderdeel te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. [ ] ([IN>SD]): Alle beeldgegevens die in het ingebouwde geheugen zijn opgeslagen, worden in één keer gekopieerd op de kaart.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden terugspelen op een TV-scherm Beelden die met dit toestel gemaakt zijn, kunnen op een TV afgespeeld worden. Voorbereiding: Stel [TV-aspect] in. (P42) Schakel het toestel en de televisie uit. 1 Sluit het toestel en de TV op elkaar aan. • Controleer de richtingen van de connectors, en doe ze er recht in of haal ze er recht uit. (Anders zouden de connectors verbogen kunnen worden en dit zal problemen opleveren.
Aansluiten op andere apparatuur ∫ Indien de TV, Blu-ray disk recorder, DVD-recorder of andere apparatuur een SD-kaartgleuf hebben Doe de kaart in de SD-kaartgleuf. • Foto's kunnen afgespeeld worden. • In bepaalde omstandigheden kunnen panoramabeelden niet afgespeeld worden. Tevens zou het zelfdoorlopen-afspelen van panoramabeelden niet kunnen werken. • Afhankelijk van het TV-model kunnen de opnamen misschien niet afgespeeld worden op het hele scherm.
Aansluiten op andere apparatuur Bewaren van foto’s en films op uw PC U kunt de beelden in het toestel naar een PC overbrengen door het toestel op een PC aan te sluiten. • Sommige PC’s kunnen direct van de kaart lezen die uit de camera gehaald is. Voor details, de handleiding raadplegen van uw PC.
Aansluiten op andere apparatuur ∫ Installeren van bijgeleverde software • Voordat u de CD-ROM erin doet, dient u alle lopende toepassingen te sluiten. 1 Controleer de omgeving van uw PC. • Operationele verwerkingsomgeving van “PHOTOfunSTUDIO 9.
Aansluiten op andere apparatuur ∫ Beelden naar een PC overbrengen Voorbereiding: 1 Installeer “PHOTOfunSTUDIO” op de PC. Verbind de computer en de camera met de USB-aansluitkabel (bijgeleverd). • Schakel dit toestel en uw PC in alvorens de aansluiting te maken. • Controleer de richtingen van de connectors, en doe ze er recht in of haal ze er recht uit. (Anders zouden de connectors verbogen kunnen worden en dit zal problemen opleveren.
Aansluiten op andere apparatuur ∫ Naar een PC kopiëren zonder gebruik van “PHOTOfunSTUDIO” Als de installatie van “PHOTOfunSTUDIO” faalt, kunt u bestanden en mappen kopiëren naar uw PC door deze van de camera te verslepen en te laten vallen nadat u verbinding heeft gemaakt met uw PC. Directory-structuur van ingebouwd geheugen/kaart van dit apparaat wordt afgebeeld door de figuur hieronder.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden afdrukken Als u het toestel verbindt aan een printer die PictBridge verdraagt, kunt u de af te drukken beelden selecteren en aangeven dat het afdrukken gestart moet worden op de LCD-monitor van het toestel. • Sommige printers kunnen direct van de kaart afdrukken die uit de camera gehaald is. Voor details, de handleiding raadplegen van uw printer. Voorbereiding: Het toestel en de printer aanzetten.
Aansluiten op andere apparatuur Een enkel beeld selecteren en het afdrukken 1 2 Op 2/1 drukken om het beeld te selecteren en vervolgens op [MENU/SET] drukken. Op 3 drukken om [Print start] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. • Raadpleeg P106 voor de items die ingesteld kunnen worden voordat u met het afdrukken begint van de beelden. • De USB-aansluitkabel losmaken na het afdrukken.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukinstellingen Selecteer de items en stel deze zowel op het scherm in stap 2 van de “Een enkel beeld selecteren en het afdrukken” als in stap 3 van de “Meervoudige beelden selecteren en afdrukken” procedures in. • Wanneer u beelden wilt afdrukken op een papierformaat of met een opmaak die niet verwerkt worden door het toestel, stelt u [Papierafmeting] of [Lay-out pagina] in op [{] en stelt u vervolgens het papierformaat of de opmaak in op de printer.
Aansluiten op andere apparatuur [Papierafmeting] Onderdeel Beschrijving van instellingen { De printerinstellingen hebben voorrang. [L/3.5qk5q] 89 mmk127 mm [2L/5qk7q] 127 mmk178 mm [POSTCARD] 100 mmk148 mm [16:9] 101,6 mmk180,6 mm [A4] 210 mmk297 mm [A3] 297 mmk420 mm [10k15cm] 100 mmk150 mm [4qk6q] 101,6 mmk152,4 mm [8qk10q] 203,2 mmk254 mm [LETTER] 216 mmk279,4 mm [CARD SIZE] 54 mmk85,6 mm • Papiermaten die niet verdragen worden door de printer zullen niet afgebeeld worden.
Aansluiten op andere apparatuur [Lay-out pagina] (Paginaopmaken die ingesteld kunnen worden met dit toestel) Onderdeel Beschrijving van instellingen { De printerinstellingen hebben voorrang. á 1 beeld zonder frame op 1 pagina â 1 beeld met een frame op 1 pagina ã 2 beelden op 1 pagina ä 4 beelden op 1 pagina • U kunt geen enkel onderdeel kiezen als de paginaopmaak niet verwerkt kan worden door de printer.
Overige Schermdisplay ∫ In Opname 1 2 3 4 5 6 23 7 B&W 8 9 10 11 12 5 22 21 20 19 3s ISO 18 17 16 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 Opnamefunctie Opnamekwaliteit (P79) Beeldgrootte (P67) : Compensatie van de achtergrondverlichting (P25) Flitsfunctie (P48) Optische beeldstabilisator (P77) : Waarschuwingsbeweging (P22) Witbalans (P69) Kleurfunctie (P76) Batterij-aanduiding (P12) Burst (P74) Intelligente Belichting (P73) Focus (P28) AF-zone (P28) Zelfontspanner functie (P52) Sluitertijd (P27
Overige ∫ In Terugspelen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 B&W 17 16 15 14 100 _ 0001 3s 1/5 10 1 11 13 12 1 2 3 4 5 6 Terugspeelfunctie (P80) Beveiligd beeld (P96) Favorieten (P93) Weergave gestempelde datum (P78) Kleurfunctie (P76) Na Auto Retouch (P86) Na Creative Retouch (P89) 7 Na Beauty Retouch (P87) 8 Beeldgrootte (P67) 9 Batterij-aanduiding (P12) 10 Beeldnummer Totaal beelden Verstreken afspeeltijd (P33): 8m30s ¢ 11 Aantal afdrukken (P94) 12 Auto Retouch (P86) Creative Retouch (P89) Schoonheidseffect
Overige Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik Wat u wel en niet moet doen met dit toestel Houd dit toestel zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, televisie, videospelletjes, enz.). • Indien u dit toestel op of naast een televisie gebruikt, kunnen beeld en/of geluid op dit toestel onderbroken worden door de straling van de elektromagnetische golven. • Gebruik dit toestel niet in de buurt van een mobiele telefoon.
Overige Schoonmaken Voordat u het toestel schoonmaakt, de batterij eruit halen of de stekker uit het stopcontact halen. Vervolgens het toestel afnemen met een droge zachte doek. • Wanneer het toestel bevuild is, kan deze schoongemaakt worden door het vuil eraf te wrijven met een uitgeknepen vochtige doek en daarna met een droge doek. • Geen schoonmaakmiddelen gebruiken zoals benzeen, verdunner, alcohol, keukenschoonmaakmiddelen, enz.
Overige Batterij De batterij is een oplaadbare lithium-ionbatterij. De stroom wordt opgewekt door de chemische reactie in de batterij. Deze reactie wordt beïnvloed door de temperatuur en de vochtigheid. Door te hoge of te lage temperaturen gaan batterijen minder lang mee. Haal de batterij altijd uit het toestel na gebruik. • Doe de verwijderde batterij in een plastic zak en verplaats of bewaar deze ver van metalen voorwerpen (paperclips, enz.).
Overige Kaart De kaart niet op plaatsen met een hoge temperatuur bewaren, waar makkelijk elektromagnetische golven of statische elektriciteit opgewekt kunnen worden, of op plaatsen die blootgesteld zijn aan direct zonlicht. De kaart niet plooien of laten vallen. • De kaart kan beschadigd worden of de opgenomen inhoud zou beschadigd of uitgewist kunnen worden. • De kaart in de kaarthoes of het zakje doen na gebruik en wanneer u de kaart opslaat of vervoert.
Overige Wanneer u het toestel niet gebruikt gedurende een lange tijdsperiode • De batterij op een koele en droge plaats opbergen met een relatief stabiele temperatuur: [Aanbevolen temperatuur: 15 oC tot 25 oC, Aanbevolen vochtigheid: 40%RH tot 60%RH] • De batterijen en de kaart altijd uit het toestel verwijderen. • Als de batterijen in het toestel gelaten worden zullen ze ontladen zelfs als het toestel uitstaat.
Overige Waarschuwingen op het scherm Soms verschijnen op het scherm bevestigingen of foutmeldingen. De belangrijkste meldingen worden hieronder beschreven. [Deze foto is beveiligd] > Het beeld wissen nadat de beveiliginstelling geannuleerd is. (P96) [Sommige foto’s kunnen niet gewist worden]/[Deze foto kan niet gewist worden] • Beelden die niet gebaseerd zijn op de DCF-standaard kunnen niet gewist worden. > De kaart formatteren nadat de nodige gegevens op een PC enz. opgeslagen zijn.
Overige [Storing geheugenkaart]/[Parameterfout geheugenkaart]/[Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt.] > Gebruik een kaart die compatibel is met dit toestel. (P17) – SD-geheugenkaart (8 MB tot 2 GB) – SDHC-geheugenkaart (4 GB tot 32 GB) – SDXC-geheugenkaart (48 GB, 64 GB) [Plaats SD-kaart opnieuw]/[Andere kaart proberen a.u.b.] • Er heeft zich een fout voorgedaan bij het toetreden van de kaart. > Voer de kaart opnieuw in. > Doe een andere kaart erin.
Overige Problemen oplossen Probeer als eerste de volgende procedures (P118 tot 127). Als het probleem niet verholpen is kan het verbeterd worden door [Resetten] (P41) te selecteren in het [Set-up] menu. Batterijen en stroom Het laadlampje is uitgegaan maar het toestel is niet geladen. Of de oplaadlamp knippert. • Dit fenomeen doet zich voor bij laden in een omgeving met een zeer hoge of zeer lage temperatuur.
Overige Opnemen Heet beeld kan niet opgenomen worden. • Is er nog ruimte over in het ingebouwde geheugen of op de kaart? > De onnodige beelden wissen om het beschikbare geheugen te vergroten. (P36) • Misschien bent u korte tijd niet in staat om opnames te maken wanneer u dit toestel net ingeschakeld heeft of wanneer u een kaart met grote capaciteit gebruikt. Het opgenomen beeld is witachtig. • Het beeld kan witachtig worden als er vuil zoals vingerafdrukken op de lens zit.
Overige Het opgenomen beeld ziet er onafgewerkt uit. Er verschijnt ruis op het beeld. • Is de ISO-gevoeligheid hoog of de sluitertijd langzaam? (De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [ ] wanneer het toestel vervoerd wordt. Daarom zal er als u binnenshuis, enz. beelden maakt enz. ruis verschijnen.) > De ISO-gevoeligheid verminderen. (P68) > Beelden op heldere plekken maken. • Heeft u [H. gevoeligh.
Overige LCD-monitor De LCD-monitor wordt even donkerder of helderder. • Dit gebeurt als u tot de helft op de ontspanknop drukt om de lensopening in te stellen en heeft geen invloed op de beelden. • Dit fenomeen doet zich ook voor wanneer de helderheid verandert wanneer de zoom van het toestel gebruikt is of wanneer het toestel bewogen wordt. Dit komt door de werking van de automatische opening van het toestel en dit is geen storing. De LCD-monitor knippert binnenshuis.
Overige Flits De flits is niet geactiveerd. • Staat de flitsinstelling op [Œ]? > De flitsinstelling wijzigen. (P48) • De flits kan niet gebruikt worden in de volgende gevallen. – Creative Control modus (P54) – Panoramamodus (P59) – [Landschap]/[Nachtl.schap]/[Zonsonderg.]/[Sterrenhemel]/[Achter glas Mode] (Scènemodus) (P62) – Bij opnemen in [Burstfunctie] (m.u.v. [ ]) (P74) Flits wordt verschillende keren geactiveerd.
Overige Met een kalenderzoektocht, worden beelden afgebeeld met data die verschillen van de eigenlijke data waarop de beelden gemaakt werden. • Is de klok van de camera goed ingesteld? (P20) • Wanneer beelden bewerkt worden m.b.v. een PC of er beelden gezocht worden die met andere apparatuur gemaakt zijn, kunnen deze afgebeeld worden met data die verschillen van de eigenlijke data waarop de beelden gemaakt werden. Er verschijnen witte ronde vlekken als zeepbellen op het gemaakte beeld.
Overige TV, PC en printer Het beeld verschijnt niet op de televisie. • Is het toestel correct op de TV aangesloten? > De TV-input instellen op extern. De displayzones op het TV scherm en de LCD-monitor van het toestel verschillen. • Afhankelijk van het TV-model, kunnen de beelden horizontaal of verticaal uitgetrokken zijn of kunnen ze afgebeeld worden met stukken van de rand eraf geknipt. Bewegende beelden kunnen niet op een TV afgespeeld worden.
Overige De kaart wordt niet door de PC herkend. (er wordt een SDXC-geheugenkaart gebruikt) > Controleer of uw PC compatibel is met SDXC-geheugenkaarten. http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html > Er kan tijdens de aansluiting een bericht getoond worden waarin u verzocht wordt de kaart te formatteren. Doe dit niet. > Als [Toegang] dat op de LCD-monitor weergegeven wordt, niet verdwijnt, sluit de USB-aansluitkabel dan af nadat u dit toestel uitgeschakeld heeft.
Overige Overige Er werd per ongeluk een onleesbare taal gekozen. > Druk op [MENU/SET] en selecteer de [Set-up] menuicoon [ ]. Druk vervolgens op [MENU/ SET] en selecteer de [~] icoon om de gewenste taal in te stellen. (P43) Een rode lamp gaat soms aan wanneer de ontspanknop tot de helft ingedrukt wordt. • Op donkere plekken gaat de AF-lamp branden om gemakkelijker op het object scherp te stellen. De AF-lamp gaat niet aan. • Is [AF ass.
Overige De bestandsnummers zijn niet op volgorde opgenomen. • Wanneer u een handeling uitvoert na een bepaalde actie, kunnen de beelden opgeslagen worden in mappen met nummers die anders zijn dan de nummers die vóór deze handeling gebruikt werden. De bestandnummers worden opgenomen met eerder gebruikte nummers. • Als u de batterij plaats of verwijdert voordat u dit toestel uitschakelt, zullen de map- en bestandnummers van de opgenomen beelden niet in het geheugen bewaard worden.
• SDXC logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC. • QuickTime en het QuickTime-logo zijn merken of geregistreerde merken van Apple Inc. en worden onder licentie gebruikt. • Mac en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de V.S. en andere landen. • Windows en Windows Vista zijn of gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Dit product maakt gebruik van “DynaFont” van DynaComware Corporation.