Gebruikshandleiding

118
Technische opmerkingen
Namen voor bestanden en mappen
De bestandsnamen van beelden en films zijn op de volgende manier opgebouwd.
Bestanden worden opgeslagen in mappen waarvan de naam bestaat uit een
mapnummer gevolgd door een identificatie van vijf tekens: “P_” plus een driecijferig
volgnummer voor opnamen die zijn gemaakt met Panorama assist (bijv. “101P_001”;
A 41) en “NIKON” voor alle andere beelden (bijv. “100NIKON”). Wanneer de
bestandsnummering in een map 9999 bereikt, wordt een nieuwe map gemaakt.
Bestandsnummers worden automatisch toegewezen vanaf “0001”.
Bestanden gekopieerd met Kopiëren > Geselecteerde beelden worden naar de
huidige map gekopieerd, waar ze een nieuw bestandsnummer krijgen, in oplopende
volgorde vanaf het hoogste getal in het geheugen. Kopiëren > Alle beelden
kopieert alle mappen van het bronmedium; de bestandsnamen wijzigen niet, maar
nieuwe mapnummers worden toegewezen in oplopende volgorde, vanaf het
hoogste mapnummer op het doelmedium (A 68).
Een map kan maximaal 200 beelden bevatten. Als de huidige map 200 beelden
bevat, wordt bij het maken van het volgende beeld een nieuwe map gemaakt met
een nummer dat volgt op het huidige mapnummer. Als een beeld wordt gemaakt
terwijl de huidige map nummer 999 heeft en 200 beelden bevat of een beeld met
nummer 9999, kunt u geen beelden meer maken tot het medium wordt
geformatteerd (A 105) of een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst.
DSCN0001.JPG
Identificatie (wordt niet weergegeven op de
monitor)
Originele stilstaande beelden,
films
DSCN
Kleine kopieën
SSCN
Uitgesneden kopieën
RSCN
D-Lighting-kopieën en Huid
verzachten-kopieën
FSCN
Extensie (geeft het bestandstype
aan)
Foto's .JPG
Films .AVI
Bestandsnummer (wordt automatisch
toegewezen in oplopende volgorde, vanaf
“0001”)