Operation Manual

Eenmaal ingeschakeld, voegt u NFS-toegangsregels toe voor elke beveiligde share vanaf de pagina
Shares beheren. NFS biedt een ander protocol voor het delen van opslaggegevens met Linux-hosts.
Wanneer NFS is ingeschakeld, kunt u regels configureren voor op een host gebaseerde toegang tot
beveiligde shares.
Regels kunnen worden toegevoegd aan beveiligde shares om hosts op te geven die via NFS toegang zijn
toegestaan tot shares. Voorbeeld: '*.cs.foo.com' komt overeen met alle hosts in het domein cs.foo.com.
Als u een share tegelijkertijd naar alle hosts op een IP-adres of lokaal netwerk wilt exporteren, geeft u een
IP-adres en netmaskerpaar op als adres/netmasker, waarbij het netmasker in decimale notatie met punten
of als aaneengesloten maskerlengte kan worden ingevoerd. Voorbeeld: /255.255.252.0 en /22 resulteren in
identieke lokale netwerken.
Klik op om NFS-instellingen te wijzigen.
Toegang tot shares via NFS en gebruikersrechten
Wanneer u uw px12-450r via NFS gaat gebruiken, worden de toegangsrechten voor inhoud op de px12-
450r beheerd door regels voor op een host gebaseerde toegang op uw clientcomputer, en niet door
gebruikerstoegangsrechten op uw px12-450r. Dit betekent dat een geldige gebruiker op de Linux-computer
die toegang heeft tot de host (het opslagapparaat) toegang heeft tot shares op de px12-450r, zelfs als er
geen specifieke gebruikersrechten zijn verleend voor deze shares op het apparaat.
rsync: Bestanden synchroniseren met een ander opslagapparaat of andere
computers
Wanneer u dit protocol inschakelt, schakelt u uw px12-450r Network Storage in als rsync-server. Dit kan
vervolgens worden gebruikt als een bron- of doelapparaat voor rsync-kopieertaken. Omdat rsync zo snel
en efficiënt werkt, kan een rsync-kopieertaak sneller worden uitgevoerd dan een kopieertaak van Windows
Bestanden delen. Meer informatie over kopieertaken vindt u in Een back-up maken van uw px12-450r.
Als u uw px12-450r inschakelt als rsync-server, kunt u desgewenst op uw px12-450r een
gebruikersaccount instellen voor het veilig uitvoeren van rsync-kopieertaken.
Instellingen voor de rsync-server configureren
1. Om de rsync-server in te schakelen, klikt u op de schakelaar om deze in te schakelen.
2. Selecteer Beheerdersreferenties veilige rsync configureren om een veilige
gebruikersaccount te maken.
3. De gebruikersnaam is vooraf op rsync ingesteld. U kunt de naam van de gebruikersaccount
wijzigen in een naam die voor u handiger is. Voer een wachtwoord in en bevestig dit voor de
gebruikersaccountnaam van rsync. Als u een veilige rsync-gebruikersaccount maakt op uw px12-
450r, staat u andere apparaten toe om er veilig van of naar te kopren.
4. Voor het accepteren van verzoeken maakt rsync standaard gebruik van TCP-poort 873. Indien
gewenst kunt u deze waarde in een ander poortnummer wijzigen.
5. Klik op Toepassen om de instellingen op te slaan.
Klik op als u instellingen van de rsync-server wilt wijzigen. U kunt rsync-server niet
inschakelen als u SFTP al hebt ingeschakeld.
Bestanden delen
63 Protocollen gebruiken om bestanden te delen