Operation Manual
Nederlands
|
29
Oplossen van problemen
Vele problemen worden slechts veroorzaakt
door een verkeerde bediening of verkeerde
verbindingen. Kontroleer voordat u uw handelaar
raadpleegt eerst de volgende lijst voor een
mogelijke oplossing van uw probleem.
Algemeen
? Spanning wordt niet ingeschakeld.
✔ De zekering is doorgebrand.
☞ Nadat u de kabels op kortsluiting heeft
gekontroleerd moet u de zekering door een
van hetzelfde type vervangen.
✔ De luidsprekerkabel is kortgesloten of raakt
het chassis van het voertuig waardoor de
beveiligingsfunctie wordt geactiveerd.
☞ De luidsprekerkabel goed aansluiten of
isoleren en op de resettoets drukken.
? Er is een geluidsbron waarnaar u niet kunt
overschakelen.
✔ Er zit geen drager in het toestel.
☞ Plaats de geluidsdrager waarnaar u wilt
luisteren. Wanneer er in dit toestel geen
geluidsdrager is geplaatst, kunt u niet
overschakelen naar elke geluidsbron.
✔ De diskwisselaar is niet aangesloten.
☞ Sluit de diskwisselaar aan. Wanneer de
diskwisselaar niet op de ingangsaansluitingen
is aangesloten, kunt u niet naar een externe
disk-speler overschakelen.
? Het geheugen wordt gewist wanneer het kontakt
wordt uitgeschakeld.
✔ De kabel van het kontakt en de accu zijn niet juist
verbonden.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van
het gedeelte 'Verbinden van kabels met
aansluitingen' aan.
? De telefoondempingfunctie werkt niet.
✔ De telefoondempingkabel is niet juist verbonden.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van
het gedeelte 'Verbinden van kabels met
aansluitingen' aan.
? De telefoondempingfunctie wordt geaktiveerd
maar de telefoondempingkabel is niet
aangesloten.
✔ De telefoondempingkabel raakt een metalen deel
van de auto.
☞ Zorg dat de telefoondempingkabel geen
kontakt met een metalen deel maakt.
? Zelfs als Toonversterking ingeschakeld is,
kunnen schelle tonen niet gecompenseerd
worden.
✔ De Tuner is als geluidsbron geselecteerd.
☞ Schelle tonen kunnen niet gecompenseerd
worden in de functie met Tuner als
geluidsbron.
? Geen geluidsweergave of zeer laag volume.
✔ De instellingen van de Fader of Balans zijn altijd
naar één kant ingesteld.
☞ Centreer de instellingen van de Fader en de
Balans.
✔ De in- en uitgangskabels of bedradingsbundel
is/zijn niet juist verbonden.
☞ Sluit de in- en uitgangskabels en/of
bedradingsbundel opnieuw juist aan. Zie
het gedeelte <Verbinden van kabels met
aansluitingen>.
✔ De waarden van de volumeafwijking zijn laag.
☞ Zet het volume hoger, zoals beschreven in de
sectie over <Klankkleurregeling> (blz. 8).
? Slechte geluidskwaliteit of vervormd geluid.
✔ Een luidsprekerkabel wordt mogelijk afgekneld
door een schroef in de auto.
☞ Kontroleer de bedrading van de luidsprekers.
✔ De luidsprekers zijn niet juist aangesloten.
☞ Sluit de luidsprekerkabels opnieuw juist aan
zodat iedere uitgangsaansluiting met een
andere luidspreker is verbonden.
? De pieptoon van de aanraaksensor wordt niet
weergegeven.
✔ De voor-uitgangaansluiting wordt gebruikt.
☞ De pieptoon van de aanraaksensor kan niet
via de voorversterker-uitgang gaansluiting
worden weergegeven.
? De klok kan niet worden ingesteld hoewel de
kloksynchronisatie is ingeschakeld.
✔ De RDS-zender waarop is afgestemd, verzendt
geen tijdsignaal.
☞ Stem af op een andere RDS-zender.
Tuner als geluidsbron
? Ontvangst van radio-uitzendingen is slecht.
✔ De auto-antenne is niet uitgetrokken.
☞ Trek de antenne geheel uit.
✔ De antennekabel is niet aangesloten.
☞ Sluit de kabels juist aan de hand van
het gedeelte 'Verbinden van kabels met
aansluitingen' aan.
B64-2934-00_Dutch_r3.1.Indd 29B64-2934-00_Dutch_r3.1.Indd 29 04.9.2 8 2:55: 40 PM04.9.2 8 2:55: 40 PM