Operation Manual

Nederlands 63
Beveiliging instellen
U kunt een beveiligingscode instellen om uw
ontvangersysteem tegen diefstal te beschermen.
Wanneer de beveiligingscodefunctie is geactiveerd, kunt
u de code niet wijzigen en de functie niet vrijgeven. U
kunt de beveiligingscode naar keuze als 4-cijferig getal
instellen.
Geef het beveiligingsscherm weer1
Raak [
] > [ ] > [System] > [Security] aan.
(pagina 59)
Stel de SI (Security Indicator - 2
Beveiligingsindicator) in
[Security Code Set] Geeft het invoerscherm
voor de beveiligingscode weer.
[SI] Schakelt de SI-functie in of uit.
Indien ingeschakeld ("ON"), knippert de
SI-indicator op het voorpaneel als de
ontsteking van het voertuig is uitgeschakeld.
(
"ON")
Start het instellen van de beveiligingscode3
Als u de coderegistratie al hebt voltooid, wordt [CLR]
weergegeven.
Voer een beveiligingscode in4
Voer een 4-cijferig getal in.
Registreer uw beveiligingscode5
Voer de beveiligingscode opnieuw in6
Voer dezelfde beveiligingscode als de code
die u in stap 4 hebt ingevoerd nogmaals in ter
bevestiging.
Als u een andere beveiligingscode invoert, keert het
scherm terug naar stap 4 (voor de eerste invoering
van de code).
Registreer de beveiligingscode opnieuw7
Uw beveiligingscode is nu geregistreerd.
Als u de terugsteltoets hebt ingedrukt of als u de
ontvanger van de accu hebt losgekoppeld...
Voer de juiste beveiligingscode in1
U moet dezelfde beveiligingscode invoeren als
de code die u in stap 4 hebt ingevoerd.
Registreer uw beveiligingscode2
Nu is uw ontvanger klaar voor gebruik.
B64-4385-00_00_E_Ne.indd 63B64-4385-00_00_E_Ne.indd 63 09.2.19 11:40:43 AM09.2.19 11:40:43 AM