Operating instructions

Table Of Contents
40 Nederlands
werkzaamheden. Het gebruik van elektrische
gereedschappen voor ander dan het reglemen-
tair gebruik kan tot gevaarlijke situaties leiden.
5 Gebruik en verzorging van accupacks
a Laad de accupack alleen met door de goedge-
keurde oplaadapparaten. Laders die niet ge-
schikt zijn voor de desbetreffende accu kunnen
brand veroorzaken.
b Gebruik het apparaat alleen met een meegele-
verde accupack. Het gebruik van andere ac-
cupacks kan letsel en brand veroorzaken.
c Houd de accu bij niet-gebruik uit de buurt van
metalen voorwerpen zoals paperclips, mun-
ten, sleutels, spijkers, schroeven of andere
kleine metalen voorwerpen die kortsluiting
van de contacten zouden kunnen veroorza-
ken. Kortsluiting kan leiden tot brand of explo-
sies.
d Eventueel kan uit de accupack vloeistof uit-
treden. Vermijd contact. Als u toch met de
vloeistof in contact komt, grondig afspoelen
met water. Als de vloeistof in de ogen terecht-
komt, onmiddellijk een arts raadplegen. Accu-
vloeistof kan uitslag en branden van de huis
veroorzaken.
6 Service
a Laat uw elektrisch gereedschap alleen door
gekwalificeerd vakpersoneel en alleen met
originele reserveonderdelen repareren. Hier-
door wordt gegarandeerd dat de veiligheid van
het apparaat behouden blijft.
Aanvullende algemene veiligheidsinstructies
Instructie ● In sommige regio's kunnen voorschrif-
ten het gebruik van dit apparaat beperken. Laat u advi-
seren door uw plaatselijke autoriteiten.
GEVAAR ● Levensgevaar door snijwonden
als gevolg van ongecontroleerde bewegingen van het
apparaat. Houd lichaamsdelen uit de buurt van bewe-
gende delen.
● Gevaar voor letsel door weggeslinger-
de of vallende voorwerpen. Gebruik het apparaat nooit
als er personen, vooral kinderen of dieren, zich binnen
een straal van 15 m bevinden.
● U mag aan het appa-
raat geen wijzigingen uitvoeren.
WAARSCHUWING ● Personen die niet
vertrouwd zijn met deze handleiding en kinderen mogen
het apparaat niet gebruiken. Lokale voorschriften kun-
nen de minimale leeftijd van de bediener voorschrijven.
● 
Een ongehinderd zicht op het werkbereik helpt bij het
herkennen van eventuele gevaren. Gebruik het appa-
raat alleen bij goede verlichting.
● Controleer vóór ge-
bruik of het apparaat, alle bedieningselementen en
veiligheidsvoorzieningen correct werken. Controleer op
losse sluitingen, zorg ervoor dat alle beschermafdekkin-
gen en grepen correct en stevig zijn bevestigd. Gebruik
het apparaat niet als het niet in onberispelijke toestand
is.
● Vervang versleten of beschadigde delen, alvorens
het apparaat in bedrijf te nemen.
● Gebruik het appa-
raat nooit als de apparaatschakelaar aan de handgreep
niet correct in- of uitschakelt.
● Gevaar op terugslag
door verlies van evenwicht. Zorg voor een normale li-
chaamshouding, zorg voor een vaste, veilige stand en
blijf altijd in evenwicht.
● Ernstig letsel door nalatigheid,
als het apparaat door veelvuldig gebruik als bekend
wordt verondersteld en onzorgvuldig wordt bediend.
● 
Stop het apparaat onmiddellijk en controleer op scha-
de of identificeer de oorzaak van de trilling als het appa-
raat is gevallen, een stoot heeft gekregen of abnormaal
trilt. Laat schade repareren door de geautoriseerde
klantenservice of vervang het apparaat.
VOORZICHTIG ● Draag volledige oog- en
oorbescherming, stevige en robuuste handschoenen en
een hoofdbescherming wanneer u het apparaat be-
dient. Draag een gezichtsmasker wanneer het werk
stoffig is.
● Draag bij het werken met het apparaat lan-
ge, zware broeken, vaste schoenen en goed passende
handschoenen. Werk nooit op blote voeten. Draag geen
juwelen, sandalen of korte broeken.
● Letselgevaar, als
losszittende kleding, haren of sieraden door beweeglij-
ke delen van het apparaat wordt gegrepen. Houd kle-
ding en sieraden uit de buurt van beweeglijke delen van
de machine. Bind lange haren samen.
● Gehoorbe-
scherming uw vermogen om waarschuwingstonen te
horen beperken. Let daarom op mogelijke gevaren in de
buurt en in het werkbereik.
● De werking van vergelijk-
bare hulpmiddelen in de omgeving verhoogt het risico
op gehoorbeschadiging en de kans op het vermijden
van potentiële gevaren, b.v. personen die uw werkruim-
te binnenkomen.
● Gladde handgrepen en grijpende
oppervlakken verhinderen een veilige bediening en
controle van het apparaat in onverwachte situaties.
Houd de grepen en greepvlakken droog, schoon en vrij
van olie en smeermiddel.
● Gebruik alleen toebehoren
en reserveonderdelen die worden aanbevolen door de
fabrikant. Origineel toebehoren en originele reserveon-
derdelen garanderen een veilige en storingsvrije wer-
king van het apparaat.
Veiligheidsmaatregelen voor accuzaag
WAARSCHUWING ● Gebruik het appa-
raat niet bij bliksemgevaar.
● Zorg ervoor dat alle veilig-
heidsinrichtingen en grepen correct en veilig zijn
bevestigd en in goede toestand zijn.
● Zorg voor een
stabiele stand, een schone werkplek en plan een terug-
trektraject om u terug te trekken bij vallende takken
voordat u het apparaat gebruikt.
● Pas op voor smeer-
oliedampen en zaagspanen. Draag indien nodig een
masker of ademhalingsapparaat.
● Houd de takverwij-
deraar steeds met twee handen vast. Houd de schacht
vast met de ene hand. Houd de achterste greep stevig
vast met de andere hand, bedien de ontgrendelknop
van de apparaatschakelaar en de apparaatschakelaar.
● 
Gevaar voor elektrische schok, als de zaagketting in
contact komt met verborgen stroomleidingen. Houd
elektrisch gereedschap alleen vast aan de geïsoleerde
greepvlakken, omdat contact met onder spanning
staande kabels de metalen delen van het apparaat on-
der spanning kan zetten.
● Gevaar voor letsel. Voer
geen wijzigingen aan het apparaat uit. Gebruik het ap-
paraat niet om aanbouwdelen of apparaten aan te drij-
ven die niet worden aanbevolen door de fabrikant van
het apparaat.
Terugslag kan optreden als de punt van de geleiderail
een voorwerp raakt of als het hout buigt en de zaagket-
ting bij het zagen vastklemt. Soms kan contact met de
railpunt leiden tot een onverwachte, naar achteren ge-
richte reactie waarbij de geleiderail omhoog en richting
de bediener wordt geslagen. Het vastklemmen van de
zaagketting aan de bovenkant van de geleiderail kan de
rail snel in de richting van de bediener terugstoten. Elk
van deze reacties kan leiden tot verlies van controle.