Operation Manual

12
13
14
26 – De bediening van uw Opal
650
De bediening van uw Opal
650 – 27
19. SET Menu
Druk hierop om het menu voor naaimachine-instellingen te openen. Maak veranderingen en selecties met de navigatiepijlen (11).
Druk er opnieuw op om het menu SET te verlaten. U kunt meer lezen over de gemaakte instellingen in het menu SET op
pagina 32.
20. Exclusive SEWING ADVISOR
De Exclusive SEWING ADVISOR
functie stelt de beste steek, steeklengte, steekbreedte, naaisnelheid in voor de geselecteerde
stof en naaitechniek. De steek wordt getoond op het grasch display met aanbevelingen voor de te gebruiken naaivoet,
naaivoetdruk, draadspanning en naald. Druk op de symbolen voor de stof die u gebruikt en de naaitechniek die u wilt gebruiken
(zie pagina 44).
NAAIMODUS (650)
De naaimodus is de eerste weergave op het grasch display nadat u de machine aanzet. Hier vindt u alle basisinformatie die
u nodig heeft om te beginnen met naaien. Dit is ook het menu waarin u de instellingen van uw steek aanpast. Standaard is de
rechte steek geselecteerd.
Let op: Wanneer de waarde voor steeklengte/-breedte/-dichtheid of de naaldpositie op de standaardwaarde is ingesteld, zijn de cijfers zwart. Als u de
waarde verandert, komen de cijfers tegen een zwarte ondergrond te staan.
Normale naaimodus, rechte steek
Normale naaimodus, decoratieve steek
1
2
3
5
6
8
9
11
4
1. Aanbevolen naald voor de geselecteerde stof. Een pijl naast
het pictogram van de naald geeft aan of naald omhoog/
omlaag is geselecteerd.
2. Aanbevolen draadspanning voor de geselecteerde stof en
steek.
3. Aanbevolen naaivoet voor de geselecteerde steek.
4. De naaisnelheid wordt in vijf niveaus aangegeven op het
grasche display. Verlaag of verhoog de snelheid door op
SPEED
+
of op SPEED – te drukken (zie pagina 24).
5. De stof en naaitechniek die op de Exclusive SEWING
ADVISOR
functie zijn geselecteerd.
6. Aanbevolen naaivoetdruk.
7. De geselecteerde steek, zowel afgebeeld als weergegeven
met het nummer.
8. Steeklengte. Verklein of vergroot de steeklengte door op -
of op
+
te drukken (zie pagina 25).
9. Wanneer er een rechte steek is geselecteerd, wordt de
naaldpositie weergegeven in plaats van de steekbreedte.
Verander de naaldpositie door op
of op + te drukken
(zie pagina 25).
10. Geeft aan dat er een stretchnaald 90 moet worden gebruikt.
11. Aanbeveling om versteviging onder uw stof te gebruiken.
12. Aanbeveling om zelfklevende glijplaatjes te gebruiken (zie
pagina 5).
13. Steekbreedte. Verklein of vergroot de steekbreedte door
op
of op + te drukken (zie pagina 25).
14. Geeft aan dat de functie Horizontaal spiegelen is
geactiveerd.
10
7
Eenstaps Sensorknoopsgat
Handmatig knoopsgat
Knoop aannaaien
17
18
16
15. Bij het naaien van knoopsgaten in elastische stof raden we
aan om het knoopsgat met draad in te leggen voor meer
duurzaamheid (zie pagina 49).
16. Bij het naaien van een handmatig knoopsgat of bij het
stopprogramma is het pictogram voor achteruitnaaien te
zien om aan te geven dat u op de Achteruitnaaien moet
drukken wanneer de kolommen van het knoopsgat of de
stopsteek de gewenste lengte hebben.
17. De steekdichtheid wordt weergegeven in plaats van de
steeklengte wanneer er een knoopsgat, trens of stopsteek is
geselecteerd of wanneer er een cordonsteek is geselecteerd
en de toets ALT wordt ingedrukt. Verklein of vergroot de
steekdichtheid door op Steeklengte
en + te drukken.
18. Indicatie van de grootte van het knoopsgat bij gebruik van
de Eenstaps-knoopsgat-sensorvoet. Stel de grootte van
de knoop in met de navigatiepijlen omhoog en omlaag.
Bevestig met OK.
19. Het pictogram voor het verwijderen van de naaivoet wordt
weergegeven wanneer knopen aannaaien is geselecteerd.
20. Het pictogram voor het omlaag brengen van de
transporteur wordt weergegeven wanneer knopen
aannaaien is geselecteerd.
21. Stel het aantal te naaien steken op de knoop in met de
navigatiepijlen omhoog en omlaag.
22. Aanbeveling voor het gebruiken van het Multifunctioneel
gereedschap/Knopenhulpstuk (optioneel accessoire
4131056-01) bij het aannaaien van een knoop. Leg de
dunne kant van het Multifunctionele gereedschap/
Knopenhulpstuk onder de knoop bij het naaien op dunne
stoffen. Gebruik de dikke kant voor zwaardere stoffen.
15
21
22
20
19