Operation Manual

Waarschuwing Gebruik geen metaalpoetsmiddelen of alcohol om de
contactpunten van inktpatronen te reinigen. Hierdoor kan de inktpatroon of de
HP All-in-One beschadigd raken.
De contactpunten van de inktpatroon reinigen
1. Zet de HP All-in-One aan en open de toegangsklep voor de wagen met
inktpatronen.
De wagen met inktpatronen bevindt zich aan de rechterkant van de HP All-in-One.
2. Wacht tot de wagen met de inktpatronen stilstaat en koppel vervolgens de
stekker los van de achterkant van de HP All-in-One.
3. Druk licht op de inktpatroon om deze te ontgrendelen en trek de patroon dan naar
u toe uit de sleuf.
Opmerking Haal beide inktpatronen niet tegelijkertijd uit de printer.
Verwijder en reinig de inktpatronen een voor een. Laat de inktpatroon niet
langer dan een half uur buiten de HP All-in-One liggen.
4. Controleer de contactpunten van de inktpatroon op aangekoekte inkt en vuil.
5. Dompel een schoon schuimrubberen veegstokje of pluisvrij doekje in het
gedistilleerde water en knijp het overtollige vocht eruit.
6. Houd de inktpatroon vast aan de zijkanten.
7. Reinig alleen de koperkleurige contactpunten. Zie Het gedeelte rondom de
inktsproeiers reinigen voor informatie over het schoonmaken van de inktsproeiers.
1 Koperkleurige contactpunten
2 Inktsproeiers (niet schoonmaken)
8. Laat de inktpatroon ongeveer tien minuten drogen.
9. Schuif de inktpatroon weer in de sleuf. Duw de inktpatroon naar voren totdat hij
vastklikt.
10. Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere inktpatroon.
11. Sluit voorzichtig de toegangsklep naar de wagen met inktpatronen en sluit het
netsnoer aan op de achterkant van de HP All-in-One.
Het gedeelte rondom de inktsproeiers reinigen
Als de HP All-in-One in een stoffige omgeving wordt gebruikt, kan zich binnenin het
apparaat wat vuil verzamelen. Dit vuil kan bestaan uit stof, haren of pluisjes van
Hoofdstuk 12
94 HP PSC 1600 All-in-One series
Onderhoud van de HP All-in-One