Operation Manual

Status van printerlampjes Toelichting en aanbevolen actie
de kabel weer aan, zet de printer weer aan en probeer
opnieuw af te drukken.
Aan/uit-lampje en doorgaanlampje branden
constant.
Controleer het volgende:
De printerkap moet gesloten zijn.
Het toegangspaneel aan de achterkant of de duplexeenheid
moet juist zijn geïnstalleerd en vastzitten.
Inktpatroonlampje links aan, aan/uit-lampje
aan.
Driekleurenpatroon is (bijna) leeg.
Plaats de inktpatroon terug in de printer of vervang de
inktpatroon. Zie
Inktpatronen plaatsen.
U kunt alsnog met één inktpatroon afdrukken. Zie
Afdrukken
met één inktpatroon.
Inktpatroonlampje rechts aan, aan/uit-lampje
aan.
Fotopatroon of zwarte inktpatroon is (bijna) leeg.
Plaats de inktpatroon terug in de printer of vervang de
inktpatroon. Zie
Inktpatronen plaatsen.
U kunt alsnog met één inktpatroon afdrukken. Zie
Afdrukken
met één inktpatroon.
Inktpatroonlampjes links en rechts aan, aan/uit-
lampje aan.
De inktpatroon aan de linkerkant (driekleurenpatroon) en de
inktpatroon aan de rechterkant(fotopatroon of zwarte inktpatroon)
zijn beide (bijna) leeg.
Plaats de inktpatronen terug in de printer of vervang de
inktpatronen. Zie Inktpatronen plaatsen.
Inktpatroonlampje links knippert, aan/uit-lampje
aan.
Driekleurenpatroon is beschadigd of ontbreekt.
Plaats de inktpatroon terug in de printer. Als de fout niet is
verholpen, vervangt u de inktpatroon. Zie
Inktpatronen
plaatsen.
U kunt alsnog met één inktpatroon afdrukken. Zie
Afdrukken
met één inktpatroon.
Inktpatroonlampje rechts knippert, aan/uit-
lampje aan.
Fotopatroon of zwarte inktpatroon is beschadigd of ontbreekt.
Plaats de inktpatroon terug in de printer. Als de fout niet is
verholpen, vervangt u de inktpatroon. Zie
Inktpatronen
plaatsen.
U kunt alsnog met één inktpatroon afdrukken. Zie
Afdrukken
met één inktpatroon.
116 Hoofdstuk 7 Printerlampjes NLWW