Operation Manual

Scannen naar een computer
Vooraleer u naar een computer scant, moet u ervoor zorgen dat u de HP-printersoftware reeds hebt
geïnstalleerd. De printer en de computer moeten zijn aangesloten en ingeschakeld.
Daarnaast moet, op Windows-computers, de HP-software werken voor u scant.
U kunt de HP-printersoftware gebruiken om documenten in te scannen als bewerkbare tekst. Zie Documenten
scannen als bewerkbare tekst voor meer informatie.
Om de functie Scannen naar een computer in te activeren (Windows)
Als de printer op de computer is aangesloten met een USB-kabel , dan is de functie voor scannen naar de
computer standaard ingeschakeld en kan niet worden uitgeschakeld.
Als u een netwerkverbinding gebruikt, volgt u deze instructies als de functie is gedeactiveerd en u ze opnieuw
wilt activeren.
1. Open de HP-printersoftware. Zie Open de HP-printersoftware (Windows) voor meer informatie.
2. Klik op Afdrukken, scannen en faxen. en klik vervolgens op Scannen .
3. Klik op Scannen naar computer beheren.
4. Klik op Activeren.
Om de functie Scannen naar een computer in te activeren (OS X)
De functie Scannen naar een computer is in de fabrieksinstellingen geactiveerd. Volg deze instructies als de
functie is gedeactiveerd en u ze opnieuw wilt activeren.
1. Open HP-hulpprogramma.
OPMERKING: HP Utility bevindt zich in de map HP in de map Toepassingen.
2. Klik bij Scaninstellingen op Scannen naar computer.
3. Zorg ervoor dat Scannen naar computer activeren is geselecteerd.
Een document of foto naar een bestand (Windows) scannen.
1. Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat van de scanner of met de
bedrukte zijde naar boven in de documentinvoer.
2. Open de HP-printersoftware. Zie Open de HP-printersoftware (Windows) voor meer informatie.
3. Klik op Afdrukken, scannen en faxen. en klik vervolgens op Scannen .
4. Klik op Een document of foto scannen .
5. Selecteer het type scan dat u wilt en klik dan op Scannen .
Kies Opslaan als PDF om het document (of de foto) als pdf-bestand op te slaan.
Kies Opslaan als JPEG om het document (of de foto) als afbeeldingsbestand op te slaan.
OPMERKING: Op het eerste scherm kunt u de basisinstellingen controleren en wijzigen. Klik op de
koppeling Meer in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster Scannen om de instellingen voor scans
te controleren en te wijzigen.
Zie Scaninstellingen wijzigen (Windows) voor meer informatie.
Als Toon Viewer na scan werd geselecteerd, kunt u in het voorbeeldscherm aanpassingen aan de
gescande afbeelding aanbrengen.
NLWW Scannen 43