Operation Manual

OPMERKING: Als u het Papierformaat wijzigt, zorg er dan voor dat u het correcte papier in de
invoerlade plaatst en dat u het papierformaat op het bedieningspaneel van de printer instelt.
6. Klik op OK om het dialoogvenster Eigenschappen te sluiten.
7. Klik op Afdrukken of OK om het afdrukken te starten.
OPMERKING: Na het voltooien van de afdruk moet u ongebruikt fotopapier uit de lade verwijderen. Bewaar
fotopapier zo dat het niet kan omkrullen, dit leidt tot een mindere kwaliteit van de afdrukken.
Foto's afdrukken vanaf de computer (OS X)
1. In het menu Bestand in uw software kiest u Afdrukken.
2. Zorg ervoor dat uw printer is geselecteerd.
3. Stel de afdrukopties in.
Als het gedeelte Opties in het dialoogvenster Afdrukken niet wordt weergegeven, klik dan op Details
weergeven.
Kies in het pop-upmenu Papierformaat Het juiste papierformaat.
OPMERKING: Zorg ervoor dat u het juiste papier gebruikt wanneer u het papier vervangt.
Selecteer de afdrukstand.
4. Kies uit het pop-upmenu Papiersoort/Kwaliteit en kies vervolgens de volgende instellingen:
Papiertype: de juiste soort fotopapier
Kwaliteit: Selecteer de optie die de beste kwaliteit of de maximale dpi biedt.
Klik op het driehoekje Kleuropties en selecteer dan de juiste Fotoherstel optie.
Uit: brengt geen wijzigingen aan de afbeelding.
Aan: hiermee wordt het beeld automatisch scherp gesteld; hiermee past u de scherpte van
het beeld enigszins aan.
5. Selecteer desgewenst nog andere afdrukinstellingen en klik op Afdrukken.
Om foto's van een USB-stick af te drukken
U kunt een USB-stick (of een geheugenpen) aansluiten op de USB-poort aan de voorkant van de printer.
1. Plaats de USB-stick in de USB-poort vooraan.
2. Raak Foto's afdrukken aan in het scherm van het bedieningspaneel.
3. Druk Weergeven en afdrukken op het scherm van het bedieningspaneel om foto's weer te geven.
4. Selecteer op het scherm van de printer een foto die u wilt afdrukken en druk op Doorgaan.
5. Schuif naar boven of naar beneden om het aantal af te drukken foto's aan te geven.
6.
Raak (Bewerken) aan om de opties voor het bewerken van geselecteerde foto's te selecteren. U
kunt een foto draaien, bijsnijden of de helderheid aanpassen.
34 Hoofdstuk 3 Afdrukken NLWW