Operation Manual

Afbeelding 5-12 Voorbeeld van een parallelle splitter
Afbeelding 5-13 Achteraanzicht van de printer
1 Telefoonaansluiting op de wand
2 "IN"-telefoonpoort op uw computer
3 "OUT"-telefoonpoort op uw computer
4 Telefoon (optioneel)
5 Antwoordapparaat:
6 Computer met modem
7 Gebruik het telefoonsnoer dat bij de printer is geleverd en verbindt dit met de 1-LINE-poort.
De telefoonkabel moet mogelijk aan de land- of regiospecieke adapter worden bevestigd.
De printer op dezelfde telefoonlijn instellen als een computer met twee telefoonpoorten
1. Verwijder de witte plug van de 2-EXT-poort achter op de printer.
2. Zoek het telefoonsnoer dat vanaf de achterzijde van de computer (de computerinbelmodem) is
aangesloten op een telefoonaansluiting. Koppel het snoer los van de telefoonaansluiting en sluit het
uiteinde aan op de 2-EXT-poort aan de achterkant van de printer.
3. Koppel het antwoordapparaat los van de telefoonaansluiting op de wand en sluit het apparaat aan op de
poortuitgang achter op de computer (het computerinbelmodem).
4. Sluit het ene uiteinde van het meegeleverde telefoonsnoer aan op de telefoonaansluiting op de wand en
het andere uiteinde op de poort 1-LINE aan de achterkant van de printer.
OPMERKING: De telefoonkabel moet mogelijk aan de land- of regiospecieke adapter worden
bevestigd.
5. (Optioneel) Als het antwoordapparaat niet is uitgerust met een ingebouwde telefoon, kunt u voor uw
gemak een telefoon op de "OUT"-poort aan de achterkant van het antwoordapparaat aansluiten.
NLWW Bijkomende faxinstallatie 75