LASERJET PRO MFP Gebruikershandleiding M125-126 M125-126 M127-128 M127-128
HP LaserJet Pro MFP M125, M126, M127, M128 Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © Copyright 2015 HP Development Company, L.P. Adobe®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Inleiding ....................................................................................................................................................... 1 Apparaatvergelijking ............................................................................................................................................. 2 Onderdelen van het apparaat ................................................................................................................................
Aanvullende informatie over afdrukken .......................................................................................... 31 Afdrukken via internet ......................................................................................................................................... 32 HP ePrint ............................................................................................................................................ 32 HP ePrint-software ...........................................
HP Utility voor Mac OS X ...................................................................................................................................... 62 HP Utility openen ............................................................................................................................... 62 Functies van HP Utility ...................................................................................................................... 62 Functies voor productbeveiliging .....................
EconoMode-instellingen controleren ............................................................................................... 98 Kopieer- en scankwaliteit verbeteren ................................................................................................................. 99 Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten ............................... 99 Papierinstellingen controleren .................................................................................
Faxberichten worden langzaam verstuurd .................................................................................... 113 De faxkwaliteit is matig .................................................................................................................. 114 De fax wordt afgekapt of wordt op twee pagina's afgedrukt ........................................................ 115 9 Onderdelen, benodigdheden en accessoires ..............................................................................
viii NLWW
1 Inleiding ● Apparaatvergelijking ● Onderdelen van het apparaat ● Overzicht bedieningspaneel Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums. ● Bekijk informatie over garantie en wettelijke voorschriften. U kunt ook naar www.hp.
Apparaatvergelijking M125a, M125r, M125ra, M126a Papierverwerking M125nw, M125rnw, M126nw M127fn, M127fs, M128fn M 127fp, M128fp M 127fw, M128fw Invoerlade (150 vel) Standaarduitvoerbak (100 vel) Verlengstuk voor kort afdrukmateriaal Ondersteunde besturingssystem en Windows XP, 32bits Windows Vista, 32-bits en 64-bits Windows 7, 32bits en 64-bits Windows 8, 32bits en 64-bits Windows 2003 Server (32-bits en 64-bits), alleen print- en scandrivers Windows 2008 Server (32-bits en 64-bits), alleen print-
M125a, M125r, M125ra, M126a Display van het bedieningspaneel M125nw, M125rnw, M126nw M127fn, M127fs, M128fn M 127fp, M128fp M 127fw, M128fw 2-regelige LCD Grafisch kleurentouchscreen 2-cijferige LED Afdrukken Drukt 20 pagina's per minuut (ppm) af op papier van A4-formaat en 21 ppm op papier van Letter-formaat Kopiëren Flatbedscanner ondersteunt papier met maximaal A4- of Letter-formaat Documentinvoer Kopieert met 300 dots per inch (dpi) Scan Scanresolutie tot 1200 dpi Scant in kleur Faxen V.
Onderdelen van het apparaat Vooraanzicht van apparaat 1 2 6 3 5 4 4 7 1 Uitvoerbak 2 Scanner 3 Aan-uitknop 4 Bedieningspaneel (komt omhoog voor beter zicht en type verschilt per model) 5 Invoerlade 6 Documentinvoer 7 Verlengstuk voor kort afdrukmateriaal Hoofdstuk 1 Inleiding NLWW
Achteraanzicht van apparaat 1 2 3 4 5 6 NLWW 1 Sleuf voor beveiligingsvergrendeling met kabel 2 Snelle USB 2.
Overzicht bedieningspaneel ● M125a, M125r, M125ra, M126a ● M125nw, M125rnw, M126nw ● M127fn, M127fs, M128fn, M127fp, M128fp ● M127fw en M128fw ● Beginscherm bedieningspaneel (alleen aanraakscherm) M125a, M125r, M125ra, M126a 2 1 3 4 5 6 7 11 10 9 6 8 1 LED-display Toont het aantal exemplaren, de donkerheidsgraad en het verkleinings- of vergrotingspercentage van de kopieën. Op het display worden ook foutcodes weergeven als er problemen zijn die uw aandacht vragen.
6 Instellingenknop Met deze knop schakelt u tussen de instellingen voor het aantal exemplaren, de donkerte en het afdrukformaat voor elke taak. De standaardoptie is het aantal kopieën. Als u een standaardinstelling voor alle taken wilt wijzigen, gaat u naar de gewenste instelling en houd u de knop gedurende drie seconden ingedrukt. Wanneer het lampje knippert, past u de instelling aan. Druk nogmaals op deze knop om de instelling op te slaan. 7 Knop Kopiëren starten Hiermee start u een kopieertaak.
8 Knop Kopieerinstellingen Opent het menu Kopieerinstellingen 9 Knop Lichter/donkerder Past de donkerte voor de huidige kopieertaak aan 10 Knop Aantal exemplaren Stelt het aantal exemplaren in 11 Knop Terug U gaat terug naar het vorige scherm 12 Knop Kopiëren starten Start een kopieertaak 13 Knop ePrint Opent het menu Webservices M127fn, M127fs, M128fn, M127fp, M128fp 3 2 1 4 5 6 15 14 7 13 8 12 11 10 9 8 1 Knop Faxen starten Start een faxtaak 2 Knop Instellingen Opent he
12 Knop Kopiëren starten Start een kopieertaak 13 Knop ePrint Opent het menu Webservices 14 Numeriek toetsenblok Gebruik het toetsenblok om faxnummers in te voeren of menuopties te selecteren 15 Knop Faxnummer opnieuw kiezen Kiest het nummer dat voor de vorige faxtaak is gebruikt, opnieuw M127fw en M128fw 1 9 2 8 3 7 4 5 6 1 Aanraakscherm Biedt toegang tot apparaatfuncties en geeft de huidige apparaatstatus aan 2 Help-knop en -lampje Biedt toegang tot het Help-systeem op het bedieni
7 Knop Pijl naar links Beweegt de cursor naar links of brengt u naar het vorige scherm OPMERKING: gebruikt. Deze knop licht alleen op als deze functie op het huidige scherm kan worden 8 Beginscherm-knop en -lampje Brengt u naar het beginscherm 9 Draadloos-lampje Geeft aan dat het draadloze netwerk is ingeschakeld. Het lampje knippert wanneer het apparaat een verbinding tot stand brengt met het draadloze netwerk.
4 Netwerkknop Biedt toegang tot instellingen voor en informatie over het netwerk OPMERKING: netwerk.
12 Hoofdstuk 1 Inleiding NLWW
2 Papierladen ● Ondersteunde papiersoorten en -formaten ● Materiaal in de invoerlade plaatsen Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums. ● Bekijk informatie over garantie en wettelijke voorschriften. U kunt ook naar www.hp.
Ondersteunde papiersoorten en -formaten ● Ondersteunde papierformaten ● Ondersteunde papiersoorten Ondersteunde papierformaten OPMERKING: Voor de beste resultaten selecteert u het juiste papierformaat en de juiste papiersoort in de printerdriver voordat u gaat afdrukken.
NLWW ● Middengewicht 96–110 g ● Zwaar 111–130 g ● Extra zwaar 131–175 g ● Transparant voor monochroomlaser ● Etiketten ● Briefhoofd ● Voorbedrukt ● Geperforeerd ● Kleur ● Ruw ● Bankpost ● Kringloop ● Envelop ● Velijnpapier Ondersteunde papiersoorten en -formaten 15
Materiaal in de invoerlade plaatsen OPMERKING: Wanneer u nieuw papier toevoegt, verwijder dan al het papier uit de invoerlade en leg de stapel recht. Waaier het papier niet uit. Zo voorkomt u dat meerdere vellen papier tegelijkertijd in het apparaat worden ingevoerd en loopt u minder risico dat papier vastloopt. 1. Plaats het papier met de afdrukzijde naar boven en de bovenrand als eerste in de invoerlade. De afdrukstand van het papier in de lade verschilt afhankelijk van het type afdruktaak.
Tabel 2-1 Afdrukstand van het papier in invoerlade Papiersoort Duplexmodus Papier plaatsen Voorbedrukt of briefhoofdpapier Enkelzijdig afdrukken of dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde boven Enkelzijdig afdrukken of dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde boven Enkelzijdig afdrukken Afdrukzijde boven Geperforeerd Enveloppen Bovenrand eerst in het product Gaten aan de linkerkant van het product Bovenrand aan de rechterkant van de lade, frankeerzijde als laatste in het apparaat Lade aanpassen voor kle
18 1. Neem het verlengstuk voor kort afdrukmateriaal uit de opbergsleuf aan de rechterkant van het invoergebied. 2. Bevestig het hulpstuk aan de papierlengtegeleider op de invoerlade. 3. Plaats papier in de lade en schuif vervolgens de geleiders goed tegen het papier aan.
4. Druk het papier in het apparaat tot het niet verder kan en schuif vervolgens de papierlengtegeleider zo dat het verlengstuk het papier ondersteunt. 5. Wanneer het afdrukken op kort papier is voltooid, verwijdert u het verlengstuk voor kort papier uit de invoerlade en plaatst u het in de opbergsleuf.
20 Hoofdstuk 2 Papierladen NLWW
3 Afdrukken ● Afdruktaken (Windows) ● Afdruktaken (Mac OS X) ● Afdrukken via internet ● HP Wireless Direct-afdrukken instellen Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums. ● Bekijk informatie over garantie en wettelijke voorschriften.
Afdruktaken (Windows) ● Afdrukken (Windows) ● Handmatig dubbelzijdig afdrukken (Windows) ● Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows) ● De papiersoort selecteren (Windows) ● Aanvullende informatie over afdrukken Afdrukken (Windows) De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor Windows. 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2.
3. Klik of tik op het tabblad Indeling. 4. Selecteer de gewenste duplexoptie in de vervolgkeuzelijst Afdrukken aan beide zijden, handmatig en klik of tik vervolgens op de knop OK. 5. Klik of tik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken. Het apparaat zal de eerste zijde van alle pagina's van het document als eerste afdrukken.
6. Haal de bedrukte stapel uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag en de bovenrand als eerste in de invoerlade. 7. Klik of tik op de computer op de knop OK om de tweede zijde van de taak af te drukken. 8. Druk of tik, wanneer u hierom wordt gevraagd, op de juiste knop op het bedieningspaneel om door te gaan. Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows) 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2.
3. Klik of tik op het tabblad Indeling. 4. Selecteer de juiste Afdrukstand in de vervolgkeuzelijst. 5. Selecteer het juiste aantal pagina's per vel in de vervolgkeuzelijst Pagina's per vel en klik of tik op de knop Geavanceerd.
6. Selecteer de juiste optie in de vervolgkeuzelijst Indeling pagina's per vel. 7. Selecteer de juiste optie Paginaranden in de vervolgkeuzelijst, klik of tik op de knop OK om het dialoogvenster Geavanceerde opties te sluiten en klik of tik vervolgens op de knop OK om het dialoogvenster Eigenschappen of Voorkeuren te sluiten. 8. Klik of tik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken. De papiersoort selecteren (Windows) 1. 26 Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2. Selecteer het apparaat in de lijst met printers en klik of tik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om de printerdriver te openen. OPMERKING: De naam van de knop verschilt per softwareprogramma. 3. Klik of tik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Media: de juiste papiersoort en klik of tik vervolgens op de knop OK om het dialoogvenster Eigenschappen of Voorkeuren te sluiten. 5. Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken. Aanvullende informatie over afdrukken Ga naar www.hp.
Afdruktaken (Mac OS X) ● Afdrukken (Mac OS X) ● Handmatig dubbelzijdig afdrukken (Mac OS X) ● Meerdere pagina's per vel afdrukken (Mac OS X) ● Papiersoort selecteren (Mac OS X) ● Aanvullende informatie over afdrukken Afdrukken (Mac OS X) De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor Mac OS X. 1. Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand. 2. Selecteer het apparaat in het menu Printer. 3.
6. Haal de bedrukte stapel uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag en de bovenrand als eerste in de invoerlade. 7. Klik op de computer op de knop Doorgaan om de tweede zijde af te drukken. 8. Raak, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreffende knop op het bedieningspaneel aan om door te gaan. Meerdere pagina's per vel afdrukken (Mac OS X) 1. Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand. 2. Selecteer het apparaat in het menu Printer. 3.
Aanvullende informatie over afdrukken Ga naar www.hp.
Afdrukken via internet Er zijn verscheidene opties beschikbaar voor afdrukken op afstand via internet. HP ePrint Gebruik HP ePrint om documenten af te drukken door ze als e-mailbijlage vanaf een willekeurig apparaat met een e-mailfunctie naar het e-mailadres van het apparaat te sturen. Voor het gebruik van HP ePrint moet het apparaat aan deze eisen voldoen: ● Het apparaat moet zijn verbonden met een vast of draadloos netwerk en over een internetverbinding beschikken.
HP ePrint-software Met de HP ePrint-software kunt u vanaf een desktop of laptop gemakkelijk afdrukken naar een apparaat met HP ePrint-functionaliteit. Nadat u de software hebt geïnstalleerd, kiest u in uw toepassing de optie Afdrukken en selecteert u vervolgens HP ePrint in de lijst met geïnstalleerde printers. Met deze software kunt u gemakkelijk de apparaten met HP ePrint-functionaliteit vinden die zijn geregistreerd bij uw Connected-account.
HP Wireless Direct-afdrukken instellen OPMERKING: Deze functie is alleen beschikbaar op draadloze modellen en u dient mogelijk de apparaatfirmware bij te werken om deze functie te gebruiken. De functie HP Wireless Direct-afdrukken maakt het mogelijk om vanaf een draadloos mobiel apparaat direct op een HP Wireless Direct-product af te drukken zonder eerst verbinding te maken met een bestaand netwerk of met internet.
4 Kopiëren ● Een kopie maken ● Dubbelzijdig kopiëren (duplex) ● Kopieerkwaliteit optimaliseren ● De licht- of donkerheidsgraad voor kopieën aanpassen (alleen LED-bedieningspaneel) ● Kopieën vergroten of verkleinen (alleen LED-bedieningspaneel) Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates.
Een kopie maken LED-bedieningspaneel 1. Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat. 2. Sluit de scannerklep. 3. Druk op de knop Instellingen 4. Druk op de pijlknoppen om het aantal exemplaren te wijzigen. 5. Druk op de knop Kopiëren starten en zorg ervoor dat het lampje Aantal kopieën brandt. om het kopiëren te starten. LCD-bedieningspaneel 1. Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat. 2.
Dubbelzijdig kopiëren (duplex) 1. Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat. 2. Sluit de scannerklep. 3. Start de kopieertaak. LED- en LCD-bedieningspaneel: Druk op de knop Kopiëren starten van het apparaat ● Touchbedieningspaneel: Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren aan. 4. Haal de afgedrukte pagina uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag en de bovenrand eerst in de invoerlade. 5.
Kopieerkwaliteit optimaliseren De volgende instellingen voor kopieerkwaliteit zijn beschikbaar: ● Automatische selectie: Gebruik deze instelling als u de kwaliteit van de kopie niet erg belangrijk vindt. ● Gemengd: Gebruik deze instelling voor documenten met zowel tekst als afbeeldingen. ● Tekst: Gebruik deze instelling voor documenten die voornamelijk uit tekst bestaan. Dit is de standaardinstelling voor Kopie optimaliseren.
De licht- of donkerheidsgraad voor kopieën aanpassen (alleen LED-bedieningspaneel) 1. Druk herhaaldelijk op de knop Instellingen lampje Lichter/donkerder brandt. op het bedieningspaneel van het product totdat het 2. Gebruik de pijlknoppen om de instelling Lichter/donkerder te verhogen of verlagen. OPMERKING: Na twee minuten wordt de standaardwaarde opnieuw ingesteld.
Kopieën vergroten of verkleinen (alleen LED-bedieningspaneel) 40 1. Leg het document op de scannerglasplaat. 2. Druk herhaaldelijk op de knop Instellingen lampje Verkleinen/vergroten brandt. 3. Druk op de pijl omhoog om de kopie te vergroten of op de pijl omlaag om de kopie te verkleinen. 4. Druk op de knop Kopiëren starten Hoofdstuk 4 Kopiëren op het bedieningspaneel van het product totdat het om het kopiëren te starten.
5 Scan ● Scannen via de HP Scan-software (Windows) ● Scannen via de HP Scan-software (Mac OS X) Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums. ● Bekijk informatie over garantie en wettelijke voorschriften. U kunt ook naar www.hp.
Scannen via de HP Scan-software (Windows) Gebruik de HP Scan-software om te beginnen met scannen via software op uw computer. U kunt de gescande afbeelding als een bestand opslaan of naar een andere softwaretoepassing versturen. 1. Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat. OPMERKING: Voor de beste resultaten plaatst u klein papier (letter, A4 of kleiner) met de lange zijde van het papier langs de linkerkant van de glasplaat van de scanner. 2.
Scannen via de HP Scan-software (Mac OS X) Gebruik de HP Scan-software om te beginnen met scannen via software op uw computer. 1. Plaats het document op de glasplaat van de scanner volgens de indicatoren op het apparaat. OPMERKING: Voor de beste resultaten plaatst u klein papier (letter, A4 of kleiner) met de lange zijde van het papier langs de linkerkant van de glasplaat van de scanner. NLWW 2. Open HP Scan, in de map HP in de map Programma's. 3.
44 Hoofdstuk 5 Scan NLWW
6 Faxen ● Het apparaat aansluiten en configureren voor fax ● Een fax versturen ● Snelkiesnummers maken, bewerken en verwijderen Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums. ● Bekijk informatie over garantie en wettelijke voorschriften.
Het apparaat aansluiten en configureren voor fax ● Het apparaat aansluiten ● Het apparaat configureren ● De HP Fax-software installeren (Windows, optioneel) Het apparaat aansluiten Het product is een analoog apparaat. U wordt aanbevolen het product op een vaste analoge telefoonlijn aan te sluiten. OPMERKING: In bepaalde landen/regio's is mogelijk een adapter vereist voor gebruik van het meegeleverde telefoonsnoer. 1.
OPMERKING: Het configureren van instellingen voor tijd, datum en kopregel van de fax is vereist om de faxfunctie te gebruiken. ● Tijd, datum en kopregel voor fax configureren ● Een zelfstandig faxapparaat configureren ● Configureren voor een antwoordapparaat ● Configureren voor een extra toestel Tijd, datum en kopregel voor fax configureren U hebt deze instellingen mogelijk geconfigureerd tijdens het installeren van de software.
6. Selecteer datumnotatie. 7. Gebruik het toetsenblok om de huidige datum in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan. 8. Selecteer Faxkopregel. 9. Gebruik het toetsenblok om uw faxnummer in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan. OPMERKING: Het maximumaantal tekens voor het faxnummer is 20. 10. Gebruik het toetsenblok om de naam of kopregel van uw bedrijf in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan.
Touchbedieningspaneel 1. Selecteer Instellingen 2. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Hulpprogramma fax instellen. 3. Volg de aanwijzingen op het scherm en selecteer het juiste antwoord op elke vraag. in het beginscherm van het bedieningspaneel. OPMERKING: Het maximumaantal tekens voor het faxnummer is 20. Het maximumaantal tekens voor de kopregel van de fax is 40.
Configureren voor een extra toestel Als u een extra toestel aansluit op het apparaat, moet u enkele faxinstellingen voor het apparaat wijzigen om met deze configuratie te werken. Volg deze stappen om het apparaat te configureren: LCD-bedieningspaneel op het bedieningspaneel van het apparaat. 1. Druk op de knop Instellingen 2. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Instellingen ontv. fax. 3. Selecteer Extra toestel. 4. Controleer of de optie Aan is ingeschakeld.
7. Selecteer Fax/Tel. Met deze instelling beantwoordt het apparaat oproepen automatisch en bepaalt het of de oproep een telefoongesprek of faxoproep is. Als het om een faxoproep gaat, behandelt het apparaat de oproep als inkomende fax. Gaat het om een telefoongesprek, dan waarschuwt een hoorbare beltoon u dat er een inkomend telefoongesprek is. 8. Selecteer twee keer Terug 9. Selecteer Geavanceerde instellingen en selecteer vervolgens Beltijd fax/tel. om terug te keren naar het menu Fax instellen.
Een fax versturen ● Een fax versturen door op het bedieningspaneel handmatig te kiezen ● Een fax versturen met gebruik van de HP-software (Windows) VOORZICHTIG: Gebruik geen originelen met correctietape, correctievloeistof, paperclips of nietjes om schade aan het product te voorkomen. Plaats ook geen foto's en kleine of dunne originelen in de documentinvoer. Een fax versturen door op het bedieningspaneel handmatig te kiezen LCD-bedieningspaneel 1. Plaats het document.
OPMERKING: Wanneer u toegangscodes, creditcards of telefoonkaarten wilt gebruiken, dient u het faxnummer handmatig te kiezen zodat u pauzes en kiescodes kunt invoeren. Wanneer u een fax naar een internationale bestemming wilt versturen, kiest u handmatig zodat u pauzes en internationale toegangsnummers kunt invoeren. U kunt geen snelkiesnummers met toegangscodes, creditcards, telefoonkaarten of voor internationale bestemmingen gebruiken. 4. Selecteer Faxen starten.
Snelkiesnummers maken, bewerken en verwijderen U kunt vaak gekozen faxnummers opslaan (maximaal 100) als snelkiesnummers. ● Snelkiesnummers maken en bewerken ● Snelkiesnummers verwijderen Snelkiesnummers maken en bewerken LCD-bedieningspaneel op het bedieningspaneel van het apparaat. 1. Druk op de knop Instellingen 2. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Faxboek. 3. Selecteer Toevoegen/Bewerken. 4.
3. Selecteer Vermelding verwijderen. 4. Selecteer de vermelding die u wilt verwijderen en raak vervolgens de knop OK aan. OPMERKING: Als u alle snelkiesnummers wilt verwijderen, selecteert u Alle vermeldingen verwijderen.
56 Hoofdstuk 6 Faxen NLWW
7 Het apparaat beheren ● Het verbindingstype van het apparaat wijzigen (Windows) ● Toepassingen van HP Webservices gebruiken (alleen modellen met aanraakscherm) ● HP Device Toolbox (Windows) ● HP Utility voor Mac OS X ● Functies voor productbeveiliging ● Besparingsinstellingen ● Het bericht Cartridge bijna leeg of Cartridge vrijwel leeg wordt weergegeven op het bedieningspaneel van het apparaat ● De tonercartridge vervangen Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.
Het verbindingstype van het apparaat wijzigen (Windows) Indien u het apparaat niet hoeft te gebruiken en u de manier waarop het is aangesloten wilt wijzigen, kunt u de snelkoppeling Uw HP apparaat opnieuw configureren op uw computer gebruiken om de verbinding in te wijzigen. Zo kunt u bijvoorbeeld het apparaat opnieuw configureren om een ander draadloos adres te gebruiken, verbinding te maken met een bekabeld of een draadloos netwerk of over te schakelen van een netwerkverbinding naar een USB-verbinding.
Toepassingen van HP Webservices gebruiken (alleen modellen met aanraakscherm) Er zijn verschillende innovatieve toepassingen beschikbaar voor dit apparaat, die u rechtstreeks van internet kunt downloaden. Voor meer informatie en om deze toepassingen te downloaden gaat u naar de HP Connected-website op www.hpconnected.com. Als u deze functie wilt gebruiken, dient het apparaat te zijn aangesloten op een computer of netwerk met internetverbinding. HP-webservices dient te zijn ingeschakeld op het apparaat. 1.
HP Device Toolbox (Windows) Gebruik de HP Device Toolbox voor Windows om de status van het apparaat te controleren of om apparaatinstellingen op uw computer weer te geven of te wijzigen. Met dit hulpmiddel opent u de geïntegreerde webserver van HP. OPMERKING: Dit hulpprogramma is alleen beschikbaar als u tijdens de installatie van het apparaat een volledige installatie hebt uitgevoerd. Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van hoe het apparaat is aangesloten. 60 1.
Tabblad of gebied Omschrijving Tabblad Systeem ● Apparaatgegevens: Biedt basisinformatie over het apparaat en het bedrijf. Hiermee kunt u het product vanaf uw computer configureren. ● Papierinstell.: Hiermee wijzigt u de standaardpapierverwerkingsinstellingen van het apparaat. ● Afdrukkwaliteit: Hiermee wijzigt u de standaardinstellingen voor de afdrukkwaliteit van het apparaat.
HP Utility voor Mac OS X Gebruik de HP Utility voor Mac OS X om apparaatinstellingen weer te geven of te wijzigen vanaf uw computer. U kunt gebruikmaken van de HP Utility als het apparaat beschikt over een USB-kabel of als het is aangesloten op een TCP/IP-netwerk. HP Utility openen Open de Finder en klik achtereenvolgens op Toepassingen, HP en HP Utility. Als HP Utility niet in de lijst staat, gebruikt u de volgende procedure om het te openen: 1.
Menu Item Omschrijving Bestand uploaden Brengt bestanden over van de computer naar het apparaat. U kunt de volgende bestandstypen uploaden: ● HP LaserJet Printer Command Language (.prn) ● Portable Document Format (.pdf) ● Text (.txt) HP Connected Hiermee hebt u toegang tot de HP Connected-website. Informatie Berichtencentrum Hier worden fouten weergegeven die in het apparaat zijn opgetreden.
Functies voor productbeveiliging Het apparaat ondersteunt beveiligingsstandaarden en aanbevolen protocollen om het apparaat te beveiligen, belangrijke gegevens op uw netwerk te beschermen en het beheer en onderhoud van het apparaat te vereenvoudigen. Ga naar www.hp.com/go/secureprinting voor gedetailleerde informatie over de beveiligde beeldbewerkingsen afdrukoplossingen van HP. Op deze website vindt u koppelingen naar witboeken en documenten met veelgestelde vragen over beveiligingsfuncties.
OPMERKING: Als er eerder een wachtwoord is ingesteld, krijgt u het verzoek dit wachtwoord in te voeren. Voer het wachtwoord in en klik op de knop Toepassen. 4. Voer het nieuwe wachtwoord in in het vak Nieuw wachtwoord en het vak Wachtwoord bevestigen. 5. Klik onder aan het venster op de knop Toepassen om het wachtwoord op te slaan. Het apparaat vergrendelen 1. U kunt een beveiligingskabel aan de sleuf op de achterkant van het product bevestigen.
Besparingsinstellingen ● Afdrukken met EconoMode ● De instelling Sluimermodus/automatisch uitschakelen na configureren Afdrukken met EconoMode Dit product beschikt over de optie EconoMode, waarmee u conceptversies van documenten kunt afdrukken. Door EconoMode te gebruiken, verbruikt u minder toner. De afdrukkwaliteit kan in EconoMode echter minder zijn. HP raadt doorlopend gebruik van de EconoMode af.
Touchbedieningspaneel 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen 2. Open de volgende menu's: 3. ● Systeeminstellingen ● Energie-instellingen ● Sluimermodus/automatisch uitschakelen na aan. Selecteer de tijd voor Sluimermodus/automatisch uitschakelen na. OPMERKING: De standaardwaarde is 15 minuten. 4. Het apparaat wordt automatisch opnieuw geactiveerd wanneer het taken ontvangt of wanneer u het scherm van het bedieningspaneel aanraakt.
Het bericht Cartridge bijna leeg of Cartridge vrijwel leeg wordt weergegeven op het bedieningspaneel van het apparaat Het bericht Cartridge bijna leeg of Cartridge vrijwel leeg wordt weergegeven op het bedieningspaneel van het apparaat en het apparaat drukt niet af. OPMERKING: Waarschuwingen en indicatoren voor het tonerniveau bieden uitsluitend schattingen voor planningsdoeleinden.
3. ● Systeeminstellingen ● Instellingen benodigdheden ● Zwarte cartridge ● Instelling voor vrijwel leeg Voer een van de volgende handelingen uit: ● Selecteer de optie Stoppen als u wilt instellen dat het apparaat stopt met afdrukken tot u de tonercartridge hebt vervangen. ● Selecteer de optie Vragen als u wilt instellen dat het apparaat stopt met afdrukken en u vraagt de tonercartridge te vervangen. U kunt het bericht ter kennisgeving aannemen en doorgaan met afdrukken.
De tonercartridge vervangen Wanneer het einde van de levensduur van een tonercartridge nadert, wordt u gevraagd een vervangende cartridge te bestellen. U kunt met de huidige cartridge blijven afdrukken totdat de afdrukkwaliteit niet meer acceptabel is, zelfs na het opnieuw verdelen van de toner. 70 1. Open de scannereenheid. 2. Open de bovenklep. 3. Verwijder de tonercartridge.
4. Neem de nieuwe tonercartridge uit de zak. Plaats de gebruikte tonercartridge in de zak voor recycling. 5. Pak beide uiteinden van de tonercartridge vast en verdeel de toner in de cartridge door voorzichtig heen en weer te schudden. VOORZICHTIG: Raak de pendel of het oppervlak van de roller niet aan. 6. Buig het lipje aan de linkerkant van de cartridge totdat het loskomt. Trek aan het lipje tot alle tape van de cartridge is verwijderd. Het lipje en de tape zijn geschikt voor recycling.
72 7. Lijn de tonercartridge uit met de sporen in het apparaat en druk de cartridge stevig op zijn plaats. 8. Sluit de bovenste klep. 9. Sluit de scannereenheid.
8 Problemen oplossen ● Help-systeem op het bedieningspaneel (alleen modellen met aanraakscherm) ● Betekenis van lampjes op het bedieningspaneel (alleen LED-model) ● Informatiepagina’s afdrukken ● De fabrieksinstellingen herstellen ● Problemen met papierinvoer of -storingen oplossen ● Vastgelopen papier uit de uitvoerlade verwijderen ● Storingen in het gebied rondom de tonercartridge verhelpen ● Storingen verhelpen in de uitvoerbak ● Storingen verhelpen in de documentinvoer ● De afdrukkw
Help-systeem op het bedieningspaneel (alleen modellen met aanraakscherm) Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. U opent het Help-systeem door de knop Help in de rechterbovenhoek van het scherm aan te raken. Voor sommige schermen opent Help een algemeen menu waarin kan worden gezocht naar specifieke onderwerpen. U kunt door de menustructuur bladeren door het aanraken van de menuknoppen.
Betekenis van lampjes op het bedieningspaneel (alleen LEDmodel) Als er problemen zijn die uw aandacht vragen, wordt op het scherm van het bedieningspaneel een foutcode weergegeven. Tabel 8-1 Legenda van de statuslampjes Symbool voor "lampje uit" Symbool voor "lampje aan" Symbool voor "lampje knippert" Tabel 8-2 Patronen van lampjes op het bedieningspaneel Status van lampje NLWW Foutmelding Status van het product Actie Alle lampjes zijn uit.
Tabel 8-2 Patronen van lampjes op het bedieningspaneel (vervolg) Status van lampje Foutmelding Status van het product Actie Het apparaat ontvangt of verwerkt gegevens. Er is geen actie vereist. Het apparaat ontvangt of verwerkt momenteel een afdruktaak. E0 Er is papier vastgelopen in het apparaat. Verwijder het vastgelopen papier. E1 De invoerlade is leeg. Plaats papier in de lade. E2 Een klep is open. Controleer of de klep van de printcartridge volledig is gesloten.
Tabel 8-2 Patronen van lampjes op het bedieningspaneel (vervolg) Status van lampje Foutmelding Het tonerlampje brandt. Het waarschuwingslampje en het Klaar-lampje zijn aan. E6 E7 E8 Status van het product Actie De printcartridge heeft het einde van de geschatte gebruiksduur bereikt. Zodra een onderdeel deze status bereikt, geldt de Premium Protection Warranty van HP niet meer voor dat onderdeel. U hoeft de printcartridge nu nog niet te vervangen, tenzij de afdrukkwaliteit niet meer voldoet.
Informatiepagina’s afdrukken Informatiepagina's bevinden zich in het geheugen van het product. Met behulp van deze pagina's kunt u problemen met het product onderzoeken en oplossen. Configuratiepagina De configuratiepagina bevat de huidige instellingen en eigenschappen van het product. en bevat daarnaast een statusrapport. U kunt op de volgende manier een configuratiepagina afdrukken: LED-bedieningspaneel 1. Houd de knop Annuleren ingedrukt. 2.
Bedieningspaneel uitgevoerd als aanraakscherm NLWW aan. 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Benodigdheden 2. Raak de knop Rapport aan om de statuspagina voor benodigdheden af te drukken.
De fabrieksinstellingen herstellen Als u de fabrieksinstellingen terugzet, worden alle apparaat- en netwerkinstellingen weer op de fabriekswaarden ingesteld. De paginateller, het ladeformaat en de taal worden niet opnieuw ingesteld. Volg onderstaande stappen om de fabrieksinstellingen van het apparaat te herstellen. VOORZICHTIG: Wanneer u de fabrieksinstellingen terugzet, worden alle instellingen gewijzigd in de standaardwaarden. Ook worden in het geheugen opgeslagen pagina's verwijderd.
Problemen met papierinvoer of -storingen oplossen Als het apparaat terugkerende problemen met papierinvoer of -storingen heeft, kunt u met de volgende informatie het aantal gebeurtenissen verminderen. Het apparaat pakt geen papier op Als het apparaat geen papier uit de lade pakt, kunt u het volgende proberen. 1. Open het apparaat en verwijder eventuele vastgelopen vellen papier. 2. Plaats papier met het juiste formaat in de lade. 3.
LED-bedieningspaneel a. Klik op de knop Start en vervolgens op Programma's. b. Klik op uw HP productgroep en vervolgens op het item HP Device Toolbox. c. Klik op het tabblad Systemen op Service. LCD-bedieningspaneel . a. Druk op het bedieningspaneel van het apparaat op de knop Instellingen b. Open het menu Service. c. Selecteer met de pijlknoppen de optie Reinigingsmodus en druk vervolgens op de knop OK. De printer drukt de eerste zijde af.
Als geen van deze stappen het probleem oplost, moet het apparaat wellicht worden nagekeken. Neem contact op met klantenondersteuning van HP. Papierstoringen voorkomen Probeer de volgende oplossingen om papierstoringen te voorkomen. NLWW 1. Gebruik uitsluitend papier dat voldoet aan de specificaties van HP voor dit apparaat. 2. Gebruik geen papier dat is gekreukeld, gevouwen of beschadigd. Gebruik indien nodig papier uit een ander pak. 3.
Vastgelopen papier uit de uitvoerlade verwijderen Een melding Storing in lade 1. Verhelp de storing en druk op [OK] wordt op het bedieningspaneel van het apparaat weergegeven. 84 1. Verwijder los papier uit de invoerlade. 2. Open de scannereenheid. 3. Open de bovenklep.
4. Verwijder de tonercartridge. 5. Verwijder vastgelopen papier dat zichtbaar is in het gebied van de invoerlade. Verwijder het vastgelopen papier met beide handen om scheuren te voorkomen. 6. Verwijder vastgelopen papier in het gebied van de tonercartridge.
86 7. Plaats de tonercartridge terug. 8. Sluit de bovenste klep. 9. Sluit de scannereenheid.
Storingen in het gebied rondom de tonercartridge verhelpen Een melding Storing in cartridgegebied wordt op het bedieningspaneel van het apparaat weergegeven. 1. Open de scannereenheid. 2. Open de bovenklep. 3. Verwijder de tonercartridge.
88 4. Verwijder vastgelopen papier in het gebied van de tonercartridge. Verwijder het vastgelopen papier met beide handen om scheuren te voorkomen. 5. Plaats de tonercartridge terug.
6. Sluit de bovenste klep. 7. Sluit de scannereenheid.
Storingen verhelpen in de uitvoerbak Een melding Storing in uitvoerbak wordt op het bedieningspaneel van het apparaat weergegeven. 90 1. Open de scannereenheid. 2. Open de bovenklep. 3. Verwijder vastgelopen papier in het gebied van de uitvoerbak. Verwijder het vastgelopen papier met beide handen om scheuren te voorkomen.
4. Verwijder de tonercartridge. 5. Verwijder vastgelopen papier in het gebied van de tonercartridge. 6. Plaats de tonercartridge terug.
92 7. Sluit de bovenste klep. 8. Sluit de scannereenheid.
Storingen verhelpen in de documentinvoer Een melding Storing in documentinvoer wordt op het bedieningspaneel van het apparaat weergegeven. 1. Verwijder het losse papier uit de invoerlade van de documentinvoer. 2. Verwijder vastgelopen papier dat zichtbaar is in het gebied van de invoerlade. Verwijder het vastgelopen papier met beide handen om scheuren te voorkomen. 3. Til de invoerlade van de documentinvoer omhoog. 4. Til de klep voor toegang tot de storing in de documentinvoer omhoog.
94 5. Verwijder vastgelopen papier. 6. Sluit de klep voor toegang tot de storing. 7. Sluit de documentinvoerlade.
De afdrukkwaliteit verbeteren ● Afdrukken vanuit een ander softwareprogramma ● De papiersoort voor de afdruktaak instellen ● De status van de tonercartridge controleren ● Een reinigingspagina afdrukken ● Tonercartridge controleren op beschadigingen ● Papier en afdrukomgeving controleren ● EconoMode-instellingen controleren Afdrukken vanuit een ander softwareprogramma Probeer af te drukken vanuit een ander softwareprogramma.
3. Het menu Exemplaren & pagina's wordt standaard weergegeven door de printerdriver. Open de vervolgkeuzelijst van het menu en klik op het menu Afwerking. 4. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Afdrukmateriaal een papiersoort. 5. Klik op de knop Afdrukken. De status van de tonercartridge controleren LED-bedieningspaneel ▲ Het statuslampje Tonerniveau geeft aan dat het tonerniveau in de printcartridge zeer laag is. LCD-bedieningspaneel 1. Druk op de knop Instellingen 2. Open de volgende menu's: 3.
LCD-bedieningspaneel . 1. Druk op het bedieningspaneel van het apparaat op de knop Instellingen 2. Open het menu Service. 3. Selecteer met de pijlknoppen de optie Reinigingsmodus en druk vervolgens op de knop OK. De printer drukt de eerste zijde af. Vervolgens wordt u gevraagd de pagina uit de uitvoerlade te verwijderen en in dezelfde richting opnieuw in lade 1 te plaatsen. Wacht tot het proces is voltooid. Gooi de afgedrukte pagina weg. Touchbedieningspaneel 1.
● Op de afgedrukte pagina's is toner uitgelopen. ● De afgedrukte tekens zijn misvormd. ● Afgedrukte pagina's zijn gekruld. Gebruik altijd papier van een type en gewicht dat door dit apparaat wordt ondersteund. Volg deze richtlijnen wanneer u het papier selecteert: ● Gebruik papier van goede kwaliteit en dat vrij is van sneden, inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes, stof, kreukels, gaten, nietjes en gekrulde of verbogen randen. ● Gebruik papier waarop nog nooit is afgedrukt.
Kopieer- en scankwaliteit verbeteren Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten In de loop der tijd kunnen zich vuilrestjes verzamelen op de scannerglasplaat en de witte plastic achterplaat waardoor de afdrukkwaliteit kan teruglopen. Volg de onderstaande procedure om de scanner te reinigen. 1. Druk op de aan-uitknop om het apparaat uit te schakelen en haal de stekker uit het stopcontact. 2. Open het deksel van de scanner. 3.
● Systeeminstellingen ● Papierinstellingen 3. Selecteer de optie Papierformaat en raak vervolgens de naam van het papierformaat in de invoerlade aan. 4. Selecteer de optie Papiersoort en raak vervolgens de naam van de papiersoort in de invoerlade aan. Optimaliseren voor tekst of afbeeldingen De volgende instellingen voor kopieerkwaliteit zijn beschikbaar: ● Automatische selectie: Gebruik deze instelling als u de kwaliteit van de kopie niet erg belangrijk vindt.
De oppakrollen en het scheidingskussen in de documentinvoer reinigen Als de documentinvoer problemen geeft met de verwerking van papier, zoals vastlopen of verwerken van meerdere vellen papier tegelijk, maak dan de documentinvoerrollen en het scheidingskussen schoon. 1. Til de invoerlade van de documentinvoer omhoog. 2. Gebruik een vochtige, pluisvrije doek om de beide oppakrollen en het scheidingskussen schoon te vegen.
Beeldkwaliteit fax verbeteren ● De glasplaat van de scanner controleren op vuil ● Resolutie-instelling voor het verzenden van faxen controleren ● De instelling voor licht/donker controleren ● Instellingen voor foutcorrectie controleren ● Instelling voor aanpassen aan paginagrootte controleren ● De oppakrollen en het scheidingskussen in de documentinvoer reinigen ● Naar een ander faxapparaat verzenden ● Faxapparaat van de afzender controleren De glasplaat van de scanner controleren op vuil In
Touchbedieningspaneel 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen 2. Selecteer Fax instellen. 3. Selecteer Geavanceerde instellingen en selecteer vervolgens Faxresolutie. 4. Selecteer de gewenste resolutie-instelling en raak vervolgens de knop OK aan. aan. De instelling voor licht/donker controleren Als de faxuitvoer te licht of te donker is, controleer dan de instelling voor licht/donker om zeker te zijn dat deze geschikt is voor de faxtaak.
Touchbedieningspaneel 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen 2. Selecteer Service en selecteer vervolgens Faxservice. 3. Selecteer Foutcorrectie en selecteer vervolgens Aan. aan. Instelling voor aanpassen aan paginagrootte controleren Als de faxtaak buiten de pagina is afgedrukt, schakel dan de functie Aanpassen aan paginagrootte in vanaf het bedieningspaneel.
2. Gebruik een vochtige, pluisvrije doek om de beide oppakrollen en het scheidingskussen schoon te vegen. VOORZICHTIG: Gebruik geen schuurmiddelen, aceton, benzeen, ammonia, ethylalcohol of tetrachloorkoolstof op enig deel van het apparaat omdat deze het apparaat kunnen beschadigen. Plaats geen vloeistof direct op de glasplaat of achterplaat. Ze kunnen in het apparaat lekken en dit beschadigen. 3. Sluit de documentinvoerlade.
Problemen met bekabelde netwerken oplossen Controleer de volgende items om na te gaan of het apparaat met het netwerk communiceert. Druk voordat u begint een configuratiepagina af vanaf het bedieningspaneel van het apparaat en zoek het IP-adres van het apparaat op deze pagina.
a. Open een opdrachtregel op uw computer. In Windows: klik op Start, klik op Uitvoeren, typ vervolgens cmd en druk op Enter. b. Typ ping, gevolgd door het IP-adres voor uw apparaat. In Mac: open het netwerkhulpprogramma en typ het IP-adres in het juiste veld in het paneel Ping. c. 2. Het netwerk functioneert als er op het scherm retourtijden worden weergegeven.
Problemen met draadloze netwerken oplossen ● Controlelijst draadloze verbinding ● Er kan niet worden afgedrukt met het apparaat na het voltooien van de draadloze configuratie ● Er kan niet worden afgedrukt met het apparaat en op de computer is een firewall van derden geïnstalleerd ● De draadloze verbinding functioneert niet meer nadat de draadloze router of het apparaat is verplaatst ● Er kunnen geen computers meer worden aangesloten op het draadloos apparaat ● De verbinding van het draadloos app
● Controleer of u de juiste printerpoort hebt geselecteerd. ● Controleer of de computer en het apparaat op hetzelfde draadloze netwerk zijn aangesloten. ● Controleer voor Mac OS X of de draadloze router ondersteuning biedt voor Bonjour. Er kan niet worden afgedrukt met het apparaat na het voltooien van de draadloze configuratie 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld en gereed is. 2. Schakel firewalls van derden uit op uw computer. 3. Controleer of het draadloos netwerk goed werkt. 4.
De verbinding van het draadloos apparaat wordt verbroken wanneer er verbinding wordt gemaakt met een virtueel privénetwerk ● U kunt niet gelijktijdig met een virtueel privénetwerk en andere netwerken verbonden zijn. Het netwerk wordt niet weergegeven in de lijst met draadloze netwerken ● Controleer of de draadloze router is ingeschakeld en de stroomtoevoer functioneert. ● Het netwerk is mogelijk verborgen. U kunt echter gewoon verbinding maken met een verborgen netwerk.
Touchbedieningspaneel 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen 2. Selecteer Netwerkinstellingen en selecteer vervolgens Menu Draadloos. 3. Selecteer Netwerktest uitvoeren. Het apparaat drukt een testpagina af met de resultaten van de diagnose. aan.
Faxproblemen oplossen ● De hardware-installatie controleren ● Faxberichten worden langzaam verstuurd ● De faxkwaliteit is matig ● De fax wordt afgekapt of wordt op twee pagina's afgedrukt De hardware-installatie controleren ● Er zijn diverse oplossingen mogelijk. Probeer na elke aanbevolen oplossing opnieuw te faxen om te controleren of het probleem is opgelost.
f. Als het downloaden is voltooid, volgt u de instructies op het scherm om het hulpprogramma te installeren en uit te voeren. Het hulpprogramma controleert op firmware-updates voor uw HP-product. Als er updates worden gevonden, installeert het hulpprogramma de beschikbare update. g. 4. Probeer na het voltooien van de firmware-updates de fax opnieuw te verzenden. Controleer of de fax is ingesteld tijdens het installeren van de software.
LCD-bedieningspaneel ● Touchbedieningspaneel 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen aan. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Alle faxen. 2. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Geavanceerde instellingen. Selecteer Faxsnelheid en selecteer vervolgens de juiste instelling. 3. Selecteer Faxsnelheid en selecteer vervolgens de juiste instelling. 1. Druk op de knop Instellingen van het apparaat. 2. 3.
LCD-bedieningspaneel Touchbedieningspaneel op het bedieningspaneel 1. Druk op de knop Instellingen van het apparaat. 2. Selecteer Fax instellen en selecteer vervolgens Alle faxen. 3. Selecteer Foutcorrectie en selecteer vervolgens Aan. 1. Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Instellingen aan. 2. Selecteer Service en selecteer vervolgens Faxservice. 3. Selecteer Foutcorrectie en selecteer vervolgens Aan. ● Controleer de tonercartridges en vervang deze indien nodig.
116 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen NLWW
9 Onderdelen, benodigdheden en accessoires ● Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen ● Zelfreparatie-onderdelen voor de klant ● Accessoires Ga naar www.hp.com/support/ljMFPM125series, www.hp.com/support/ljMFPM126series, www.hp.com/ support/ljMFPM127series, of www.hp.com/support/ljMFPM128series voor de uitgebreide Help van HP voor uw apparaat: ● Los problemen op. ● Download software-updates. ● Praat mee op ondersteuningsforums.
Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen Originele HP tonercartridges en papier www.hp.com/go/suresupply Originele onderdelen of accessoires van HP bestellen www.hp.com/buy/parts Bestellen via service- of ondersteuningsproviders Neem contact op met een erkend service- of ondersteuningspunt van HP.
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant De volgende onderdelen voor zelfreparatie zijn beschikbaar voor uw apparaat. ● Onderdelen die zijn gemarkeerd met Verplicht kunnen door de klant zelf worden geïnstalleerd. U kunt de reparatie ook laten uitvoeren door servicemedewerkers van HP maar dan worden kosten in rekening gebracht. Voor deze onderdelen wordt onder uw HP-productgarantie geen ondersteuning ter plekke of reparatie in de werkplaats aangeboden.
Accessoires Item Omschrijving Nummer USB-kabel Standaard USB-compatibele aansluitkabel van 2 meter C6518A 120 Hoofdstuk 9 Onderdelen, benodigdheden en accessoires NLWW
Index A aan/uit-knop, locatie 4 aantal exemplaren, wijzigen 36 accessoires bestellen 118 onderdeelnummers 120 afdrukken op beide zijden instellingen (Windows) 22 afdrukkwaliteit verbeteren 95 afdrukmateriaal ondersteunde formaten 14 AirPrint 33 Apps, menu 59 artikelnummers bestellen 119 B bakken, uitvoer locatie 4 bedieningspaneel beginscherm 10 help 74 knoppen en lampjes 6 locatie 4 patronen LED-lampjes 75 Beginscherm, bedieningspaneel 10 benodigdheden bestellen 118 drempelinstellingen voor bijna leeg 68
interfacepoorten locatie 5 invoerlade afdrukstand 17 K kleppen, locatie 4 kopieerkwaliteit verbeteren 99 kopiëren dubbelzijdige documenten 37 één exemplaar 36 kwaliteit aanpassen 38 meerdere exemplaren 36 optimaliseren voor tekst of afbeeldingen 100 papierformaat en -soort instellen 99 randen van documenten 100 kopiëren, dubbelzijdig 37 L lade 1 papier plaatsen 16 laden locatie 4 meegeleverde 2 M Macintosh HP Utility 62 meerdere pagina's per vel afdrukken (Mac) 30 afdrukken (Windows) 24 N netwerk wachtwoord
Webservices inschakelen 59 toepassingen 59 Z zelfreparatie, klant onderdeelnummers 119 NLWW Index 123
124 Index NLWW