Operation Manual

Table Of Contents
Controleer de printkoppen en inktpatronen
Controleer of de oranje dopjes van de printkoppen zijn verwijderd.
Controleer of alle printkoppen en inktcartridges goed vastzitten in de juiste met
kleuren gecodeerde sleuven. Druk de printkoppen en inktpatronen goed op hun
plaats. Het apparaat werkt niet als die niet zijn geïnstalleerd.
Controleer of de printkopvergrendeling goed is gesloten.
Als er op het scherm een foutbericht over de printkoppen verschijnt, reinig dan de
contactpunten op de printkoppen.
Suggesties voor software-installatie
Controleer het computersysteem
Zorg ervoor dat de computer op een ondersteund besturingssysteem werkt.
Controleer of de computer minstens voldoet aan de minimale systeemvereisten.
Controleer of aan de installatievereisten wordt voldaan
Zorg ervoor dat u de installatie-cd met de juiste installatiesoftware voor uw
besturingssysteem gebruikt.
Zorg ervoor dat u alle andere programma's afsluit voordat u de software installeert.
Als het pad naar het cd-station niet wordt herkend, controleert u of u de juiste
stationsaanduiding hebt opgegeven.
Als uw computer de installatie-cd in het cd-station niet herkent, controleert u of de
cd is beschadigd. De driver van het apparaat kan worden gedownload van de
website van HP (
www.hp.com/support).
Problemen met de uitlijnpagina
Controleer het apparaat op het volgende:
Het Aan/uit-lampje brandt zonder te knipperen. Wanneer het apparaat voor het
eerst wordt ingeschakeld, duurt het opwarmen ongeveer 45 seconden.
Het apparaat staat in de status Klaar en er branden of flikkeren geen andere
lichtjes op het bedieningspaneel. Als er lichtjes branden of flikkeren, lees dan het
bericht op het bedieningspaneel.
Controleer of het netsnoer en andere kabels functioneren en goed op het apparaat
zijn aangesloten.
Alle verpakkingstape en -materialen moeten van het apparaat zijn verwijderd.
Het achterpaneel en de duplexeenheid moeten stevig op hun plaats zitten.
Afdrukmateriaal moet goed in de lade zijn geplaatst en niet in het apparaat zijn
vastgelopen.
Controleer of de oranje beschermkapjes van alle printkoppen zijn verwijderd.
Printkoppen en inktpatronen moeten goed geplaatst zijn in de juiste met kleuren
gecodeerde sleuven. Druk de printkoppen en inktpatronen goed op hun plaats.
De printkopvergrendeling en alle kleppen moeten gesloten zijn.
Installatieproblemen oplossen
207