Operation Manual

c. Zorg ervoor dat in het menu PrinterAfdrukken onderbreken of Printer offline gebruiken niet
is aangevinkt.
d. Als u wijzigingen hebt doorgevoerd, probeert u opnieuw af te drukken.
4. Controleer of de juiste printer als de standaard is ingesteld.
Controleren of de juiste printer als de standaard is ingesteld
a. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
Windows 8.1 en Windows 8: Wijs naar of tik op de rechterbovenhoek van het scherm
om de Charms-balk te openen. Klik op het pictogram Instellingen klik of tik op
Configuratiescherm en klik of tik vervolgens op Overzicht Apparaten en printers.
Windows 7: Klik in het menu Start van Windows op Apparaten en printers.
Windows Vista: Klik vanuit het Start-menu van Windows op Configuratiescherm en klik
vervolgens op Printers.
Windows XP: Klik vanuit het Start-menu van Windows op Configuratiescherm en klik
vervolgens op Printers en faxen.
b. Controleer of de juiste printer als standaardprinter is ingesteld.
Naast de standaardprinter staat een vinkje in een zwarte of groene cirkel.
c. Als de foute printer als standaarprinter is ingesteld, klik dan met de rechtermuisknop op de
juiste printer en selecteerInstellen als standaardprinter.
d. Probeer uw printer opnieuw te gebruiken.
5. Start de afdrukwachtrij opnieuw op.
De afdrukwachtrij opnieuw opstarten
a. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk:
Windows 8.1 en Windows 8
i. Wijs of tik in de rechterbovenhoek van het scherm om de Charms-werkbalk te openen.
Klik vervolgens op het pictogram Instellingen.
ii. Klik op tik op Configuratiescherm en klik of tik vervolgens op Systeem en beveiliging.
iii. Klik op tik op Systeembeheer en dubbelklik of dubbeltik op Services
.
iv. Klik met de rechtermuisknop op Afdrukwachtrij en klik vervolgens op Eigenschappen.
v. Zorg er in het tabblad Algemeen voor dat naast Opstarttype, Automatisch is
geselecteerd.
vi. Als de service niet al actief is, klik of tik dan onder Servicestatus op Start en
vervolgens op OK.
78 Hoofdstuk 8 Een probleem oplossen NLWW