Operation Manual

NL
26
Installatie
Het is belangrijk dit boekje te bewaren, zodat u het op
ieder gewenst moment kunt raadplegen. In het geval u
de wasautomaat verkoopt of u verhuist, moet u de
handleiding bij het apparaat bewaren.
Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en
veiligheid.
In de envelop vindt u samen met deze
gebruiksaanwijzing, de garantie en onderdelen die nodig
zijn voor de installatie.
Uitpakken en waterpas zetten
Uitpakken
1. Zodra u de wasautomaat uitgepakt heeft, dient u te
controleren of hij niet beschadigd is tijdens het transport.
Indien dit wel het geval is moet hij niet worden
aangesloten en moet u contact opnemen met de
handelaar.
2. Verwijder de 4
beschermschroeven voor
het transport en de
bijbehorende afstandsleider
die zich aan de achterkant
bevinden (zie afbeelding).
3. Sluit de gaten af met de in de envelop bijgeleverde
plastic doppen.
4. Bewaar alle onderdelen; mocht de wasautomaat ooit
nog worden vervoerd, dan moeten deze weer worden
aangebracht om interne schade te voorkomen.
Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen.
Waterpas zetten
1. Installeer de wasautomaat op een rechte en stevige
vloer en laat hem niet tegen muren of meubels leunen.
2. Compenseer eventuele
oneffenheden door de
stelvoetjes vast of los te
draaien totdat de
automaat volledig
horizontaal staat (hij mag
niet meer dan 2 graden
hellen).
Een correcte nivellering geeft de machine stabiliteit en
vermijdt, vooral tijdens de centrifuge, vibraties en lawaai.
In het geval de wasautomaat op vloerbedekking of
tapijt staat regelt u de stelvoetjes zodanig dat onder de
automaat genoeg ruimte is voor ventilatie.
Water en elektrische aansluitingen
Aansluiting van de watertoevoerslang
Voordat u watertoevoerbuis aansluit op het waternet
moet u het water laten lopen totdat het helder is.
1. Verbind de
watertoevoerslang aan de
wasautomaat door hem
met de haakse aansluiting
op de betreffende
watertoevoer te
schroeven, rechtsboven
aan de achterkant (zie
afbeelding).
2. Sluit de toevoerbuis aan
op de koudwaterkraan met
een mondstuk met
schroefdraad van 3/4 gas
(zie afbeelding).
3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de buis
zijn.
De waterdruk van de kraan moet zich binnen de
waarden van de tabel Technische Gegevens bevinden
(zie bladzijde hiernaast).
Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet u zich
wenden tot een gespecialiseerde winkel of een
bevoegde installateur.
Gebruik nooit tweedehands of oude slangen, maar
alleen die slagen die bij het apparaat worden geleverd.