Installation Instructions

Galaxy Dimension - Installatiehandleiding
6-88
Uitgangen van het bediendeel
De uitgangen van het bediendeel zijn volledig programmeerbaar. Het adres van de bediendeeluitgang is gelijk
aan het bediendeeladres, maar dan voorafgegaan door een asterisk. De uitgang voor bijvoorbeeld bediendeel
06 is 06. Voor de bediendeeluitgangen is standaard de functie E/E signaal (in-/uitgangsbuzzer)
geprogrammeerd.
De volgende tabel bevat de geldige adressen van de bediendelen van de verschillende centrales en de
bijbehorende uitgangsadressen.
Tabel 6-19. Adressen van geldige bediendeeluitgangen
Het is mogelijk extra bediendelen toe te voegen aan ongebruikte comms-moduleadressen (B, C, D en E), zoals
in de volgende opmerking wordt uitgelegd. Dit moeten standaardbediendelen zijn. Op adres F kan tevens een
installateursbediendeel worden gebruikt.
OPMERKING: Op lijn 1 zijn bediendeel-adressen B, C, D en E niet beschikbaar als respectievelijk de
Ethernet-, ISDN-, RS232- of telecommodules zijn gemonteerd.
Luidspreker (S99)
De luidsprekeruitgang van de hoofdprint (geadresseerd als 99) is volledig programmeerbaar.
Attributen
U kunt de kenmerken doorlopen door op de toetsen A of B te druken, of door rechtstreeks het
kenmerknummer te selecteren (1–6). Nadat het gewenste kenmerk wordt weergegeven, drukt u nogmaals op
de toets ent om het kenmerk te wijzigen.
Nadat het kenmerk is toegewezen, drukt u op de toets ent om de programmering op te slaan en terug te keren
naar de kenmerkselectie. U kunt de programmering op elk moment afbreken en terugkeren naar de
kenmerkselectie zonder de programmering op te slaan door op de toets esc te drukken.
1 = Uitgangsfunctie
Als u het kenmerk Uitgangsfunctie invoert, worden het adres en de huidige functie van de geselecteerde
uitgang weergegeven, samen met het referentienummer van de uitgangsfunctie. U kunt voor- en achteruit door
de uitgangsfuncties bladeren met de toetsen A en B. Eventueel kunt u een functie rechtstreeks selecteren door
het referentienummer van de functie in te voeren. Als u bijvoorbeeld 16 invoert, wordt uitgangsfunctie 16 =
BRAND weergegeven.
Zodra de gewenste uitgangsfunctie wordt weergegeven, drukt u op de toets ent om de functie toe te wijzen aan
de uitgang.
53 - Programmeren Uitgangen (vervolg)
Centrale Lijn Adres Uitgangsadressen
GD-48 1 0 - 2, B, C, D, E en F (OPMERKING) 10-12, 15-19
GD-96 1 0 - 2, B, C, D, E en F (OPMERKING) 10-12, 15-19
GD-264 1 0 - 2, B, C, D, E en F (OPMERKING) 10-12, 15-19
2 0 - 6 en F 20-26, 29
GD-520 1 0 - 2, B, C, D, E en F (OPMERKING) 10-12, 15-19
2 0 - 6 en F 20-26, 29
3 0 - 6 en F 30-36, 39
4 0 - 6 en F 40-46, 49