Operation Manual

23
Nederlands
13. Voor het model C7U is het toegestane bereik van
de zaagbladen van 170 mm tot 185 mm.
Voor het model C8U is het toegestane bereik van
de zaagbladen van 190 mm tot 210 mm.
Model C7U C8U
Voltage (verschillend van gebied tot gebied)*
(110V, 220V, 230V, 240V)
Zaagdiepte
90° 65 mm 75 mm
45° 47 mm 57 mm
Opgenomen vermogen* 1150W* 1400W*
Toerental onbelast 5000 min
–1
5000 min
–1
Gewicht (zonder kabel) 4,0 kg 5,6 kg
STANDAARD TOEBEHOREN
(1) Zaagblad (bevestigd aan het gereedschap) .......... 1
Diam. 185 mm ............. C7U
Diam. 210 mm ............. C8U
(2) Steeksleutel ................................................................ 1
(3) Parallelgeleider .......................................................... 1
(4) Vleugelmoer .............................................................. 1
De standaard toebehoren kunnen zonder aankondiging
op ieder moment worden veranderd.
EXTRA TOEBEHOREN (los te verkrijgen)
(1) Stof-verzamelset (D) ....................... C7U
Stof-verzamelset (E) ....................... C8U
Sluit de afzuigslang aan om het zaagsel met behulp
van de stofzuiger op te zuigen. (Zie Afb. 11)
(2) Onderlegschijf (A)
..... voor 16 mm (Diameter van gat van zaagblad)
(C7U, C8U)
..... voor 20 mm (Diameter van gat van zaagblad)
(C7U)
..... voor 30 mm (Diameter van gat van zaagblad)
(C7U, C8U)
De extra toebehoren kunnen zonder aankondiging op
ieder moment worden veranderd.
TOEPASSINGEN
Het zagen van verschillende houtsoorten.
VOOR HET BEGIN VAN HET WERK
1. Netspanning
Controleren of de netspanning overeenkomt met de
opgave op het naamplaatje.
2. Netschakelaar
Controleren of de netschakelaar op
UIT” staat.
Wanneer de stekker op het net aangesloten is, terwijl
de schakelaar op
AAN” staat, begint het gereedschap
onmiddellijk te draaien, hetwelk ernstig gevaar
betekent.
3. Verlengsnoer
Wanneer het werkterrein niet in de buurt van een
stopcontact ligt, dan moet men gebruik maken van
een verlengsnoer, dat voldoende dwarsprofiel en
voldoende nominaal vermogen heeft. Het
verlengsnoer moet zo kort mogelijk gehouden
worden.
4. Het in gereedheid brengen van een houten werkbank
(Afb.1)
Aangezien het zaagblad boven de onderkant van het
zaaghout uitsteekt, legt men bij het zagen het zaaghout
op een werkbank. Wanneer men van een houtblok als
onderstel gebruik maakt, moet men daarvoor een
vlakke ondergrond uitkiezen, zodat het ook werkelijk
stabiel is. Een onstabiele ondergrond is gevaarlijk.
LET OP
Om eventuele ongelukken te vermijden, moet men er
steeds op letten, dat het na eht zagen overgebleven
gedeelte van het gezaagde hout goed vastligt of op de
plaats gehouden wordt.
INSTELLEN VAN HET GEREEDSCHAP VOOR
GEBRUIK
1. Instellen van de zaagdiepte:
Draai de knop met uw hand los en houd met de andere
hand de handgreep vast zoals aangegeven in Afb. 2.
De zaagdiepte kan nu ingesteld worden door de
basisplaat in de gewenste stand te zetten. Als u de
juiste zaagdiepte heeft ingesteld, kunt u de knop weer
vastdraaien. Draai de knop vervolgens stevig vast.
2. Het instellen van de splijtwig:
De zeskantige schroef, die met de splijtwig
vastgeklemd is, wordt losgemaakt, de splijtwig wordt
in de in Afb. 3 aangeduidde stand gebracht en de moer
wordt vastgedraaid. Na het instellen moet er
gecontroleerd worden, of de splijtwig zich beweegt
volgens de ingestelde zaagdiepte.
3. Instellen van de hoek voor verstekzagen
Op Afb. 4 (A) en 4 (B) is te zien hoe u het zaagblad ten
opzichte van de basisplaat maximaal 45° kunt
verdrraaien, door de knop op de schuine plaat en de
vleugelmoer aan de basis los te draaien. Na het maken
van de instellingen, dient u nogmaals te controleren
of de knop en de vleugelmoer stevig zijn vastgedraaid.
4. Het instellen van de parallelgeleider (Afb. 5)
De zaagstand kan door het verstellen van de
parallelgeleider naar rechts of links na het los draaien
van de vleugelmoer verzet worden.
TECHNISCHE GEGEVENS
*Kontroleer het naamplaatje op het apparaat daar het apparaat afhankelijk van het gebied waar het verkocht wordt
gewijzigd kan worden.