Operation Manual

NEDERLANDS
25
Algemene aanwijzingen voor apparaten die gebruik maken
van een laser
Uw toestel is een CLASS 1 LASER PRODUCT. Dit betekent dat de laser vanwege zijn technische constructie
intrinsiek veilig is, zodat de maximaal toegestane uitstralingswaarde in geen geval kan worden over-
schreden.
Voorzichtig:
Als andere dan de hier gespecificeerde bedieningsinrichtingen worden gebruikt of andere methoden
worden uitgevoerd, kunt u aan gevaarlijke straling worden blootgesteld.
Dit toestel zendt laserstralen uit. Omdat er gevaar voor oogletsels bestaat, mag het toestel enkel door
gekwalificeerd personeel geopend en onderhouden worden.
Als andere dan de hier gespecificeerde instellingen worden gebruikt of ANDERE METHODEN worden
uitgevoerd, kunt u aan gevaarlijke straling worden blootgesteld.
Storingen zelf verhelpen
Niet elke geluidsstoring moet aan een defect van uw hifi-installatie worden toegeschreven. Ook per ongeluk uitgetrokken
aansluitkabels, beschadigde disks of lege batterijen van de afstandsbediening leiden tot functionele storingen. Als de vol-
gende maatregelen niet tot een bevredigend resultaat leiden, neemt u dan contact op met de speciaalzaak!
Door de kwaliteitsverschillen van de media alsook de eigenheden van de opname kan het gebeuren dat zelf opgenomen cd’s
niet gelezen kunnen worden. In dergelijke gevallen is er geen defect aan de hifi-installatie.
INFORMATIE ___________________________________________________
CLASS 1
LASER PRODUCT
Storing
Geen geluid.
Het toestel reageert niet als op de
bediening van de toetsen.
Afstandsbediening werkt niet.
Slechte radio-ontvangst.
Titels van de cd worden overgeslagen.
Mogelijke oorzaak/oplossing
Volume te laag ingesteld, volume verhogen.
Hoofdtelefoon is aangesloten, hoofdtelefoon losmaken.
Netkabel is niet goed aangesloten, netkabel juist aansluiten.
Mute is geactiveerd.
Elektrostatische ontlading. Apparaat uitschakelen, netstekker uit het
stopcontact halen en na een paar seconden weer aansluiten. »RESET«
(achterkant toestel) indrukken.
Batterijen leeg, batterijen vervangen.
Te grote afstand of verkeerde hoek met de installatie.
Zwak antennesignaal, antenne controleren.
Zwak FM-stereosignaal, op mono-ontvangst schakelen.
Storende interferentie van elektrische apparatuur zoals televisietoestel,
videorecorder, computer, TL-buizen, thermostaten, motoren enz. Het
apparaat uit de buurt van elektrische apparatuur houden.
De cd is beschadigd of vuil, cd vervangen of reinigen.
De functie PROGRAM (muziekprogramma) of RANDOM is ingescha-
keld. Functies uitschakelen.