Operation Manual

Beknopte Handleiding 2•47
Beknopte Handleiding 2•47
4. Druk op PLAY (in de SEQUENCER) om de weer-
gave te starten.
Deze knop start de weergave van de Song
(of opname).
De LED op de PLAY knop is aan tijdens de
weergave. De locator (LOC) in het display
geeft de huidige positie van de Song aan.
U kunt ook de START/STOP knop gebruiken
om de weergave te starten.
5. Druk op << om de Song terug te spoelen en op
>> om vooruit te spoelen.
De << en >> knoppen laten de Song één maat
per keer vooruit of terug spoelen. Wanneer u
deze knoppen ingedrukt houdt wordt de Song
op hoge snelheid vooruit of terug gespoeld.
Deze knoppen werken zowel tijdens Song
play of stop status.
6. Gebruik de DIAL om het tempo te veranderen.
Tijdens het afspelen kunt u het tempo met
de DIAL veranderen.
7. Druk op STOP (in the SEQUENCER) om de weer-
gave te stoppen.
Deze knop stopt het afspelen van de Song (of
het opnemen). U kunt ook de START/STOP
knop gebruiken om de Song te stoppen.
Wanneer de Song is gestopt op een positie
die anders is dan de eerste Song start positie
gaat de LED op de STOP knop knipperen.
Wanneer u op PLAY drukt terwijl de STOP
knop knippert gaat de Song weer verder
vanaf de huidige positie.
Wanneer u op de START/STOP knop drukt
begint de Song direct vanaf het begin.
8. Druk nog eens op STOP om terug te gaan naar
de start positie van de Song, of spoel terug met
de << knop.
Wanneer de Song niet speelt en op de eer-
ste start positie staat blijft de LED op de STOP
knop aan.
4
PLA
Y
7
ST
OP
PLA
Y
6
8
ST
OP
PLA
Y
ENTER
TEMPO
/DA
TA
ESCAPE
ENTER
TEMPO
/DA
TA
ESCAPE
5
4. Druk op PLAY (in de SEQUENCER) om de weer-
gave te starten.
Deze knop start de weergave van de Song
(of opname).
De LED op de PLAY knop is aan tijdens de
weergave. De locator (LOC) in het display
geeft de huidige positie van de Song aan.
U kunt ook de START/STOP knop gebruiken
om de weergave te starten.
5. Druk op << om de Song terug te spoelen en op
>> om vooruit te spoelen.
De << en >> knoppen laten de Song één maat
per keer vooruit of terug spoelen. Wanneer u
deze knoppen ingedrukt houdt wordt de Song
op hoge snelheid vooruit of terug gespoeld.
Deze knoppen werken zowel tijdens Song
play of stop status.
6. Gebruik de DIAL om het tempo te veranderen.
Tijdens het afspelen kunt u het tempo met
de DIAL veranderen.
7. Druk op STOP (in the SEQUENCER) om de weer-
gave te stoppen.
Deze knop stopt het afspelen van de Song (of
het opnemen). U kunt ook de START/STOP
knop gebruiken om de Song te stoppen.
Wanneer de Song is gestopt op een positie
die anders is dan de eerste Song start positie
gaat de LED op de STOP knop knipperen.
Wanneer u op PLAY drukt terwijl de STOP
knop knippert gaat de Song weer verder
vanaf de huidige positie.
Wanneer u op de START/STOP knop drukt
begint de Song direct vanaf het begin.
8. Druk nog eens op STOP om terug te gaan naar
de start positie van de Song, of spoel terug met
de << knop.
Wanneer de Song niet speelt en op de eer-
ste start positie staat blijft de LED op de STOP
knop aan.
4
PLA
Y
7
ST
OP
PLA
Y
6
8
ST
OP
PLA
Y
ENTER
TEMPO
/DA
TA
ESCAPE
ENTER
TEMPO
/DA
TA
ESCAPE
5