Operation Manual

NEDERLANDS
98
onbekend zijn met het elektrische
gereedschap of deze instructies het
gereedschap bedienen. Elektrische
gereedschappen zijn gevaarlijk in handen van
ongetrainde gebruikers.
e) Onderhoud elektrische gereedschappen.
Controleer op verkeerde uitlijning en
het grijpen van bewegende onderdelen,
breuk van onderdelen en andere
omstandigheden die de werking van
het gereedschap nadelig kunnen
beïnvloeden. Zorg dat het gereedschap
voor gebruik wordt gerepareerd als het
beschadigd is. Veel ongelukken worden
veroorzaakt door slecht onderhouden
gereedschap.
f) Houd snijdgereedschap scherp
en schoon. Correct onderhouden
snijdgereedschappen met scherpe
snijdranden lopen minder snel vast en zijn
gemakkelijker te beheersen.
g) Gebruik het elektrische gereedschap, de
accessoires en gereedschapsonderdelen
enz. in overeenstemming met deze
instructies, waarbij u rekening houdt
met de werkomstandigheden en de
werkzaamheden die dienen te worden
uitgevoerd. Gebruik van het elektrische
gereedschap voor werkzaamheden die
anders zijn dan het bedoelde gebruik, kunnen
leiden tot een gevaarlijke situatie.
5) SERVICE
a) Zorg dat u gereedschap wordt
onderhouden door een erkende
reparateur die uitsluitend identieke
vervangende onderdelen gebruikt.
Dit zorgt ervoor dat de veiligheid van het
gereedschap blijft gegarandeerd.
AANVULLENDE SPECIFIEKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Veiligheidsvoorschriften voor alle
handelingen
a) Dit elektrische gereedschap is bedoeld
als slijpmachine, vlakschuurmachine
(DWE4557 en DWE4597), staalborstel
of afkortgereedschap. Lees alle
veiligheidswaarschuwingen, instructies,
illustraties en specificaties die bij dit
gereedschap zijn meegeleverd. Het niet
opvolgen van alle onderstaande instructies kan
leiden tot een elektrische schok, brand en/of
ernstig persoonlijk letsel.
b) Werkzaamheden zoals polijsten en schuren
(DWE4559, DWE4579, DWE4579R en
DWE4599) worden niet aanbevolen om met
dit elektrische gereedschap uit te voeren.
Werkzaamheden waarvoor het elektrische
gereedschap niet is ontworpen, kunnen leiden
tot gevaarlijke situaties en lichamelijk letsel.
c) Gebruik geen accessoires die niet speciaal
ontworpen en aanbevolen zijn door de
fabrikant van het gereedschap. Het feit
dat een accessoire aan uw gereedschap kan
worden bevestigd wil nog niet zeggen dat dit
een veilige bediening garandeert.
d) Het nominale toerental van het accessoire
moet tenminste gelijk zijn aan het
maximale toerental zoals dit op het
gereedschap staat vermeld. Accessoires
die sneller draaien dan hun nominale toerental
kunnen breken en wegschieten.
e) De buitendiameter en de dikte van uw
accessoire moeten binnen het nominale
vermogen van uw gereedschap liggen.
Accessoires met een onjuiste grootte kunnen
niet voldoende worden vastgemaakt of
beheerst.
f) De drevelgrootte van wielen, flenzen,
steunkussens en ieder ander accessoire
moet goed passen op de as van het
gereedschap. Accessoires met drevelgaten die
niet passen op de bevestigingshardware van
het gereedschap zullen uit balans raken en/of
extreem trillen en kunnen u de beheersing over
het gereedschap doen verliezen.
g) Gebruik een accessoire niet als ze
beschadigd is. Controleer het accessoire
zoals een schuurwiel voor gebruik op
schilfers en barstjes, steunkussens op
barstjes, scheurtjes of excessieve slijtage,
staalborstels op losse of gespleten draden.
Als het gereedschap of het accessoire is
gevallen, controleert u dit op schade of
plaatst u een onbeschadigd accessoire.
Na het controleren en plaatsen van een
accessoire zorgt u dat u en omstanders
uit de buurt van het bereik van het
ronddraaiende accessoire blijft en zet u het
gereedschap gedurende een minuut aan
op maximale snelheid zonder weerstand.
Beschadigde accessoires breken gewoonlijk af
tijdens deze testtijd.
h) Draag persoonlijke beschermende
kleding. Afhankelijk van de toepassing
gebruikt u gezichtsbedekking en een
beschermende of veiligheidsbril. Indien
van toepassing draagt u een stofmasker,